Mispact

Mispact

Op mijn eigen regel dat ik geen commentaar geef over de federale politiek, maak ik weinig uitzonderingen, maar het ontslag van een regering -al dan niet op het einde van de legislatuur- is er daar wel één van. Juridisch lijkt het er niet op dat de regering ontslagnemend is, of dat is geweest, en het lijkt er ook niet op dat een ontslag in de volgende dagen nog zal volgen. De regering Michel I bestaat dus nog. Maar een regering met een „meerderheid” van één derde van de zetels in het parlement behoort nu toch ook weer niet tot de normale geplogenheden in dit land. Dus toch maar een commentaar…

Wie mij kent en hier al eens leest wat ik opschrijf, zou kunnen weten dat ik inhoudelijk eerder wel achter het ondertussen beruchte Pact van Marrakesh sta. Ik ben een groot voorstander van internationale samenwerking -gedeelde soevereiniteit is méér, niet minder soevereiniteit- en er staat niets in de tekst waar ik het echt niet mee eens ben. Sommige zaken zijn niet helemaal gelukkig geformuleerd, dat wel. Er kan ook wel gegronde kritiek op het Pact gegeven worden, maar die deel ik persoonlijk dan niet.

En ook vanuit wie die kritiek wel belichaamt, vind ik het strategisch moeilijk te begrijpen dat dit een regeringscrisis waard is. De niet-bindende tekst wordt sowieso toch van kracht. Bovendien ben ik professioneel afhankelijk van de besluitvorming in de „DGE” en „Coormulti” vergaderingen die de voorbije weken af en toe het nieuws hadden gehaald. Daar ben ik er altijd vanuit gegaan dat de genomen beslissingen definitief en uitvoerbaar waren. Quod non, dus blijkbaar. En los daarvan : ik begrijp dat een partij die zich centrum-rechts of rechts wil positioneren, de rechterflank wil afdekken. Een streng maar rechtvaardig migratiebeleid verdedigen met meer nadruk op de gestrengheid dan de rechtvaardigheid kan daarbij horen. Maar ook dan horen de principes en het fatsoen overeind te blijven, en moet de grens met uiterst rechts óók streng bewaakt worden. Ik denk niet dat dit de voorbije weken door N-VA zorgvuldig gebeurd is, en niet alleen in de terecht bekritiseerde (en daardoor erg kortstondige) communicatiecampagne. Dat moet tot nadenken stemmen.

Ik geloofde om verschillende redenen in de nu half gevallen regering, waarvan het sociaal-economische beleid de belangrijkste was. Ik was al teleurgesteld in het gebrek aan doortastendheid op dit domein, en zeker in het budgettaire resultaat (wie heeft ná wijlen Jean-Luc Dehaene ooit echt nog geprobeerd om de begroting op orde te krijgen ?). Dat die sociaal-economische agenda nu helemaal dreigt onafgewerkt te raken, vind ik onrustwekkend en strategisch onbegrijpelijk. Hopelijk blijkt de bijna-val toch alsnog een niet-val, en blijft wat op stapel werd gezet minstens grotendeels nog overeind.

Tenslotte vind ik het jammer dat het degelijke bestuur van de voorbije jaren op bijvoorbeeld het domein van veiligheid of defensie óók in de schaduw is komen te staan van het migratiedebat.

Brexit means Brexit

Brexit means Brexit

Met al dat getrouw van de voorbije weken is één van de beste politieke soapseries van de voorbije jaren een beetje aan me voorbijgegaan.  Maar zoals dat met soaps gaat, kan je zonder al te veel moeite nadien terug inhaken.  Brexit dus.  De Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk bereikten een akkoord.  Dankzij EU-onderhandelaar Michel Barnier en de wellicht tot grote verbazing van de Britten zeer sterke eensgezindheid bij 27 overblijvende EU-landen ziet dat akkoord er van Europees perspectief helemaal uit zoals het moet : het beperkt de schade langs EU-kant zoveel mogelijk, zonder iets van de eigen principes op te geven en zonder het verlaten van de EU voor welk ander land dan ook tot een aantrekkelijk perspectief te maken.  Het raakte het voorbije weekend dan ook netjes goedgekeurd door de 27 achterblijvers.

Binnen het VK zal de goedkeuring wellicht nog wel wat meer voeten in de aarde hebben.  Premier May kreeg de regering achter zich, maar na de opstapgolf van enige tijd geleden, waarbij ze onder meer Boris Johnson verloor, schoot ze er opnieuw een reeks ministers bij in.  Waaronder de tweede Brexitminister die niet in staat bleek ook enige verantwoordelijkheid te nemen voor de Brexit die hij nochtans bij het referendum gesteund had.  De vraag of ze de deal door het parlement gaat krijgen, wordt in de pers dan ook meestal met “neen” beantwoord.  Ik denk eigenlijk dat het haar wel gaat lukken.  May is een overlever.  Ze heeft gelijk dat er maar drie mogelijkheden overblijven : deze deal, geen deal of geen Brexit.  Geen deal is een recept voor chaos.  Buiten enkele heethoofden wil niemand uitproberen hoevéél chaos juist.  Helemaal uitgesloten is het niet, want als er echt niets gebeurt, dan stapt het VK wel degelijk zonder overeenkomst in maart van volgend jaar uit de EU.  Maar de kans dat er aan de rand van de afgrond dan toch geopperd zou worden voor uitstel is groot.  Dat uitstel kan dan vervolgens alleen maar uitlopen op de twee andere mogelijkheden : de deal wordt alsnog goedgekeurd, of er komt geen Brexit.  Behalve enkele kosmetische wijzigingen lijkt het er niet op dat de EU de tekst nog zal heropenen.

De kans op geen Brexit lijkt me jammer genoeg ook niet zo groot.  Hoewel de meeste parlementsleden wellicht inzien dat het voor het VK veel beter is om in de EU te blijven dan een deal te sluiten waarin het land erg afhankelijk wordt van de besluitvorming in de EU zonder er impact op te hebben, lijkt de bereidheid om het resultaat van het referendum opzij te schuiven klein.  Een nieuw referendum zou een uitweg bieden, maar dat zou de drie mogelijkheden (de deal, geen deal, geen Brexit) moeten inhouden, en dat is niet evident.  Bovendien zou de EU bereid moeten zijn om de Brexitdatum te verschuiven (wat wellicht wel zou gebeuren als de vraag komt), want er is niet genoeg tijd meer om het nog vóór maart te organiseren.  Wellicht komt het er niet zonder regeringswissel.  En dat laatste is de sleutel : de Conservatieve Partij van May is als de dood voor verkiezingen, die wellicht door Labour zouden gewonnen worden.

Ik acht de kans reëel dat net daarom uiteindelijk de deal die de EU gisteren aanvaardde toch door het parlement wordt goedgekeurd.  Als een soort “prisoners’ dilemma”, waarbij het uiteindelijke resultaat voor niemand optimaal is.  Hopelijk loopt het toch nog anders, en blijft het VK in de Unie.  Maar als je vandaag mijn inschatting vraagt, dan denk ik dus dat de deal het gaat halen.  Ook al staat er op dit moment wellicht minder dan één derde van de parlementsleden achter…

Te Wapen ?

Te Wapen ?

Gisteren stond de voorlaatste gemeenteraad in de huidige samenstelling op het programma.  Die verliep in een goede sfeer.  Mogelijk hadden de felicitaties voor ons huwelijk aan het begin van de raad daarmee te maken – waarvoor veel dank aan mijn collega’s.  Het belangrijkste formele agendapunt was ongetwijfeld de meerkost voor de werken aan Over d’Aa.  Ik heb het zelf altijd lastig met dat soort meerkosten die achteraf opduiken, en vraag me dan vaak af waarom ze niet konden voorzien op het ogenblik dat aan de gemeenteraad gevraagd wordt om een budget uit te trekken.  Voor een aantal kosten is daar dan vaak toch een goede uitleg voor.  Zo is het fietspad op Over d’Aa op vraag van de raad anders uitgevoerd dan eerst was voorzien.  Maar soms loopt het de spuigaten uit, en dat was voor ons hier duidelijk het geval : Over d’Aa bleek een lijdensweg, en dat die nu ook nog méér kost dan voorzien is er wat ons betreft ver over.  Hopelijk wordt de meerkost zo veel mogelijk teruggevorderd van het studiebureau dat aan de basis ligt van een groot deel ervan.

Niet op de agenda, maar toch interessant was de discussie over de herbestemming van het voormalige Wapen van Essen (op zich al de reïncarnatie van een café dat zich elders in Essen bevond).  Het was mij uiteraard ook al opgevallen dat daar verbouwingswerken aan de gang zijn, en de voorbije weken verscheen in de pers het vermoeden dat er een moskee zou worden ingericht.  Voldoende stof om een vraag over te stellen.  Zoals hij ook al  in de pers had gedaan, antwoordde de burgemeester dat een vzw van islamitische Essenaren (de vzw Esselem) er een ontmoetingshuis wil creëren.  Geen moskee – al laat de website van de organisatie daar toch wel wat twijfel over bestaan.

Eerlijk is eerlijk : zoals hij eerder in dit soort discussies al deed vond Gaston ook nu de juiste toon, al gaf hij ook de indruk dat zijn gesprek met de betrokkenen hem met meer vragen dan antwoorden had achtergelaten.  Maar de krijtlijnen moeten duidelijk zijn : een horecazaak verbouwen tot een andere horecazaak mag zonder vergunning en er is ook in Essen vrijheid van godsdienst en van vereniging.  Hij betreurde bovendien terecht dat de zaak op sociale media door sommigen werd aangegrepen om gratuit uit te halen naar islamitische medemensen.  Anderzijds vond hij het jammer dat de betrokkenen blijkbaar te weinig de weg vinden naar het bestaande Essense socio-culturele aanbod.

Thomas Dekkers versterkte terecht dat laatste punt : het zou bijzonder te betreuren zijn als er een tweede “lokaal dienstencentrum” zou ontstaan, maar dan enkel voor één geloofsgemeenschap.  Thomas’ afgewogen tussenkomst onderlijnde overigens ook nog eens hoe jammer het is dat hij op 14 oktober niet meer op de verkiezingslijsten stond.  Guy brak een lans voor een gestructureerder integratiebeleid, ook een nuttige aanvulling.  Ik heb zelf nog gevraagd of we weten hoe de vereniging gefinancierd wordt, maar dat bleek niet het geval.

Een moskee maken van de ruimte is een functiewijziging, en daar is een vergunning voor nodig, dat bleek één van de besluiten.  Dan zou het dossier dus in principe in handen van het schepencollege komen.  Dat lijkt me stedenbouwkundig heel strikt geredeneerd, maar daarom niet noodzakelijk verkeerd.  Alleen ben ik er nadien inhoudelijk over gaan nadenken.  Ik deel heel sterk de zorg dat er geen parallel socio-economisch circuit voor één bevolkingsgroep mag ontstaan, zeker niet op etnische basis (want laten we een kat een kat noemen, de islamitische Essenaren hebben nu eenmaal vaak een andere afkomst dan de niet-gelovige of katholieke Essenaren).  Een theehuis, ontmoetingscentrum, … zou dus te betreuren zijn.  Maar wat de islamitische Essenaar onvermijdelijk van de anderen onderscheidt is natuurlijk de godsdienstbeleving zelf.  Je kan een islamiet nu eenmaal moeilijk verwijten dat hij zich niet naar een kerk of synagoge begeeft om te bidden.  De vraag naar een gebedsruimte is dan misschien op zich nog de meest onschuldige.  In de hoop dat ze na dat gebed dan een koffietje of een muntthee gaan drinken in Onder Den Toren of in het Volkshuis.  Anderzijds weten we natuurlijk ook dat niet elke vorm van islam (of de politieke vertaling die eraan gegeven wordt) zich zo maar gemakkelijk verhoudt met de waarden die we in onze samenleving vooropstellen, en zijn we daar terecht beducht voor.  En blijkt elders dat de hoop die ik net uitsprak niet zo eenvoudig gerealiseerd wordt.  Niet gemakkelijk.

Ik heb op de raad gisteren begrepen dat we het (uiteraard op extreem-rechts na) in grote lijnen eens zijn over de doelstelling die we nastreven.  We moeten wel nog eens goed nadenken hoe we die willen bereiken.  En onszelf en elkaar ook de ruimte geven om ons wat ongemakkelijk te voelen in deze discussie, die hoe dan ook nieuw is voor Essen.

’t Is gebeurd (2)

’t Is gebeurd (2)

Vorige zaterdag zijn we voor de tweede keer getrouwd. Voor de kerk, zoals dat dan heet. In ons geval de Orthodoxe kerk van Agios Dimitrios in Salamina. Wie goed naar onze uitnodiging gekeken heeft, weet dat we eigenlijk naar de Panagia Eleftherotriakerk wilden, maar ‘s morgens (!) beslisten we om te veranderen. Omwille van de uitzonderlijke klimatologische omstandigheden (het regende lichtjes, en het ging misschien ook wat waaien – in Griekenland klinkt dat als „sneeuwstorm” bij ons). Een goede beslissing, want de Agios Dimitrios is een prachtige kerk, met een historische betekenis – vrijheidsstrijder Karaiskakis ligt er begraven.

Pater Anargiros leidde de dienst, en deed dat even goed als Jokke in Essen – lichte uiterlijke en vestimentaire verschillen maakten dat we toch wel zagen dat zij het niet was. Hoewel hij ooit levens redde door te lang te preken (echt – er hangt een icoon in de kerk dat daaraan herinnert) liep het niet uit, maar hij haspelde de dienst ook niet op een drafje af en vond mooie slotwoorden.

Het was het eerste orthodoxe huwelijk dat ik bijwoonde, maar ik vond het een erg mooie en indrukwekkende liturgie, en niet alleen omdat ik in het midden stond. Aan wie een kerkelijk huwelijk alleen maar omwille van de mooie ceremonie en de foto’s wil zou ik zeggen : word orthodox…

Voor ons was dat uiteraard niet zomaar een keuze, dat orthodoxe huwelijk. De dubbele viering kwam ons goed uit, om beide families te betrekken, maar ook zonder die factor zouden we wellicht ook voor een kerkelijk huwelijk hebben gekozen. Dat het de orthodoxe kerk zou worden, stond ook bijna vast. We zijn allebei gehecht aan het lidmaatschap van onze respectievelijke kerken (ook al kan je moeilijk stellen dat ik „geloof” – hoe ik daar juist tegenaan kijk, kan je elders op deze site lezen, maar let op : het is niet in het meest toegankelijke stuk gevat).  De katholieke kerk geeft wel toestemming aan haar leden om orthodox te huwen, andersom niet. Dus heb ik netjes een toelating gevraagd aan het bisdom Antwerpen, en die ook gekregen.

We hadden de tekst van de liturgie ook in het Nederlands gevonden (die staat namelijk hier) en wie die leest ziet natuurlijk snel gelijkenissen met de katholieke liturgie. Hoewel de scheiding tussen beide kerken van 1059 dateert, zijn de theoretische verschillen dan ook erg beperkt. Het grootste dispuut is puur „politiek” en gaat over de positie van de bisschop van Rome, de paus : is die de eerste onder de gelijken of de primaat van de hele Kerk ? Het belangrijkste theologische dispuut ging veel jaren over de „filioque” clausule in de geloofsbelijdenis. Voor wie het zich nog herinnert : in onze geloofsbelijdenis staat „Ik geloof in de Heilige Geest, die Heer is en het leven geeft, die voortkomt uit de Vader en de Zoon, die met de Vader en de Zoon tezamen wordt aanbeden en verheerlijkt.” Wel, die eerste „en de Zoon” ontbreekt in de voor het overige identieke orthodoxe geloofsbelijdenis. De Heilige Geest komt dan alleen nog uit de Vader voort. Het lijkt geen halszaak, en beide kerken kwamen ondertussen bovendien overeen dat elkaars versie ook aanvaardbaar is (strikt genomen wordt de katholiek die de geloofsbelijdenis in het Grieks reciteert tegenwoordig geacht de “en de Zoon” weg te laten, in het Latijn moet het stukje tekst blijven staan !).

Maar het uitzicht van de huwelijksliturgie verschilt wel vrij grondig, met een kroning en een rondgang, bijvoorbeeld. Gelukkig stuurde de voorganger me waar nodig even bij…  Nadien trokken we naar een feestzaal, op 10 meter van de Middellandse Zee, want dat hoort op een eiland natuurlijk. De lokale traiteur, begonnen als kleine bakker in de straat waar de ouders van Ioanna woonden maar ondertussen met naam en faam tot in Athene, zorgde voor lekker eten, de DJ voor Griekse, Engelse en ook een streepje Nederlandse muziek. Dat laatste met als ultieme consequentie dat men in Salamina nu ook weet dat er bij buurvrouw Jansen een paard in de gang staat. Gelukkig heeft niemand me gevraagd τι κάνει αυτό το άλογο στο διάδρομο της γειτόνισσας. De vrienden die mee de oversteek gemaakt hadden hebben zich dus ook goed geamuseerd, tot mijn vreugde.

’s Anderendaags hebben we dan bij het ontbijt verder kennis gemaakt met de Cypriotische studievriendinnen van Ioanna en met haar peter die (samen met Ioanna’s zus) onze „κουμπάρος” was – getuige, maar meer „best man” zoals dat in het Engels gezegd wordt.  Vervolgens hebben we ons in de familie over cadeaus en de nogal gigantische overschot van het eten ontfermd, en nog wat bezoek ontvangen (dat was al de avond vóór onze trouw begonnen). Het voelt best goed aan om plots ook echt bij de Griekse kant van de familie te horen – en de taal wat beheersen helpt daar uiteraard bij.

Mijn ouders werden ondertussen verder in Salamina rondgeleid door… de Essense dorpsgids, bijgestaan door haar dochter, en door een Griekse taxichauffeur. Ik had ma en pa de dagen voor onze trouw al meegenomen naar enkele eilanden en naar de Peloponnesos, waar we hectares van sinaasappelbomen vol vruchten zagen. Als de Sint in Spanje zijn gading niet vindt, is er alleszins een alternatief.

Gisteren kwamen we dan terug naar hier, na een tiental hectische maar voor Ioanna en mij fantastische dagen, waar we nog heel veel aan gaan terugdenken. Met heel veel dankbaarheid voor iedereen die eraan heeft bijgedragen.

’t Is gebeurd

’t Is gebeurd

Een trouwkleed en een trouwkostuum.  Daar zijn Ioanna en ik zaterdag ingestapt.  In de raadszaal van het gemeentehuis, waar ik soms ook “neen” zeg, hebben we “ja” tegen elkaar gezegd.  Tegenover een internationaal gezelschap.  Natuurlijk waren mijn vrienden en familie erbij, wat ik heel leuk vond.  Ioanna’s zus en Eleni waren uit Griekenland gekomen, waar we heel blij mee waren.  Maar dat er niet alleen iemand uit Nederland, maar ook iemand uit Litouwen afreisde om ons huwelijk in het gemeentehuis bij te wonen was toch vrij uniek.  Ook vanuit verschillende Permanente Vertegenwoordigingen bij de EU vonden enkele mensen de weg naar het Hoge Noorden.  Natuurlijk waren enkele van Ioanna’s Griekse collega’s erbij, waaronder de Coreper I ambassadeur.  Zelfs de Europese Commissie was op hoog niveau vertegenwoordigd in onze raadszaal.  Als nog eens iemand zegt dat ik daar het niveau naar beneden haal, dan moet ik die vanaf nu toch tegenspreken.

Jokke Hennekam leidde de plechtigheid.  Ze deed dat uitstekend, en daar zijn we haar erg dankbaar voor.  Enkele buitenlandse gasten merkten op dat het voor een burgerlijk huwelijk best een mooi geheel was.  Hoewel ik haar wel moest zeggen dat ze ons eerst een hand moest geven (toch wel de omgekeerde wereld !), kan ik Jokke aan al wie wil trouwen dan ook zeker aanraden.  Hier in Essen zal je snel moeten zijn, want op 31 december loopt haar schepenambt af.  Maar daarna kan ze misschien als ambtenaar van de burgerlijke stand nog een internationale carrière uitbouwen ! Haar rijmende toespraak heb ik hier bewaard – ik ben zelfs zo genadig geweest om de minimale foutjes eruit te halen.

In de namiddag nodigden we dan onze gasten uit in Antwerpen.  In de Zaal AthenA van het Atheneum.  Die had ik uiteraard al gezien, maar ik was bij het binnenkomen toch nog verbluft hoe mooi die zaal er uitziet als ze ook feestelijk wordt ingericht en verlicht.  En het heeft wel iets, zo onder het toeziend oog van een schilderij van Luc Tuymans een feestje vieren.  Met Grieks eten (met dank aan Strofilia) en Griekse muziek (met dank aan Demis en Enrikos), want zo wilden we het.  En dus na een tijdje ook met Griekse dans.  Daar moest ik zelf niet voor zorgen, en ook dat was voor mijzelf een reden voor feestvreugde.  We lieten de organisatie over aan Liesje van Event’L. Dat was zo ongeveer de eerste beslissing die we namen toen we onze trouwplannen vorm begonnen geven, en het heeft gemaakt dat ons alvast organisatorisch héél veel zorgen bespaard zijn gebleven.

Ioanna en ik hebben enorm genoten van het feest.  Het was bijzonder fijn om omringd te zijn door familie, vrienden, collega’s uit letterlijk heel Europa.  De filmpjes die mijn broer en zijn vrienden hadden gemaakt, de presentatie met onwaarschijnlijke statistieken van de FOD-collega’s, de Social Questions Working Party en de Europese Commissie die een mooi cadeau hadden voorbereid, wij vonden het heel leuk.  En de foto’s die Todor maakte (ik plaats hier nog wel eens een selectie) en die van de Photobooth (daar zal de selectie mogelijk strenger moeten gebeuren) zullen ons ongetwijfeld ook heel mooie herinneringen bezorgen.  Net zoals de kaarten en cadeautjes, waarvoor onze grote dank.  Dat we ook enkele kaarten kregen van mensen die we niet hadden uitgenodigd heb ik ook bijzonder gewaardeerd.  Het is heel fijn dat mensen in je vreugde delen.

Dat we op ons feest even de microfoon zouden nemen, hadden een aantal mensen ongetwijfeld voorzien.  Sommigen wisten wellicht ook gedeeltelijk wat we waarover misschien zouden zeggen.  Maar er waren veel eindjes om aan elkaar te knopen, en de kans dat iemand de hele speech verstaan -laat staan voorspeld- had lijkt me redelijk klein.  Ik heb mijn tekst alvast hier geplaatst, die van Ioanna is wellicht ondertussen in Griekenland.

Want daar volgt deel 2 volgende week, als we in Salamina we voor de (Grieks-Orthodoxe) Kerk ten tweeden male in het huwelijksbootje stappen – op een eiland toch een wat gepastere uitdrukking dan aan het Heuvelplein, overigens.  Ik kijk er al naar uit om met de familie en de vrienden van Ioanna, en ook met een select gezelschap van enkele Essenaren, opnieuw feest te vieren.  Sommigen vroegen of we dan friet met stoofvlees gingen serveren, maar laten we zeggen dat een Belgische traiteur in Salamina vinden niet zo evident is.  En de kans om nog eens de Griekse keuken te proeven zomaar laten liggen is ook al geen evidentie.  Ik ben er zeker van dat we er even veel van gaan genieten.

Der Untergang ?

Der Untergang ?

Een bijdrage zonder verwijzing naar de gemeenteraadsverkiezingen ? Bijna, al komen ze zijdelings toch ter sprake.  Maar ik wil het over twee ontwikkelingen in de Europese politiek hebben.  In de eerste plaats het aangekondigde afscheid van Angela Merkel als voorzitster van de CDU, en later -maar zonder al te weten wanneer- als kanselier.  Ik heb mijn bewondering voor haar nooit onder stoelen of banken gestoken, en ik denk dat de EU ook helemaal niet klaar is voor haar vertrek. Ik zou haar natuurlijk ook wel haar rust gunnen, na dertig jaar toppolitiek, maar ik blijf ook hopen dat ze na haar Duitse carrière voor een Europese topfunctie kiest.  Ik vrees echter vooral dat Duitsland het zonder haar veel moeilijker zal hebben om de Europese roeping die het heeft in te vullen.  Ook al doet het land dat vaak nukkig (de broodnodige hervorming van de eurozone blijft daardoor uit) en was Merkel vaak niet de meest daadkrachtige, met een virtuose timing wist ze toch telkens ervoor te zorgen dat Duitsland de verantwoordelijkheid nam wanneer het nodig was.  Dat het woord “staatsman” geen ingeburgerd vrouwelijk equivalent heeft, bekoopt ons dezer dagen zuur.

De aanleiding van Merkels vertrek als partijvoorzitster is de zoveelste nederlaag op rij in een Duitse deelstaat.  Die nederlagen zijn relatief : ze haalt steevast percentages waarvoor heel wat partijen in Vlaanderen een arm en een been zouden willen geven, met inbegrip van CDU-zusterpartij CD&V.  Maar de achteruitgang kan moeilijk ontkend worden.  Dat geldt nog meer voor haar Berlijnse coalitiepartner, de sociaal-democratische SPD.  Die achteruitgang past, meer dan het uitgestelde vertrek van Merkel, in een Europese tendens, natuurlijk.  De sociaal-democratie zit weliswaar in de lift, maar die gaat naar beneden.  Frankrijk, Italië, Nederland, Duitsland dus.  En ook onze gemeenteraadsverkiezingen, maar ook die passen in een langere tendens.

In minstens een aantal van die landen nemen de groenen vrij naadloos de leidende rol op links over.  Op zich ben ik daar niet rouwig om : als ik een “stemtest” doe voor een verkiezing komt ik zo goed als altijd bij geel, blauw of groen uit – afhankelijk van het land of het politieke niveau waar het over gaat.  Merkwaardig genoeg is die voorkeur zelfs redelijk onafhankelijk van de exacte partijen die achter die kleuren schuil gaan in verschillende landen, maar de Vlaamse variant is wellicht de duidelijkste om mijn politieke ankerpunten mee te omschrijven.  Met de sociaal-democratie heb ik, net als met de christen-democratie, weinig, wat mijn bewondering voor een Merkel, maar ook voor de onlangs overleden Wim Kok bijvoorbeeld niet in de weg staat.  Alleen met de “Derde Weg”-stroming van Tony Blair en anderen voelde ik enige affiniteit, maar die stroming raakte bij de sociaal-democraten zelf sterk in diskrediet.

Een meer sociaal-liberale groene stroming, een ecologisch sterker liberalisme… ze zouden me alleszins meer aantrekken dan de sociaal-democratie.  En toch wringt er iets.  De sociaal-democraten hebben met Merkel gemeen dat ik niet goed weet of ze echt wel vervangbaar zijn – en dat is voor een stroming natuurlijk nog iets zorgwekkender dan voor een persoon, hoe formidabel ook.  Is het groene gedachtengoed wel genoeg uitgekristalliseerd, en is het gevaar van een populistisch links alternatief (of verschillende, want hier en daar ontwikkelt zich een ethisch-conservatief en identitair links) niet te groot ? Kunnen we wel zonder een linkse stroming die uiteindelijk consequent bestuursverantwoordelijkheid wilde opnemen, ook samen met centrum-rechts als dat nodig was ? Kan een verhaal dat niet de revolutie predikte, maar de geleidelijke omvorming tot een “socialere” maatschappij (soms fout, maar vaak ook juist gedefinieerd) bepleitte wel gemist worden ?

Echte sociaal-liberale partijen zijn zeldzaam (D66 is er zo één, in Scandinavië vind je er ook enkele), dus vinden we de beste hoop wellicht toch aan groene kant.  De eerste tekenen daar zijn gemengd.  Hier en daar in Europa zit een groene partij in een regering; dat is ook hier het geval geweest, maar zonder echt “dragend” te zijn – en ik denk dat de groenen het voor zichzelf ook een “mixed blessing” vonden.  Coalities van CDU en de Grünen werken in Duitsland (soms wel met electoraal groen succes als gevolg), en bij ons maken we de geboorte mee van menig N-VA/Groen-coalitie – maar voorlopig lijkt een provinciebestuur het hoogste haalbare.  Maar in Nederland ontliep GroenLinks de regeringsverantwoordelijkheid.  Het Waalse Ecolo en de Franse (versnipperde) ecologisten hebben het nog veel moeilijker dan de groene collega’s om een ideologisch verenkleed af te leggen dat botst met de realiteit, maar de sporen van het verleden zijn ook elders niet uitgewist.  Pakweg uit de NAVO stappen is wel het allerdomste dat een Europees land kan doen vandaag. En in Zuid-Europa is van enige groene stroming vaak geen sprake.  Als de sociaal-democratie daar een gat achterlaat (dat is niet overal zo), dan wordt dat op erg bonte wijze ingevuld.

De erfenis van de sociaal-democratie is zwaar om torsen.  Ook wie op een andere plaats in een politiek landschap staat mag erom bekommerd zijn dat het kind niet met het badwater wordt weggegooid.  Dat geldt voor Merkel, maar ook voor haar rode coalitiepartners, vrees ik soms.

Foto : Von Sandro Halank, Wikimedia Commons, CC BY-SA 3.0, CC BY-SA 3.0, Link

Mens, erger je niet

Mens, erger je niet

Politiek is mensenwerk.  Sport ook.  Twee wielrenners die samen naar de meet rijden en dan in een millimeterspurt uitmaken wie er wint.  Misschien voelt de verliezer zich bekocht : waarom deed die andere geen meter kop ? Dat kan dan een boze blik opleveren, misschien wat harde woorden.  Maar zo goed als altijd volgt nadien de verzoening : de winnaar deed ook zijn job en reed voor wat hij waard was.  Van sporters wordt aanvaard dat ze elkaar als collega’s behandelen, als vrienden, ook als ze tegen elkaar uitkomen.  Van politici vinden mensen dat soms raar.  Hoe kan je nu tijdens de vergadering zo hard discussiëren, en nadien samen iets gaan drinken ? Hoe kan je proberen elkaars machtspositie te ondermijnen of af te nemen, en daarna toch vriendschappelijk met elkaar blijven omgaan ? Sommigen in de politiek vinden het zelf ook moeilijk om die “klik” te maken.  Toch is het niet alleen normaal, het hoort ook zo.  Ik ben ervan overtuigd dat je anders op termijn de democratie ondermijnt.  Een beetje op zijn Amerikaans, waar als maar meer “tribaal” met elkaar wordt omgegaan, waar opgeroepen wordt om politieke tegenstanders op te sluiten, bijvoorbeeld.

Toegegeven, het is niet altijd gemakkelijk.  Politiek kan hard zijn, en soms wordt er niet proper gespeeld.  De verleiding om “op de man” te spelen is soms groot, het onderscheid tussen iemands persoon en iemands kwaliteiten is soms diffuus.  Ook voetballers zullen wellicht na de match een verschil maken tussen een harde maar zuivere tackle, en een vuile fout.  Ik heb me hier ook al wel eens druk gemaakt over een gebrek aan collegialiteit, een gebrek aan respect of een pure pesterij.  Ik probeer zelf (maar ben feilbaar) om de grens angstvallig te bewaken, maar als het nodig is schuw ik de harde tackle niet – als die nodig is om mijn punt te maken, om mijn gelijk te bewijzen, om mijn visie te realiseren.  En misschien lijkt die dan wel eens persoonlijk bedoeld.  Of wordt die ten onrechte zo voorgesteld.  Als oppositielid kan je nu eenmaal ook niet verbergen dat je mensen hun functie als persoon misschien wel gunt, maar als politicus liever zou hebben dat ze die de volgende dag kwijt zijn.  Dat lijkt soms hard, maar het is ten gronde maar juist even hard dan degene die wel op de stoel zit en geen plaats wil maken voor mij…

Na een faire campagne volgde in Essen een moeilijke verkiezingsuitslag, en een coalitievorming die op de verhouding tussen politieke partijen heeft ingewerkt.  Ik weet dat sommigen dat niet zullen begrijpen, maar ik kan in alle eerlijkheid zeggen dat mijn opinie over de mensen in geen van de andere partijen in de voorbije weken veranderd is.  Degenen die ik als persoon waardeerde, waardeer ik nog steeds.  Ik voel me zwaar getackeld (dat zal hier al wel gebleken zijn), en zal met plezier meedenken over het tactisch plan om de volgende keer met onze ploeg niet alleen als eerste over de streep te komen, maar ook op het podium te staan.  Vooraleer de anderen binnenkomen, zelfs.  Om zo onze visie op een beter bestuur voor Essen te realiseren.  Maar degenen tegen wie we die wedstrijd zullen rijden zijn tegenstanders, geen vijanden.  Goede mensen, met verkeerde inzichten.

 

D+7

D+7

Een week na de gemeenteraadsverkiezingen.  Ze liggen nog altijd op mijn maag, en dat verbaasde me daarstraks een beetje.  Ik ben in de raad verkozen, heb een paar dagen (letterlijk dan toch) afstand kunnen nemen omdat ik voor mijn werk in Parijs zat, en heb ook nog heel wat andere zaken aan mijn hoofd.  Bovendien, je hoefde nu ook weer geen politiek genie te zijn om te beseffen dat een coalitie die de meerderheid behoudt mogelijk wordt verdergezet.

Vanwaar dan mijn onbehagen ? Er zijn twee redenen voor.  De eerste geldt ongetwijfeld voor veel van mijn N-VA/PLE-vrienden : we hebben het gevoel dat CD&V en sp.a geen respect hebben voor het feit dat N-VA/PLE wel degelijk de grootste partij in Essen geworden is.  Omdat ze geen argumentatie hebben kunnen bedenken om ons opzij te zetten die steek houdt en verbindend kan werken.  Zes jaar geleden hebben ze dat niet gedaan, zo had het deze keer ook gekund.  Een kort persbericht dat er voor continuïteit werd gekozen, en dat is het dan.  Goed samengewerkt, werk verderzetten, … Maar dat zou ook bij hun eigen kiezer en achterban wellicht moeilijk hebben gelegen.  De CD&V’ers die zich afvroegen of een brede meerderheid niet beter zou zijn, en (vooral) de sp.a’ers die een alternatief wilden voor CD&V, ik zou ze de kost niet willen geven.  Dus moest er geargumenteerd worden.  Maar meer dan drogredenen om ons aan de kant te schuiven konden er niet worden gevonden, want uiteindelijk is de enige reden om samen te blijven werken dat ze nu eenmaal het liefst samenwerken.  En zich in bochten moeten wringen, dat werkt niet.  Niet alleen tegenover ons, de kandidaten en verkozenen, maar tegenover al onze kiezers.  Al wie die drogredenen doorziet, die voelt zich voor het lapje gehouden en wordt daar boos van.  Logisch.

Die eerste reden voor mijn onbehagen gaat onvermijdelijk overgaan.  De tweede zit dieper.  Vanaf het moment dat ik in de Essense politiek betrokken raakte (dat is binnenkort 30 jaar geleden) droom ik van minstens één legislatuur besturen zonder CD&V (toen nog CVP, maar dat verschil doet niet terzake).  Besturen mét CD&V was dan wel een latent plan B, maar de uiteindelijke droom was zonder hen.  Vooral omdat het in een democratie nodig is dat macht circuleert, niet te lang in dezelfde handen blijft.  Maar ook om met een andere stijl te kunnen besturen, en op een aantal punten een ander beleid te kunnen voeren.  Die droom geef ik uiteraard niet op.

Alleen… in die droom speelde de sp.a altijd een rol, al dan niet met een sociaal-democraat in de burgemeesterszetel.  Ik ging er vanuit dat de coalitie met CD&V een verstandshuwelijk was, een tijdelijk verbond, gericht op beter.  Twaalf jaar geleden leek het dat ook wel.  Zes jaar geleden had ik misschien al beter moeten weten, maar ik bleef erin geloven dat de sp.a het niet als zijn historische roeping zag om in CD&V in Essen aan de macht te houden.  Die illusie ben ik nu kwijt.  Wie 18 jaar samen bestuurt, vormt geen coalitie meer.  Dat is een alliantie, een kartel dat met verschillende lijsten opkomt.  CD&V en sp.a hebben zich aan elkaar verbonden.  De Conservatieve Coalitie heb ik hen de voorbije dagen genoemd, omdat ik niet geloof dat ze met dezelfden van altijd nu wel enige verandering zullen brengen.

Dat stuk van mijn droom heb ik moeten opgeven.  Dat is een ontgoocheling die verder gaat dan het missen van de meerderheidscoalitie voor de legislatuur 2019-2024.  Ook natuurlijk omdat de praktische implicatie is dat CD&V/sp.a samen verslagen moeten worden.  Dat het niet meer volstaat om groter te worden dan CD&V, maar dat we groter moeten worden dan CD&V/sp.a.

Ik twijfel er niet aan dat we die doelstelling op zes jaar tijd gaan realiseren.  Met overschot.  Maar ik had het zo graag anders willen zien.  Ik had écht graag willen samenwerken met de sp.a-mensen.  Omdat ik dacht dat we ergens diep vanbinnen dat eerste stuk van mijn droom gemeen hadden.  Niet dus.  Dat moet echt nog verder bezinken.  Daarvoor volstaat een week niet.

D+3

D+3

De dag nadien.  Gisterenavond heeft sp.a ons laten weten dat ze beslist hebben om verder te besturen met CD&V.  Laat ik eerst maar stellen dat dit hun recht is.  Het staat in de spelregels dat dit mag.  Maar het kan natuurlijk ook heel anders.

Coalitiebesprekingen in Vlaanderen zijn iets raars.  In Nederland wordt er na de gemeenteraadsverkiezingen een paar dagen gewacht, want verstandige beslissingen vragen om een beetje bedenktijd – en slaaptijd.  Daarna komen alle partijen samen om de mogelijkheden te bespreken.  Er wordt een formateur aangeduid, die op basis van inhoudelijke overeenkomsten naar een meerderheid zoekt.  Dat proces leidt tot een nieuw college.

In Vlaanderen niets van dat alles.  Het gewoonterecht zegt twee dingen : tenzij je in een grote stad woont moet alles zo snel mogelijk beklonken zijn, en de grootste partij mag eerst initiatieven nemen.  Zondagnamiddag hebben we dus sp.a en CD&V uitgenodigd voor een gesprek.  We hebben hen uitgelegd waar we inhoudelijke overeenkomsten en verschillen zagen, en hoe we dachten aan een nieuw schepencollege te raken.  We hebben hen duidelijk gemaakt dat alles besproken kon worden, ook de burgemeesterssjerp.  Met sp.a zijn er op zondag en maandag verdere (korte) gesprekken geweest, CD&V hield de boot af.  De sp.a gaf aan dat het voor hen om een moeilijke keuze ging.  Dat ze alle argumenten voor en tegen verschillende meerderheden gingen afwegen.  We hebben loyaal geprobeerd om hen daarbij te helpen.  Maar ze hebben het proces niet afgerond.  Op maandagavond kregen we een uitnodiging voor een gesprek op dinsdagavond, voor verdere verduidelijkingen.  Op dat gesprek werd uiteindelijk alleen meegedeeld dat CD&V en sp.a hun coalitie gingen verderzetten, ondanks de grotere inhoudelijke overeenkomsten tussen sp.a en N-VA/PLE.

Nogmaals, dat mag.  Het is volgens het boekje, en we kenden dat boekje toen we een lijst indienden voor deze verkiezingen.  Of het een correcte manier van werken is, is natuurlijk een andere vraag.  Ik geloof in mensen, dus ga ik er toch maar vanuit dat dit geen doorgestoken kaart was, en dat de collega’s van CD&V en sp.a zichzelf en ons nog in de ogen kunnen kijken.  Het stoort me wel enorm dat CD&V in de communicatie nu de twee stemmen verschil tussen ons en hen gaat minimaliseren.  We hebben het hier wel over mensen, niet over cijfers na de komma.  Elke twee Essenaren, neen élke Essenaar zie zondag gestemd heeft verdient respect.  Een woord waar CD&V anders de mond van vol heeft…

Ik ga de Conservatieve Coalitie niet feliciteren.  Dat verdienen ze niet.  De Essenaar koos voor een vooruitstrevend, ja zelfs een progressief alternatief.  Zich verbergen achter de onwenselijkheid van een coalitie met N-VA is dan ook onzin.  Over in Vlaanderen zien we dezer dagen coalities tot stand komen met N-VA en met Groen en/of sp.a.  Mogelijk volgt zelfs Antwerpen.  Ik zou dat toejuichen, want ik heb in de voorbije campagne veel respect gekregen voor Jinnih Beels.  Ook al gaat mijn voorkeur eigenlijk uit naar “Braziliaanse” samenwerkingen met geel, groen en blauw.  Felicitaties komen er dus niet – op een enkele individuele uitzondering na.  Ik ga de coalitie van CD&V en sp.a wel veel succes wensen, want dat is in het belang van Essen.  Hopelijk brengen ze het veilig, leefbaar, actief en welvarend Essen waar de kiezer om gevraagd heeft toch dichterbij.

D+1

D+1

Dag dag nadien.  Een dank om dankbaar te zijn.  Dankbaar aan alle Essenaren die hun stem hebben uitgebracht gisteren.  Dank aan de twee mensen die het verschil hebben gemaakt en er een historische dag van hebben gemaakt.  Ja, u beiden daar.  Of u beiden…  Voor het eerst in de Essense geschiedenis -minstens die sinds het algemeen stemrecht werd ingevoerd- kreeg de christendemocratische lijst, de lijst van de zittende burgemeester, in onze gemeente niet het meeste stemmen.  Ik zag gisteren tranen in de ogen van mensen die jaren geleden politiek actief waren in Essen, en die niet konden geloven dat het eindelijk gelukt was.  Dat het ons gelukt was.  Ook voor mij een emotioneel moment.  Dat ik het als eerste wist, ook dat van die twee stemmen, was een absoluut voorrecht.

Ik ben ook dankbaar dat er tien sterke mensen van onze lijst verkozen zijn, al verdienden ze het alle 25.  En ik vind het jammer van de 15 die het niet haalden.  Ik heb hun inzet ontzettend gewaardeerd.  Hopelijk blijven ze zich engageren.  Ik ben ook de 430 Essenaren die op mij stemden heel dankbaar dat ik zelf opnieuw het vertrouwen heb gekregen om in de gemeenteraad te zetelen.

Felicitaties horen ook bij verkiezingen.  In de eerste plaats aan al wie in Essen verkozen werd.  En ook aan wie het niet haalde.  Verkiezingen voelen niet altijd rechtvaardig aan.  Ik weet dat de collega’s van sp.a heel hard op een vijfde zetel hadden gehoopt, en als de verkiezingsuitslagen door een “vakjury” zouden bepaald worden, dan hadden ze die ongetwijfeld ook gekregen.  Felicitaties aan de negen mensen die samen met mij op onze lijst verkozen werden.  Voor Dirk die de kaap van de 1.000 overschrijdt, voor Geert die in Essen op twee mensen na het hoogste stemmenaantal haalt, voor Robin en Kevin die beiden uitstekend scoren (kon moeilijk anders met hun affiche voor mijn raam), voor Annemie die uit het politieke niets meteen haar plaats innam.  Voor Anne die opnieuw Hoek in de raad mag vertegenwoordigen, voor Guy die jammer genoeg de verkiezingsdag in het ziekenhuis moest volgen, voor Bob die na het Autonoom Gemeentebedrijf nu ook in de gemeenteraad zijn kritische stem kan laten horen en voor Joris die laat de sprong waagde, maar er wel voor zorgde dat er een trampoline klaarstond – je bent een turner of je bent het niet.  Felicitaties ook voor de CD&V-schepenen Konings en Quick die een mooi resultaat neerzetten, dat door de “status quo-achteruitgang” van hun partij misschien wat buiten beeld blijft.  Nog bij CD&V scoort ook Brigitte Van Aert heel sterk, en bij sp.a Arno Aerden.

En nu ? We zijn in een situatie terechtgekomen die ongewoon aanvoelt voor alle partijen.  Een sp.a die op zijn electorale honger gebleven is, en onvermijdelijk door zowel N-VA/PLE als CD&V als mogelijke partner wordt gezien.  En de twee grootste partijen die elkaar in de ogen kijken en vaststellen dat de 0,02 procentpunt die hen scheidt een eventuele samenwerking niet noodzakelijk vergemakkelijkt.  Binnen en buiten de partijen lopen de meningen over de richting die het nu uit moet ongetwijfeld uiteen.  We hebben de gesprekken gisteren in gang gezet, en ze lopen nog.  Wordt vervolgd…