Bakermat

Bakermat

Verkiezingen zijn altijd interessant, waar ook ter wereld, maar verkiezingen in Griekenland zijn dat voor mij natuurlijk nog net iets meer : ik ken het land en kan er het politieke debat ook redelijk goed volgen.  Toch blijft de Griekse politiek begrijpen een uitdaging : de impact van de geschiedenis op de politieke verhoudingen is erg groot, wat zich ook vertaalt in generaties van politici die van vader op zoon/dochter (of via zijtakken) dezelfde partijen mee aanvoeren.  De familie De Croo (of Tobback, of…) is er niets tegen.  Het land heeft ook een grote traditie van (vooral links, maar niet uitsluitend) populisme, met radicale en onmogelijke beloften, die dan in de beleidspraktijk worden ingeslikt, zonder dat de retoriek wordt aangepakt.

De verkiezingsuitslag van zondag stond min of meer vast : de centrum-rechtse partij Nea Dimokratia van premier Mitsotakis zou de grootste worden, de radicaal-linkse partij van zijn voorganger Tsipras zou tweede worden, op plaats drie zou de traditioneel socialistische PASOK eindigen – de partij die ooit absolute meerderheden haalde, maar vooral sinds de financiële zijn plaats had moeten afstaan aan het Syriza van Tsipras.  Daarnaast zouden de traditionele stalinistische (in zowat alle betekenissen van het woord) KKE en enkele andere zeer rechtse of linkse partijtje het parlement halen.

En zo geschiedde.  Toch worden de verkiezingen nu al historisch genoemd, omdat Mitsotakis veel ruimer won dan voorzien, en vooral omdat de afstand met Syriza zeer groot bleek.  Griekenland koos er daarmee voor om de discussie over de crisis en de memoranda achter zich te laten, en te kiezen voor de partij en de premier die de voorbije jaren economische stabiliteit en zowat de sterkste groei in de EU brachten.  En die natuurlijk niet alles perfect deed, maar daarbij valt het mij toch op dat wat in onze media verschijnt over Griekenland soms sterk wordt geïnterpreteerd vanuit het (in Griekenland zeer aanwezige) uiterst linkse denkkader – wat op zich niet betekent dat de informatie onwaar is, evenwel, het gaat over de interpretatie.  Zo wordt de klacht over de persvrijheid zelden geduid : het klopt dat de meeste commerciële tv-zenders zich eerder (tot zeer) rechts profileren, al lijkt me dat niet iets waar de regering eigenlijk veel aan kan doen – ook onder Tsipras’ bewind was dat zo.  En in de krantenkiosk kan je alleszins een veel grotere bandbreedte aan publicaties vinden dan hier of in onze buurlanden : Solidair en ’t Pallieterke zijn in vergelijking eerder gematigd.  De recente treinramp was uiteraard het gevolg van jarenlang politiek wanbestuur bij de Griekse spoorwegen, waarbij de NMBS een baken van perfect corporate management is.  Maar de Griekse kiezer besefte wellicht dat daarbij al wie ooit het land regeerde boter op het hoofd heeft, niet alleen de laatste regering. En de manier waarop Griekenland de vluchtelingen die er massaal aankomen (minstens gedeeltelijk bewust gestuurd door Turkije) worden er inderdaad verre van correct behandeld, maar dat is toch vooral een gevolg van het feit dat de EU-landen hun gezamenlijke verantwoordelijkheid niet opnemen.

Neem bij de sterke positie van de premier de onmacht van de oppositie, en je kunt de uitslag verklaren.  Tsipras die er vooral op uit bleek om de discussie uit 2015 (uit de euro stappen of niet, de hervormingsplannen van IMF, ECB en de Commissie aanvaarden of niet ?) over te doen, op beschuldigende toon, en daarbij (van de wal in de sloot) werd geholpen door Yianis Varoufakis die weliswaar zijn eigen partij(tje) leidt maar nog steeds herinneringen oproept aan de dramatische maanden waarin hij minister van financiën was.  Voeg nog een PASOK toe dat vooral zijn plaats als tegenhanger voor rechts wilde heroveren eerder dan zelf aan zet te komen – en dat in dat licht zijn relatief goede resultaat (12%) als een overwinning vierde.  En je krijgt dus een rechtse overwinning waar ook veel links denkende Grieken blij mee zijn, wegens de terugkeer naar normaliteit en stabiliteit die ze inhoudt.

Omwille van een eigenaardigheid in het stemsysteem weigerde Mitsotakis formeel om een regering te vormen.  Hij haalde net geen 150 zetels in de 300 zetels tellende Vouli, en bij nieuwe verkiezingen geldt een bonus voor de grootste partij.  Dus gaan de Grieken op 25 juni opnieuw naar de stembus.  Waarbij de winnaar vaststaat, maar de strijd om de tweede plaats open lijkt, en daarmee de vraag of de linkse oppositie wordt aangevoerd door de sociaal-democraten of de radicaal-populisten.  Het Griekse antwoord op die vraag is ook ver van de Egeïsche Zee interessant, natuurlijk.  Maar ook rond de Akropolis is ze niet zonder belang, want Mitsotakis mag dan wel uit liberaal-democratisch hout gesneden zijn, ook meer rechts-autoritaire tendensen vinden een plaats in zijn partij, en een sterke maar realistische en toekomstgerichte oppositie kan hem alleen maar helpen om die onder controle te houden.

Auteursrecht

Auteursrecht

Ik mag me vandaag, Tweede Paasdag, een beetje meer auteur noemen dan gisteren.  Er verscheen nog eens een tekst van mijn hand in De Spycker, het jaarboek van de Essense Heemkundige Kring.  Bij de voorstelling van dat jaarboek gaf Thomas Dekkers aan dat het Essense jaarboek tot de top-3 in Vlaanderen behoort, rekening houdend met oplage, lay-out en diversiteit van onderwerpen en auteurs.  Met die diversiteit van auteurs valt het wel mee – er schreef één vrouw mee, en de rest behoort tot wat een beetje woke medemens als witte mannen van een zekere leeftijd zou beschouwen.  Maar de inhoudelijk gaat het van zestiende eeuwse waterlopen en dysenterie naar voetbal, socialisme, corona en de Ronde van Essen.  Dat ik het over dat laatste had, kon u natuurlijk al raden.  Het stuk in De Spycker is in essentie een beknoptere versie van de tekst die ik in de zomer schreef voor de Jubileumuitgave van de Ronde van Essen, aangevuld met wat extra informatie over de jubileumviering zelf.  Niet meteen de allermoeilijkste opgave, maar de volledige versie heeft me natuurlijk wel wat meer inspanning gekost.  Desalniettemin, had ik meer tijd, ik zou meer schrijven voor De Spycker.  Quod non, helaas.

Thomas Dekkers mocht het volledige nummer voorstellen, en daarnaast ook vertellen over drie pandemieën die onze gemeente hebben geteisterd : de pest, dysenterie en corona.  Ondanks het onderwerp werd het een erg onderhoudende vertelling, met talloze parallellen tussen de drie episodes en met als terechte besluit nihil novi sub sole.  Thomas had het ook over het belang van de heemkunde als gemeenschapsvormend en verbindend element.  Ik kon het niet laten om daar even met een politieke bril naar te kijken, en dan blijkt de Essense Heemkundige Kring wonderwel te slagen in een moeilijk opzet – de partijgrenzen overbruggen, met auteurs uit (en zelfs bijdragen over) alle politieke stromingen die onze gemeente rijk is.  Maar gelukkig is een gemeenschap veel meer dan die politiek, en is de geschiedenis van een gemeenschap die van mensen die hun brood verdienden (zoals de onfortuinlijke molenaar die ten tijde van pest bij de Abdij van Tongerlo aanklopte voor wat we vandaag het overbruggingsrecht voor zelfstandigen zouden noemen, of de sigarenmakers die zich ook wel niet zullen hebben kunnen voorstellen dat hun vakwerk ooit zo goed als in de ban zou worden geslagen) of zich inzetten voor allerlei verenigingen en sportieve activiteiten, van schaken tot -uiteraard- voetbal.

Maar terug naar de Ronde.  Ludo Kerstens scande de voorbije maanden alle Ronde-Echo’s in, en daarvan maak ik nu pdf-bestanden, zodat ze online gelezen kunnen worden.  Voor wie maar niet genoeg kan krijgen van de Ronde, of de live-verslaggeving van toen verkiest boven mijn achterafversie…

Volgens plan

Volgens plan

Tijdens de gemeenteraad van maart werd het publiek vervoegd door enkele middelbare scholieren, wellicht in het kader van de klassieke schoolopdracht om eens een gemeenteraad te volgen.  Ik weet niet of ze het beseft hebben, maar deze keer zagen ze geen raad waarvan de uitkomst bij voorbaat vaststond.  Bij minstens drie punten verliep de besluitvorming anders dan de verschillende fracties vooraf voorzien hadden – wij weken twee keer af van wat in het verslag van onze fractievergadering stond, de meerderheidspartijen hielden zich minstens één keer niet aan het plan.  Waardoor de besluitvorming uiteindelijk voor elk punt unaniem gebeurde.  Ondanks heel wat irritatie en hier en daar wat harde woorden.  Het was moeilijk om er als deelnemer een goed gevoel aan over te houden, maar eigenlijk was de raad een mooi voorbeeld van democratische besluitvorming, waarbij discussie tot besluiten leidt.

Met ruime voorsprong het belangrijkste agenda-item was de „voorlopige vaststelling” van het beleidsplan ruimte.  Ik hoop dat Cois Veraart die naast de scholieren zat er de -veel te late- erfenis van zijn zoon in herkende, die nu door Arno Aerden wordt gerealiseerd.  Aerden gebruikte hetzelfde trucje dat zijn partijgenoot Helmut Jaspers een maand eerder had aangewend : proberen eenparigheid te krijgen door te wijzen op het belang van het draagvlak.  Maar zo’n draagvlak komt niet vanzelf, daar moet hard aan gewerkt worden.  Dat gebeurde de voorbije maanden eigenlijk onvoldoende : wie een plan wil dat door de hele raad gedragen wordt zou gerust wat mogen investeren in overleg met de grootste fractie.  Maar het resultaat is desalniettemin goed genoeg.  Vooral dankzij een sterk studiebureau, maar goede ondersteuning kiezen is natuurlijk óók essentieel voor bestuurders.

Het beleidsplan tekent niet mijn ideale Essen uit.  Ik zou met name de nabijheid van de Kalmthoutse Heide nog sterker hebben laten doorwegen, en nog meer op de natuur- en landschapswaarde hebben ingezet.  En uiteraard zou ik het geheel met een mobiliteitsplan hebben geïntegreerd dat de auto niet als vertrekpunt maar als sluitpost gebruikt.  Voorbij de inhoudelijke oriëntaties zou ik een stuk meer richting hebben gegeven aan de nog op te maken ruimtelijke uitvoeringsplannen, om te vermijden dat die de gemaakte keuzes nog al te veel onderuit halen.

Misschien kunnen enkele gebreken nog worden weggewerkt, ook de meer concrete die we in de raad aanbrachten, zoals de keuze om Heikant te veel met het Centrum te verbinden en daardoor onvoldoende duidelijkheid te creëren over de (on)wenselijkheid van verdere verdichting.  Maar belangrijker nog is dat de bezwaarprocedure die nu in gang gezet wordt niet (zoals op Vlaams niveau in het stikstofdossier) als excuus wordt gebruikt om in de naam van het compromis de gemaakte keuzes terug in vraag te stellen.

Jeremiade voor het boerenbedrijf

Jeremiade voor het boerenbedrijf

Ik heb geen Netflix, maar wel Amazon Prime.  Of dat verstandig is, laat ik even in het midden.  Het heeft wel als consequentie dat ik onlangs het tweede seizoen van Clarkson’s Farm heb bekeken, waarin Jeremy Clarkson -enfant terrible dat al herhaaldelijk werd buiten gesmeten, met name bij het BBC-programma “Top Gear” dat hij groot maakt- de boerderij die hij voorheen verpachtte zelf overneemt.  Van veel sympathie voor de mens Clarkson wens ik niet verdacht te worden, maar als televisiemaker heb ik hem eigenlijk altijd wel kunnen waarderen.

De Farm waarvan sprake, met de naam Diddly Squat (zoiets als “noppes”) is een grote, prachtige boerderij in de Engelse Cotswolds, met uitgestrekte velden, stukken natuur, water en enkele gebouwen, waar boer Jeremy (flink geholpen door een aantal anderen die de stiel wél kennen) allerlei gewassen en bloemenzaad verbouwt, alsook schapen (in seizoen 1), koeien (in seizoen 2), bijen en kippen erop nahoudt.  In seizoen 1 opende hij een boerderijwinkeltje met zijn en nog wat andere producten, in seizoen 2 probeert hij ook een restaurant te openen.  Daarbij wordt hij flink tegengewerkt door de lokale overheid, die de parkerende auto’s bij de winkel niet kan aanzien en de restaurantplannen tracht te fnuiken door de nodige vergunningen te weigeren.  Waarna er via een gaatje in de wet in de laatste aflevering alsnog aan tafel wordt gegaan.  Als er een seizoen 3 komt, zal de lokale overheid wellicht opnieuw de rol van boeman krijgen, want voor zover ik begrijp is het restaurant in tussentijd opnieuw dicht.  Ondertussen onderwerpt Clarkson zich overigens wel gedwee aan reeksen andere reglementeringen, waarvan ik vermoed dat ze de Vlaamse landbouwer zouden doen steigeren.

In de reeks zit ook de behandeling van de bouwaanvraag voor het restaurant door een lokale “council”, en daar kon ik me uiteraard wel mee identificeren.  Die council stemde in grote meerderheid tegen de aanvraag.  Op basis van de informatie die ik in de reeks kreeg (niet het hele dossier, uiteraard) zou ik vóór hebben gestemd.  De restaurantplannen van Clarkson waren een verdienstelijke poging om de rendabiliteit te verhogen van een boerderij zoals ik zou willen dat ze er in Essen uitzagen.

Want uiteraard wil ik het hier over onze landbouwers hebben, en hun verzet tegen de stikstofplannen, Natuurpark de Kalmthoutse Heide en meer in het algemeen tegen alles wat naar natuur ruikt, met inbegrip van een Horendonks veld van door schoolkinderen pas aangeplante bomen dat onlangs met kruisen tot een soort modern Golgotha werd herschapen.  Waar Clarkson in essentie vooral het landschap van de Cotswolds vormgeeft en onderhoudt, en probeert daar wat winst uit te halen (die hijzelf, laten we wel wezen, niet nodig heeft, maar dat is het punt niet) is de landbouw bij ons verworden tot een industriële sector met de nadruk op intensieve veeteelt en het voorzien van voedsel voor het vee dat wordt geteeld.  Dat is het gevolg van een economisch model waar met name de Boerenbond voor verantwoordelijk is en dat geen regering in de voorbije decennia heeft durven aanpakken, omdat die Boerenbond nu eenmaal verweven is met een politieke partij die altijd aan de knoppen van de macht zat – en die de andere partijen tolereren omwille van de coalitievrede of het opportunistische geloof dat ze misschien ook wel een graantje (een maïskolf, wellicht) zouden kunnen meepikken van het landbouwelectoraat.  Quod non, geen trouwer CD&V-stemmer dan de boer.

De individuele landbouwer is daar uiteraard even goed slachtoffer van dan Clarkson van het argument dat het licht van zijn restaurant mogelijk de sterrenhemel boven Oxfordshire wat minder zichtbaar zou maken, en die Essense of bij uitbreiding Vlaamse landbouwer is bovendien door de band genomen ook een beter mens dan de bullebak die doorgaans in veel te dure, snelle en luidruchtige auto’s rondscheurt, samen met zijn kompanen Hammond en May – die laatste maakt uitstekende reisprogramma’s voor Prime, doch dit geheel terzijde.  Ik heb dus best sympathie voor de boer die in een groeimodel werd opgesloten -in feite een soort pyramideschema- en op de economische en ecologische grenzen daarvan stuit.

Maar waar die landbouwer dus enig mededogen verdient, zoals pakweg de eveneens door de katholieke zuil opgelichte Arcocoöperant, geldt dat jammer genoeg niet voor de Vlaamse landbouw als sector en voor het agro-industriële complex dat daar zijn rijk op heeft gebouwd.  Daarbij maakt het niet eens zoveel uit of het nu omwille van stikstof, mest of wat dan ook is : de landbouw in Vlaanderen zoals ze vandaag bestaat gaat de draagkracht van ons land ruim te boven én vervult zijn kerntaak niet : die van het beheer van een groot stuk van ons plattelandslandschap.

Het tegenargument dat we voor ons eigen voedsel zouden moeten kunnen instaan is daarbij lachwekkend, vooral als het wordt gebruikt om te verantwoorden waarom er op Vlaamse grond voor elke inwoner continu een volledig varken moet rondlopen.  Het klinkt zoals de Britse politici die op het tekort aan sinaasappelen als gevolg van Brexit reageerde met de goede raad om meer rapen te eten : de internationalisering van de economie maakt dat we nu eenmaal toegang hebben tot lekkere dingen die worden geproduceerd waar ze het best gedijen.  Daarvan willen afstappen is geen decennia maar honderden jaren achteruitgang, naar de tijd toen onze voorouders voor het eerst een glas wijn proefden.  Uiteraard wordt die handel soms verstoord (zoals nu door de oorlog in Oekraïne), maar dat is dan een reden om die verstoring aan te pakken, niet om plots over autarchie à la Noord-Korea te gaan dromen.  En dat beseft die landbouwsector maar al te goed, want die miljoenen varkens houden ze uiteraard niet voor ons, maar voor de Aziatische markt.  Het dan over “voedselveiligheid” hebben klinkt wat tegenstrijdig.

Natuurlijk is er wel toekomst voor een landbouw in Vlaanderen, die de overheid wellicht niet minder gaat kosten dan die van vandaag.  Maar dan één die vergoed wordt voor de publieke taak die ze vervult – het landschap mee beheren en het karakter van het Vlaamse platteland mee instandhouden.  En die daar uiteraard ook een economische opbrengst uit mag halen.  Voor de landbouw zoals ze vandaag functioneert, zie ik evenwel evenveel toekomst in Vlaanderen als voor de mijnbouw en de scheepsbouw.  Noteer overigens dat ook die teloorgang niet zonder slag of stoot verliep, dat de sociale gevolgen ervan terecht opgevangen werden, en dat niemand het betreurt dat we onze steenkool of schepen niet meer ter plaatse produceren.

Onrustige verjaardag

Onrustige verjaardag

Een jaar geleden viel Rusland Oekraïne binnen.  Vandaag is in de eerste plaats een dag om stil te staan bij al wie in het oorlogsgeweld het leven verloor, verminkt raakte of zijn familie, vrienden of kameraden nooit meer terug zal zien.  Rusland valt ook bewust burgers, appartementsgebouwen, scholen en hospitalen aan, in een poging om terreur te zaaien.  Poetin was al een dictator, meer dan ooit is hij ook een oorlogsmisdadiger geworden die een enkele reis richting het Internationaal Strafhof in Den Haag verdient.

Het is gelukkig ook een dag om verheugd vast te stellen dat Oekraïne niet heeft opgegeven.  Integendeel, het heeft dapper teruggevochten en heel wat van het verloren terrein heroverd.  Ook de Europese steun is sterk gebleken : het was niet altijd eenvoudig om iedereen op één lijn te houden, maar in grote lijnen is het wel gelukt, met ongeziene (maar desalniettemin ontoereikende) wapenleveringen naar Oekraïne als gevolg.  Ook VS-president Biden en het Verenigd Koninkrijk (onder impuls van -horresco referens- Boris Johnson) hebben Oekraïne voluit gesteund, zodat niet Poetin maar Biden de verjaardag van de inval in Kyiv kon gedenken.  De pro-Russische krachten in de Westerse politiek kunnen daar voorlopig niets aan veranderen.  Dat neemt niet weg dat de coalitie van rechts-extremisten (FVD in Nederland, het Vlaams Belang bij ons, een aantal Republikeinen in de VS), populisten als Orban en Berlusconi en links-extremisten (ook de PVDA bij ons suggereert regelmatig dat de NAVO eigenlijk nog erger is dan de Russen) een factor blijft waar we erg voorzichtig mee moeten zijn.  De lakmoesproef voor de keuze tussen democratie en dictatuur vertaalt zich in steun voor Kyiv of voor Moskou.

Met de komst van Oekraïense vluchtelingen kwam het conflict ook fysiek dichtbij.  We zijn daarbij niet tekortgeschoten, ook in Essen niet.  Maar het blijft natuurlijk een werk van lange adem, en Rusland volledig terugdrijven gaat -ook economisch- nog inspanningen van ons vergen.  Waarbij de beslissing over de voorwaarden waaronder eventueel vrede kan worden gesloten in handen ligt en moet liggen van president Zelensky en zijn regering.  Wie vindt dat het nu wel genoeg geweest is met die oorlog -en wie vindt dat niet…- moet daarvoor de voorwaarden scheppen.

Слава Україні – meer dan ooit !

Verhaalbelasting

Verhaalbelasting

De voorbije weken werd de geschiedenis van Vlaanderen zowaar één van dé gespreksonderwerpen in deze lap grond van nog geen 14.000 km2.  Het televisieprogramma dat Tom Waes maakte kreeg al van vóór de aanvang het etiket “nationalistische propaganda” opgekleefd.  Alleen maar omdat het woord “Vlaanderen” in de titel stond.  Als er voor het “verhaal van België” zou zijn gekozen, dan zou de kritiek wellicht even hard zijn geweest.  En de keuze is nu eenmaal onvermijdelijk, ook als ze niet in de titel zou hebben gestaan en het programma “Tijdrijzen Waes” had geheten.  Voor dit soort programma is een geografische afbakening nodig : de wereldgeschiedenis laat zich niet vatten in een laagdrempelige tv-reeks.  En dat maakt nu net het succes van dit verhaal : er is zichtbaar heel hard aan gewerkt om een wetenschappelijk verantwoord historisch verhaal zo in beeld te brengen dat het zoveel mogelijk mensen aanspreekt.  De kijkcijfers laten zien dat dat ook lukt.  Voor al wie geschiedenis belangrijk vindt kan dat alleen maar een verheugende vaststelling zijn.

Interessanter dan de -al te gemakkelijke- politieke kritiek die wat mij betreft ook door het programma wordt weersproken vind ik de vaststelling dat het programma af en toe wat te veel historische figuren weglaat.  Neen, ik heb het niet over Jan Breydel : die is alleen belangrijk in onze geschiedenis omdat hij wordt opgevoerd in het werk van Conscience – en dát is belangrijk.  Maar misschien wel Conscience zelf, of toch zeker Pieter-Paul Rubens.  Die was toch wel echt belangrijk.  Twee Karels ook : Karel De Grote en Karel V.  Twee belangrijke personen in de Europese geschiedenis, met wellicht ook (voorlopers van) onze taal als moedertaal.  Willem De Zwijger ook : wie Alva noemt moet hem ook noemen, omdat zonder die beiden de Vlaamse noordgrens niet tussen de Kloosterstraat en de Kloosterweg zou liggen.  En keizer Jozef II, zonder wiens beleid de coalitie van liberalen en katholieken die uiteindelijk België gevormd heeft wellicht niet tot stand zou zijn gekomen.  De keuze is duidelijk gemaakt om hen niet te vernoemen, eerder dan er en passant naar te verwijzen.  Begrijpelijk, maar toch jammer.  Ik heb na elke aflevering tot nog toe Wikipedia open gedaan en iets bijgeleerd, dus misschien zouden enkelen ook wel die namen hebben opgezocht…

Eigenlijk zou er tussen elke twee afleveringen van het Verhaal een aflevering van het “tussenverhaal” moeten zitten, waar de evolutie van de ene naar de andere (goed gekozen, het moet gezegd) episode wordt verduidelijkt.  Misschien is dat iets voor een tweede reeks.

Overigens… als taalfanaat verheugt het me bijzonder dat er in elke aflevering geprobeerd is om de juiste taal zoals die op dat ogenblik werd gesproken weer te geven, met ook enige uitleg.  Daarbij werd specialist Peter-Alexander Kerkhof opgevoerd – specialist in allerlei Germaanse talen, waaronder het West-Brabants.  Waar ook het Essense bijhoort, want niet zo verrassend is aangezien de man uit Wouw afkomstig is.

Gedichtendag 2023

Gedichtendag 2023

Verder

Als verdergaan onmogelijk lijkt, kies dan één enkel
verdergaan, één heerlijke

hardnekkigheid, desnoods om drie uur elke nacht spuitwater
horen stukknappende bellen, een soort sterrenluisteren

in plaats van sterrenkijken. Als verdergaan onmogelijk
is, kies dan één teruggaan naar een toen dat alle ooits

die je beloofd waren plots nu werden, misschien wel naar
die ochtend dat ambitie och, wat willen groeien met

je was als grauwe schimmel doorheen
brood.

Ruth Lasters

 

Bij Noordwijk zwom een nat konijn
te midden van een school tonijn
‘Tja, sprak het beest,’dat komt er van
als men de ta niet zeggen tan’.

Kees Stip

Mijn auto, mijn vrijheid ?

Mijn auto, mijn vrijheid ?

Een gemeenteraad krijgen we deze maand niet : het college heeft niet voldoende beleidsideeën om met de raad over te discussiëren.  Er stond wel een commissie omgeving op het programma, over het energie- en klimaatplan.  Daarvoor gold het principe van de hoge bomen en de wind : er lag een zeer degelijk plan voor, op maat gemaakt voor Essen.  Zodat het de moeite was om dat kritisch te bekijken en daar ook degelijk op in te gaan.

Maar daar wilde ik het eigenlijk niet over hebben.  In de marge van de discussie ging het even over de auto.  Niet vér in de marge, want over klimaat discussiëren zonder het over auto’s te hebben gaat niet natuurlijk.  Maar toch : op een bepaald ogenblik zei Dirk dat hij past voor een maatschappij waarin alleen de rijken zich een eigen auto kunnen permitteren.  Ik ben het daarmee eens.  Maar ik denk dat we naar een maatschappij gaan waarin ook de rijken geen eigen auto meer zullen hebben.  Of dat helemaal verboden wordt, dat weet ik niet.  Maar het zou best kunnen, en het gaat dan niet veel minder deining veroorzaken dan het wel lijkt.

Ben ik plots in communistische of naïef-ecologistische utopieën gaan geloven ? Zie ik mezelf, als nooit-autobezitter, plots als maat van alle dingen ? Toch niet.  Ik zie het aantal autokilometers zelfs omhoog gaan, ten koste van bus en trein.  Al gaat dat natuurlijk wel op zo’n manier zijn dat de milieu-impact minimaal blijft.

Mijn redenering begint bij de zelfrijdende auto (eigenlijk een tautologie, automobiel betekent zoveel als “zelfrijdend”…).  Die komt er, al gaat het langzamer dan ik voor enkele jaren dacht.  Het is ook niet zo evident : vooral de interactie tussen zelfrijdende en bestuurde auto’s is niet zo gemakkelijk om te programmeren.  Hoe meer auto’s zelf rijden, hoe minder dat evenwel nodig gaat zijn : die kunnen alle informatie over hun rijgedrag automatisch en meteen aan elkaar doorgeven, zodat ze perfect weten wanneer de auto voor hen gaat afslaan.  Maar ook de auto dáárvoor, en zeven auto’s verder.  Ik ben geen ingenieur, maar dat lijkt mij veel veiliger, ook bij een hogere snelheid.  Tenzij er in dat rijtje natuurlijk nog een auto met een bestuurder zit.  Op de autosnelweg wordt het helemaal interessant : daar kunnen alle auto’s die van de Antwerpse naar de Brusselse ring rijden automatisch een treintje vormen en aan maximale snelheid bumper aan bumper (misschien zelfs fysiek gekoppeld) doordenderen.  Je moet er niet aan denken dat je daar zelf met je wagentje zou tussen moeten laveren.  Of zo’n treintje naast je zou hebben terwijl je van rijstrook moet veranderen.  Je eigen auto besturen wordt véél te gevaarlijk – in vergelijking met de zelfrijdende auto.  Dat gaat verboden worden, met hier of daar een kleine uitzondering voor “oldtimers” die af en toe de weg op zullen mogen.

Dat is natuurlijk nog geen reden om géén auto meer te kopen.  Integendeel, die gaat net veiliger en sneller zijn.  Maar waarom zou je ? Als je ‘s avonds tegen je auto zegt : “rijd nu maar naar de garage, ik zie je morgevroeg” dan gaat die vragen waarom hij ‘s nachts geen passagiers of pakjes mag vervoeren om zo de kost te verdienen.  Wie gaat daar neen op zeggen ? Die garage kan meteen ook weg : als hij toch moet stilstaan, dat de auto zijn plan dan maar trekt.

Maar waarom moet mijn auto dan ’s morgens terug voor mij voorrijden ? Ik vraag gewoon zo snel mogelijk een auto voor mijn deur, die me brengt naar waar ik moet zijn.  Wie daar de eigenaar van is, is niet echt belangrijk, als de auto proper is op zichzelf… Zo vermijd ik ook dat ik geen auto heb als die van mij in panne staat, want dat ga je wel hebben met al die technologie, natuurlijk.  Of als hij geüpgraded wordt.

Gaat daarmee het onderscheid tussen arm en rijk verdwijnen ? Jammer genoeg niet : als ik wil betalen voor een auto met ontbijt, waarin ik alleen zit en een videoconferentie kan houden, of een uiltje kan knappen, dan ga ik wat meer betalen dan voor eentje die vijf willekeurige medepassagiers oppikt, Q-Music door de boxen knalt en hooguit slechte automaatkoffie serveert.  Utopia klinkt altijd beter dan de realiteit…

De individuele belangen (veiliger, sneller en goedkoper van A naar B) vallen samen met een groot maatschappelijk belang : ondanks de hogere capaciteit zal er minder nood zijn aan wegen, wegens veel efficiënter gebruik.  Minder aan spoorwegen, tenzij we onze autotreintjes op één of andere manier met de echte trein kunnen combineren.  De parkeerplaats of -garage wordt grotendeels een anachronisme.  En elk verkeersongeval wordt voorpaginanieuws, vóór de moordzaken.

Weet ik dat zeker ? Natuurlijk niet.  Zowel de technologische evolutie als het gedrag van mensen zijn niet zomaar te voorspellen.  En als economist zou ik iets moeten afweten van het tweede, maar niet zo veel van dat eerste aspect.  Maar het klinkt plausibel genoeg om er als beleidsmaker toch rekening mee te houden, niet ?

Eentje is Geen(s)tje

Eentje is Geen(s)tje

Het mag dus weer, recepties houden.  En dus zijn er naar oude gewoonte ook veel te veel in januari.  De collega’s van Vooruit hielden die van hen traditiegetrouw op zondagmorgen in het Volkshuis, CD&V koos voor een vrijdagavond in Zaal Rex.  Schepen Arno Aerden sprak in de mooi vernieuwde zaal van het Volkshuis, burgemeester Van Tichelt kreeg het eerste woord in de gemeentelijke fuifzaal.  Beiden zetten de verwezenlijkingen van het zittende schepencollege in de verf, al bleek de keuze van die verwezenlijkingen nogal uiteen te lopen.  De coalitiepartners vonden elkaar vooral in de vernieuwing van de buurtspeelpleintjes.  Waarvan ik het belang geenszins wil onderschatten.

Daarnaast hadden beide partijen ook een parlementslid uitgenodigd.  Aankomend talent Hannes Anaf bij Vooruit, oud-minister Koen Geens bij CD&V.  Anaf bracht vlotjes een herkenbaar en daardoor ook voorspelbaar Vooruitverhaal.  Hij wierp bloemen naar de Essense CD&V en smeet de pot naar Wouter Beke en het welzijsbeleid van dezelfde partij.  Hoewel hij ook uithaalde naar N-VA (via het “spookbeeld” van een mogelijke meerderheid van die partij met het VB) maakte ik me de bedenking dat onder meer op het vlak van welzijn, maar ook in het milieubeleid, N-VA en Vooruit elkaar alvast in een Vlaamse regering mooi zouden kunnen aanvullen en versterken, met de wil om jaren van CD&V-immobilisme en vergoelijking recht te trekken.  We horen nog van Anaf.

Of we ook van Geens nog veel gaan horen is een andere vraag, want diens carrière loopt wellicht ten einde.  Maar de voormalige minister van justitie bleek wel een uitstekend spreker, met een vorm van humor die ik wel kan waarderen.  Zijn poging om een ideologische onderbouwing aan de christen-democratie te geven heb ik geapprecieerd, maar ze is -minstens wat mij betreft- altijd tot mislukken gedoemd : uiteindelijk komt het erop neer dat christen-democraten betere bestuurders zijn, en als je hen vertrouwt en het roer in handen geeft dan komt alles altijd goed.  En zélfs als het niet goed komt moeten ze blijven meeregeren, want zonder hen zou het nóg erger zijn.

Dat hij daartoe ook een verhaal vertelde over de milieuproblematiek die 70 jaar te laat wordt aangepakt klonk behoorlijk ongerijmd, maar wel tekenend voor hoe het vaak echt gaat.  Het “rentmeesterschap” dat hij zo roemde blijkt in de regel korte termijndenken (“de winkel open houden”) zoals we dat in Essen zien, en als de christen-democratie écht sterke bestuurders levert -zoals ik hier eerder al eens uitlegde gebeurt dat- dan gaat het vaak over middellange termijndenkers, stijl Dehaene en Merkel.

Geens’ vaststelling dat mensen niet kunnen omgaan met te veel vrijheid deed me er dan weer aan herinneren hoe je tegelijk jezelf in het politieke centrum kan situeren (wat Geens en mij verbindt) en toch volstrekt een ander uitgangspunt kunt hebben.  Interessant, goed gebracht en prikkelend – eigenlijk kregen we dus meer dan je van een gemiddelde nieuwjaarsspeech moet verwachten.  Maar voor mij leidde het alvast tot de bevestiging van de conclusie dat CD&V de overbodige partij is in ons politieke landschap.  Waarmee ik overigens geen afbreuk wil doen aan het engagement van al wie zich voor die partij inzet – en daarmee hoe dan ook aan onze democratie meebouwt.

De burgemeester noemde als ik goed heb geluisterd twee namen : Dirk Konings en Zuhal Demir.  Ik noemde op onze receptie één naam : die van Demir.  Ook Geens vermeldde Demir.  Anaf niet, al had hij het wel over de stikstofproblematiek en kan ik er veilig vanuit gaan dat hij Demir alleen niet bij naam noemde omdat het hem niet uitkwam om een N-VA-politica expliciet te ondersteunen.  Bij CD&V zat er wel wat spanning tussen Van Tichelt die dreigde met het einde van de landbouw zodat we voor ons voedsel afhankelijk worden van het buitenland -het doembeeld dat we onze rijst maar ook onze sinaasappelen, bananen, mango’s… zullen moeten importeren is natuurlijk angstwekkend- en Geens die eraan herinnerde dat de boeren bij het invoeren van het Europees landbouwbeleid ook al het einde van de Vlaamse aardappel hadden voorspeld.  Maar de “steun voor de boeren”, zonder uit te leggen hoe die er dan wel moet uitzien, blijft toch een CD&V-dogma dat door beiden werd bevestigd.  De vaststelling blijft daarbij dat het feit dat die boeren niet worden “bedreigd” door een groenlinkse maar door een rechtse politica voor zeer veel ongemak zorgt bij CD&V.  Ook wel bij Vooruit, maar voor CD&V gaat het om een veel meer existentiële bedreiging.  Hoe zeer Geens ongetwijfeld ook beseft dat de “rentmeester” ook in dit verhaal de eieren lang geleden in de verkeerde mand heeft gelegd, en ze daar zou moeten maar niet meer durft uithalen.  En daarmee zijn eigen contradictie en overbodigheid andermaal bewijst.

IJsenpakket

IJsenpakket

Het kan dit jaar weer, een nieuwjaarsreceptie houden.  Dus trokken we ook met N-VA/PLE de kurk van de fles.  We trokken daarvoor naar de mooie feesttent van “Essen on Ice”.  Ik mocht de “feestrede” uitspreken, en koos voor een politieke boodschap – we zijn tenslotte een politieke partij :

Na twee jaar onderbreking kan het gelukkig terug, samen het glas heffen op het nieuwe jaar. En dat doen we vandaag op een unieke locatie.

Wat een mooi initiatief is dit, niet ? De Heuvelparking is zowaar een winters dorpsplein geworden. Ik heb het nagevraagd : er heeft niemand bij de gemeente geklaagd dat er hier nu al weken niet kan worden geparkeerd. Zo krijgen we 15 jaar na onze plannen voor het Heuvelplein toch nog gelijk. Zoals we gelijk gaan krijgen dat er in 2012 dringend aan een nieuw mobiliteitsplan moest worden begonnen. Dat er minstens vijf jaar geleden een nieuwe cultuurzaal kon worden gerealiseerd, in de loods aan Hemelrijk. Dat er al lang een nieuw beleidsplan ruimte had moeten zijn zodat er geen nieuwe volbouwprojecten meer kunnen starten. Maar in de Heikantlaan staat de bulldozer alweer klaar. Nog even, en dit plein staat weer vol auto’s, die zich vervolgens opnieuw in de Nieuwstraat en Stationsstraat kunnen vastrijden.

We zouden er moedeloos van kunnen worden. Ik verwelkom graag de collega’s van CD&V en Vooruit, maar ze weten dat wij hen vooral goed vinden in het zoeken van excuses voor tijdverlies. Het ligt aan de notaris, aan het studiebureau, aan de ministers – meestal die van N-VA, aan de diensten, aan corona, aan de provincie, soms zelfs aan de oppositie dat er niet meer wordt geïnvesteerd en gerealiseerd. Lange tijd leed vooral de lange termijnplanning onder hun mentaliteit van “het zal allemaal onze tijd wel duren”, maar de laatste jaren komt ook de gewone dagelijkse werking in gevaar, door een zeer kortzichtig personeelsbeleid dat met steun van het schepencollege de ene na de andere goede kracht wegjaagt. Zo worden kansen gemist en fouten gemaakt. Die na 2024 allemaal recht moeten worden gezet om te bewijzen dat Essen ook in de toekomst als zelfstandige gemeente kan blijven bestaan – want dat is de inzet. Je moet er maar zin in hebben.

Jawel, wij hébben er zin in. We gaan Essen overnemen en het beter doen, samen met alle Essenaren. Dat zal niet gemakkelijk zijn. We gaan een sterke N-VA/PLE-ploeg moeten vormen om de Essenaren te overtuigen dat er maar één keuze is om de coalitie van de eeuwige lopende zaken, de wandelende zaken eigenlijk, te vervangen door een bestuur met visie en daadkracht.

Daarbij gaan we duidelijk moeten maken dat niet gaan stemmen (want dat mag nu) of stemmen voor extreme, onbekwame, nieuwe of heropgeviste partijen alleen de huidige meerderheid zal helpen om te blijven doorgaan zoals ze bezig zijn. We hebben nog anderhalf jaar, en zoals elke partij vertrekken we van nul stemmen. En we hebben er duizenden nodig, want we moeten deze keer niet alleen de grootste blijven, maar ook onmisbaar worden om een meerderheid te vormen.

Ook op Vlaams, federaal en Europees niveau zijn er in 2024 verkiezingen. Ook daar moet een positief verhaal het halen. Een positief verhaal dat de keuze van minister Demir voor een krachtig natuurbeleid verderzet, dat kiest voor kwaliteit in het onderwijs en de zorg, dat onze economie op gang houdt en de energiebevoorrading verzekert en dat de financiën terug op orde trekt, om maar een paar dingen te noemen. Een positief verhaal ook dat Vlaanderen zélf de kans geeft om mee te bouwen aan de Europese Unie van morgen – die meer dan ooit de enige garantie is op vrijheid, welvaart en democratie, zoals we in Oekraïne zien. De Europese vlag wappert daar opnieuw in Kherson, en ze zal dit jaar van elk gemeentehuis in het hele land wapperen, kost wat kost, hoe graag ook hier sommige partijen daar eigenlijk liever die van Rusland zouden zien hangen – dat mag ook wel eens gezegd worden.

We klinken vandaag op 2023, maar met het oog al op 2024. Dat het dus niet één maar twee jaren met een goede gezondheid en nieuwe hoop op een betere toekomst mogen worden. Namens de hele N-VA/PLE-ploeg de beste wensen voor iedereen !

Foto : Essen on Ice