Nota : asielzoekers

26/1/2003

Een asielzoeker is iemand die in België politiek asiel aanvraagt, omdat zij/hij zegt grote risico’s te lopen in haar/zijn land van herkomst (vervolging op grond van politieke, religieuze… redenen). De procedure wordt ook gebruikt door mensen die “gewoon” om economische redenen op zoek zijn naar een beter leven. Het is op zich natuurlijk volledig te begrijpen dat iemand uit de armoede wil wegvluchten, maar daar is het politiek asiel niet voor bedoeld. Vandaar dat er een hele procedure is die moet bepalen of iemand wel of niet recht heeft op politiek asiel. Uiteindelijk wordt maar een klein percentage van de asielzoekers ook “erkend” (minder dan 10%), waarna ze wettelijk in ons land kunnen blijven.

Zolang de procedure loopt, worden ze hier opgevangen. Sinds enkele jaren werd die procedure heel wat verbeterd en versneld, maar vroeger was dat niet het geval. Zodat nogal wat mensen jaren in België verblijven, zonder zekerheid over hun situatie. Ondertussen mogen ze ook wettelijk niet werken.

Die personen die in die procedure zitten, de asielzoekers, worden in België op verschillende manier opgevangen. Zolang hun aanvraag niet ontvankelijk verklaard is (dat wil zeggen : formeel in orde en met enige kans op slagen) worden ze in asielcentra of in een Lokaal Opvanginitiatief (L.O.I.) opgevangen. Daarna worden ze toegewezen aan een OCMW. Als hun aanvraag gegrond wordt verklaard, blijven ze definitief. Ze mogen werken en vallen onder dezelfde regels als alle andere inwoners. Als hun aanvraag ongegrond wordt verklaard, kunnen ze worden uitgewezen. Ze kunnen wel beroep aantekenen bij de Raad van State, maar dat houdt hun uitwijzing niet tegen. In principe moeten ze dan ook terug in een asielcentrum verblijven.

Omdat de regels de voorbije jaren nogal eens veranderd zijn, zorgt het OCMW voor asielzoekers in verschillende fasen van de procedure (Bij de laatste herziening werd beslist om volgens het “LIFO”-principe te werken, “last in, first out”, wat betekent dat de nieuwste dossiers het eerst worden behandeld. Er zijn dus ook nogal wat “oude” dossiers, die al jaren aanslepen).

Essen heeft zo de verantwoordelijkheid voor 70 asieldossiers, waarvan 31 gezinnen en 39 alleenstaanden. Daarbij is het principe dat de federale overheid de steun (exact dezelfde bedragen als het bestaansminimum voor de Belgen die het OCMW steunt) voor 100% terugbetaalt. Er is één voorwaarde : het OCMW moet aantonen dat ze de betrokkene een (huur)woning op het grondgebied van de gemeente heeft aangeboden. Anders wordt er maar 50% terugbetaald. Dat gebeurt om te vermijden dat alle asielzoekers geconcentreerd in de steden zouden gaan wonen.

De omzendbrievan van Vande Lanotte

Tot nu toe bestond het bewijs dat het OCMW een woning in de gemeente had aangeboden, uit een papier dat de asielzoeker ondertekende en waarin die verklaarde dat er een woning werd aangeboden, maar dat hij die had geweigerd. Dat weigeren mag, want in België bestaat een absoluut recht op vrije woonstkeuze. Veel OCMW’s lieten dat papier ondertekenen zonder echt een aanbod te doen. Veel asielzoekers ondertekenen ook om het even wat, in een taal die ze toch niet verstaan. Het gevolg was dat veel OCMW’s niet echt probeerden de personen in eigen gemeente te huisvesten, waardoor ze naar de steden trokken en daar voor problemen zorgden (en huisjesmelkers verrijkten). De OCMW’s betalen het bestaansminimum aan de asielzoekers die aan hen zijn toegewezen en ergens anders wonen, maar veel controle hebben ze natuurlijk niet (vandaar soms problemen met mensen die aan twee OCMW’s geld vragen).

De minister besliste om twee maatregelen te nemen :
– Gemeenten die minder dan 5% van de toegewezen asielzoekers opvangen in eigen gemeente krijgen in plaats van 100% of 50% niets meer terugbetaald.
– Voor alle andere gemeenten volstaat het papier dat ze laten ondertekenen voortaan niet meer als bewijs dat er een woning is aangeboden. Er moet een dossier worden ingediend waaruit blijkt dat er écht een woning is aangeboden, ook voor de asielzoekers die het papier al ondertekenden en (al lang) in een andere gemeente wonen.

L.O.I.

Een « L.O.I. » is een Lokaal Opvanginitiatief. Dat zijn enkele woningen waar het OCMW asielzoekers opvangt vóór ze ontvankelijk werden verklaard, en alle nodige materiële hulp geeft. Die wordt volledig terugbetaald en het OCMW krijgt daarbovenop nog extra middelen om ondersteuning door een maatschappelijke assistente te voorzien. Bovendien vermindert het “quotum” van toegewezen asielzoekers voor de gemeenten die een L.O.I. hebben.

Essen

Essen vangt 5 gezinnen in een gewone woning in de eigen gemeente op. Er zijn daarnaast ook twee woningen die geregistreerd staan als L.O.I.’s (Beliestraat en Stationsstraat), waarvan er op dit ogenblik één leegstaat. Essen heeft dus geen probleem met de 5%-regel. Daarnaast legde ook Essen aan de asielzoekers een papier voor waarin ze verklaren dat ze een woning kregen aangeboden. Voor zover ik kan nagaan gebeurde dat meestal inderdaad op basis van een echt aanbod.

Essen en de omzendbrieven

Aan de OCMW-raad werd voorgesteld om in beroep te gaan tegen één van de omzendbrieven (die over het nieuwe bewijs; met de 5%-regel heeft Essen immers geen probleem). Maar de laatste OCMW-raad werd uitgesteld en ondertussen was er een gesprekken van de OCMW-koepels met Vande Lanotte, zodat een aantal vragen en problemen werden opgelost en de omzendbrief nu voor iedereen aanvaardbaar is : het komt er vooral op neer dat er een fatsoenlijk bewijs moet worden geleverd dat er een woning in de eigen gemeente werd aangeboden.

Wonen in Essen is niet alleen voor asielzoekers een probleem

Dat wonen in Essen niet echt zo evident is voor wie een beperkt budget heeft, is geen geheim. Ook het OCMW wordt regelmatig geconfronteerd met kansarmen die een betaalbare woning zoeken. Het OCMW beschikt over 26 woningen, waarvan één in eigendom. De overige worden gehuurd, waarvan 6 bij het gemeentebestuur. Met die 26 woningen is het niet echt mogelijk om een serieus beleid te voeren; als er één vrijkomt, moet er telkens een keuze gemaakt worden uit een belangrijk aantal kandidaten.

Volgens mij moet het hele woonbeleid in onze gemeente eens grondig herbekeken worden : sociale woningbouw, inwijking (er zijn nieuwe maatregelen van minister Van Mechelen op komst, andere gemeenten werken met premies voor jongeren uit de gemeente…), weekendzone (ook hier belooft Van Mechelen actie)… In het kader daarvan moet ook het OCMW volgens mij meer mogelijkheden krijgen om een woonbeleid te voeren, naar alle kansarmen (waartoe de asielzoekers behoren) toe.

Asielzoekers die in andere gemeenten verblijven

Asielzoekers mogen uiteindelijk zelf beslissen waar ze willen wonen. Ik vind dat een zeer slechte zaak, maar de vrije woonkeuze is een heilig principe in het Belgisch recht (waar ook voorstellen over “woonrecht” e.d. al eens op botsen). Het OCMW heeft weinig controle over deze asielzoekers die niet in Essen wonen. Een OCMW kan wel vragen om een sociaal onderzoek door het OCMW van de woongemeente (van Antwerpen bijvoorbeeld). Dan wordt er nagegaan of de betrokkenen inderdaad wonen waar ze zijn ingeschreven, of ze niet samenwonen zonder dat te melden, of het inkomen dat ze opgeven wel klopt… Essen doet niet systematisch. Het koste namelijk geld (tot 75€ per onderzoek) en de “winst” komt niet altijd rechtstreeks Essen ten goede, maar eerder de federale overheid.

Dat heeft volgens mij twee gevolgen :
– enerzijds ontsnapt er zo ongetwijfeld fraude uit het zicht : asielzoekers die samenwonen zonder dat ze dit hebben gemeld, die een eigen (al dan niet legaal) inkomen hebben, die verhuisd zijn…
– anderzijds weet het OCMW ook niet in wat voor omstandigheden de asielzoekers moeten leven (t.g.v. huisjesmelkerspraktijken…)
Ik vind daarom dat het OCMW wel regelmatig om een dergelijk sociaal onderzoek moet vragen en zal daar binnen het OCMW op blijven aandringen.

Uitgeprocedeerde asielzoekers

Eén van de problemen in het vluchtelingenbeleid is dat maar weinig asielzoekers als ze volledig zijn uitgeprocedeerd (en niet erkend zijn) effectief het land worden uitgezet. Sommige van hen kloppen dan ook nadien nog aan bij het OCMW. Dat is in principe alleen verplicht om hen het nodige geld voor dringende medische hulp te geven, maar soms ontstaat er moeilijke toestanden. Van veel mensen kan je immers duidelijk aanvoelen dat de kans groot is dat ze zonder steun in de illegaliteit (criminaliteit, prostitutie…) dreigen te belanden. Vaak zijn er dan ook nog kinderen bij betrokken.

Het OCMW houdt als regel aan dat deze personen inderdaad geen enkele steun meer krijgen, maar elk dossier wordt wel individueel bekeken. Ik vind dit zeer moeilijke beslissingen en vind dat het soms, als dat duidelijk in het belang van kinderen is (die tenslotte niet verantwoordelijk zijn voor wat hun ouders doen), toch kan om een minimum aan steun te verlenen.