Mr President

Mr President

When the sun come shining, then I was strolling
And the wheat fields waving, the dust clouds rolling
The voice come in chanting and the fog was lifting
This land was made for you and me

(Woody Guthrie)

Ik heb nog niets geschreven over de Amerikaanse presidentsverkiezingen. Dat is niet mijn gewoonte. Het zou bovendien de indruk kunnen wekken dat ik denk dat de uitslag nog niet vaststaat. Maar dat is gelukkig wél zo : Joe Biden heeft gewonnen. Ik deel de zucht van opluchting die door de hele wereld is gegaan. Voor wie het nog niet wist : de verkiezingscampagne en de dagen nadien hebben nog maar eens aangetoond dat Donald Trump er niet alleen denkbeelden op nahoudt die hier gelukkig al lang geen gemeengoed meer zijn. Dat mag immers. We kregen ook opnieuw de bevestiging dat hij op geen enkele manier geschikt is voor zijn functie. Dat is weliswaar niet aanbevelenswaardig, maar is op zich geen reden om hem van het verkiezingsproces uit te sluiten. Maar we kregen vooral opnieuw het bewijs dat hij niet bereid is om de spelregels van de democratie te respecteren. En dat kan dus niet : wie in een democratisch systeem aan de macht wil komen, moet in de eerste plaats een democraat (met kleine d) zijn.

Net daarom is Trumps houding sinds de verkiezingen én de impliciete of expliciete steun van sommige van zijn partijgenoten (of overzeese supporters) zo destructief dat ze misdadig wordt. Er is geen enkele ernstige aanwijzing dat er wat dan ook misgegaan is in het verkiezingsproces. Door te doen alsof dat wel zo is, wordt de democratie zelf in vraag gesteld. Dat één of andere zonderling dat doet, tot daaraan toe, maar van iemand met invloed op duizenden, honderdduizenden of miljoenen mensen kunnen en mogen we dat niet aanvaarden. Het is trouwens een grens die we soms wat duidelijker moeten trekken : uiteraard mogen we het oneens zijn met een president, een regering, een gemeentebestuur… Uiteraard mogen we vinden dat ze slecht besturen of onvoldoende rekening houden met wat de kiezer wellicht in het stemhokje heeft willen zeggen. Wat voorbij de grens gaat is de legitimiteit zelf van democratische machthebbers in vraag stellen. Poetin, Erdogan en consoorten zijn niet legitiem. Maar wie niet van De Croo I houdt, mag uiteraard wel zeggen dat zij of hij tegen deze regering is -en bijvoorbeeld vindt dat regeringen een meerderheid moeten hebben in alle Vlaamse provincies- maar niet dat het niet de wettelijke regering van dit land zou zijn. Zoals ik ook vindt dat een coalitie met N-VA/PLE in Essen veel meer recht zou hebben gedaan aan de verkiezingsuitslag én een veel beter beleid zou hebben mogelijk gemaakt, maar Gaston Van Tichelt toch als “burgemeester” zal aanspreken. Ook omdat ik weet dat hij, mocht hij die sjerp ooit verliezen, die netjes zal overdragen aan zijn opvolger, op een manier die de continuïteit van het Essense beleid zal mogelijk maken.

Maar Trump lijkt dus echt van plan om zich niet zomaar neer te leggen bij de verkiezingsnederlaag, en om alleszins de transitie naar de regering-Biden zo veel mogelijk te bemoeilijken. Ik behoor tot degenen die altijd gedacht hadden dat voldoende Republikeinen hem daarin niet zouden volgen : het is iets heel anders om sommige standpunten van de man te delen dan ook zijn methodes goed te keuren. Maar die Republikeinen met respect voor de democratie blijken zeldzaam, zoals eigenlijk ook al in de “impeachment”-procedure bleek. Lof zij Mitt Romney en George W. Bush en nog wel wat anderen, maar ze zijn de uitzondering die de regel bevestigt. De schade die de Republikeinse partij daarmee aanricht is wat mij betreft groter dan wat ze ooit met slecht beleid heeft gedaan.

Ik denk overigens wel dat het Amerikaanse systeem uiteindelijk sterk genoeg zal blijken om Biden op 20 januari het Witte Huis binnen te leiden, maar het feit dat we ons dat moeten afvragen is opmerkelijk. Wie had er ooit rekening mee gehouden dat er iN 2020 zou worden getwijfeld of de overduidelijke winnaar van de Amerikaanse Presidentsverkiezingen zijn mandaat zou kunnen opnemen ?

Zouden de kaarten anders hebben gelegen als de overwinning van Biden (die al bij al behoorlijk groot uitvalt) nog veel duidelijker zou zijn geweest ? Mogelijk wel; een overwinning op basis van de stemmen die in de eerste uren na het sluiten van de stembus werden geteld alleen zou mogelijk zelfs Trump ertoe hebben genoopt om de nederlaag toe te geven. Ligt dat aan Biden ? Dat weet ik niet. Natuurlijk is hij niet de meest enthousiasmerende kandidaat, of de meest progressieve stem in het Amerikaanse politieke landschap. Maar gegeven het tweepartijensysteem en gegeven de persoonlijkheid van Trump denk ik niet dat een ander een beter resultaat zou hebben behaald. Bovendien had de kandidatuur van Biden het voordeel dat iedereen aanvoelt dat hij wellicht maar voor één termijn president zal kunnen en willen zijn. Dat maakt hem een overgangsfiguur, die eigenlijk vooral de Amerikaanse politiek (en de relaties met de rest van de wereld) moet normaliseren, in de hoop dat daarna ook opnieuw een “normale” verkiezing kan volgen. Met Kamala Harris als uittredend vice-president die wél een boeiend verhaal te vertellen heeft.

Overigens blijkt uit die discussie ook opnieuw hoezeer een tweepartijenstelsel mensen in een keurslijf dwingt die het gevoel geeft dat er geen keuze is (met als enige voordeel de “duidelijkheid” van de uitslag, al is die dus ook relatief). Als de VS een meerpartijensysteem zou hebben, dan zou een extreem-rechtse partij met Trump nooit aan de macht zijn geraakt, en dan hadden de aanhangers van een klassiek-linkse lijn als die van Bernie Sanders of een groen-linkse als die van Alexandra Ocasio-Cortez zich pas in een tweede ronde of bij de coalitievorming bij de centrum-liberaal Joe Biden moeten aansluiten, tenzij die een coalitie met een conservatieve partij rond Mitt Romney zou hebben verkozen. Ook dat systeem heeft nadelen (een beleid waarin niemand zich helemaal herkent), maar ik verkies het boven de kunstmatige dichotomie die we in de VS en (in iets mindere mate) het VK zien. En voor een slimmerik op basis van die redenering de samenwerking tussen N-VA en PLE in vraag stelt : het gemeentelijke kiesstelsel (Imperiali) is niet volledig proportioneel en zet niet onbeperkt maar toch onmiskenbaar aan tot voorafgaande samenwerking – het beste bewijs daarvan is niet N-VA/PLE maar de CVP/CD&V en zijn klassieke standenopbouw, die daarmee sinds de Tweede Wereldoorlog de burgemeesterssjerp in Essen in handen heeft gehouden.

Maar het ging hier niet over Essen, wel over de VS. Om in het politieke idioom van dat land af te sluiten : God bless America, and God bless President Biden.

De tweede golf

De tweede golf

Al wie in de zomermaanden over een “tweede golf” van coronagevallen sprak, blijkt achteraf gezien niet erg goed in het inschatten van het weer op zee. De tweede golf is nu, en ze dreigt zwaarder toe te slaan dan de eerste golf. De nieuwe golf slaat overal toe, maar ons land blijkt opnieuw zwaarder getroffen dan alle andere EU-landen. En waar we daar bij de eerste golf nog een redelijke uitleg voor hadden (de krokusvakantie viel erg slecht, we testten veel en telden nauwgezet), zie ik die nu eigenlijk niet. Het verschil zit dus in het beleid, en in ons eigen gedrag. Zoals ik in mijn vorige post al schreef zijn het moeilijke tijden voor wie gelooft in verantwoordelijke burgers. Ik zag dit weekend op de trein een groepje van een achttal twintigers/dertigers die het niet erg nauw namen met de maskerplicht en de afstandsregels. En zo kan iedereen wel voorbeelden geven. Ik wil die mensen geen steen toewerpen, want ik ken natuurlijk hun achtergrond niet. Maar eigenlijk is dat ook een probleem : dat we zo weinig stenen durven werpen. Mensen aanspreken om (waarschijnlijk) asociaal gedrag blijkt erg moeilijk.

Toch gaat het niet op om alle verantwoordelijkheid op “de burger” af te schuiven. De beleidsverantwoordelijken wisten dat er een nieuwe golf aankwam. Ze hadden veel kunnen leren uit de eerste golf. Ze wisten natuurlijk ook dat er geen enorm draagvlak zou zijn voor onmiddellijke nieuwe strenge maatregelen, maar ze hadden dat wel kunnen creëren. Bovendien is het draagvlakargument ook niet alleen zaligmakend : wie verantwoordelijkheid heeft, moet uiteindelijk vooral doen wat er moet gebeuren, en dat dan zo goed mogelijk uitleggen. Dat er in dit land nog maatregelen versoepeld zijn terwijl het aantal gevallen terug sterk toenam, is daarom onbegrijpelijk.

De algemene mondmaskerplicht in Brussel, om een voorbeeld te nemen waar ik zelf regelmatig mee wordt geconfronteerd, is ingevoerd op een ogenblik dat die wellicht niet nodig was, versoepeld op een ogenblik dat ze toch wel nuttig ging en terug ingevoerd wanneer het wellicht te laat was. Het is voorspelbaar dat burgers daar dan verward op reageren. Neem daarbij dat er in Brussel sowieso geen regels worden gehandhaafd, en je krijgt mensen die denken dat de maatregelen er zijn voor iedereen behalve voor henzelf, of dat ze willekeurig en zinloos zijn, mensen die oprecht niet meer weten hoe erg de situatie op dit moment is en eigenlijk niet meer reageren op beleidsveranderingen en tenslotte mensen die even oprecht gewoon niet meer op de hoogte zijn van de maatregelen zelf.

Wie is daar schuldig aan ? Iedereen met enig gezag die geprobeerd heeft om de ernst van de situatie te verdoezelen. Dat geldt niet voor wetenschappers die oprecht zijn blijven discussiëren over de feiten (hoe raken mensen besmet, wat zijn de gevolgen…), of voor wie geprobeerd heeft mee na te denken over de beste aanpak of een zinvol evenwicht. Maar te veel mensen naar wie al dan niet terecht werd geluisterd -ook in de media- hebben een sfeer gecreëerd waarbij de indruk werd gewekt dat er hoogstens een nieuw “golfje” aankwam en dat al te doortastende maatregelen uit den boze waren. Uiteraard komt professor Lieven Annemans daarbij prominent in beeld. Neem daar dan degenen bij die een groot belang hebben bij het niet nemen van bepaalde maatregelen (en voor velen daarvan heb ik een groot begrip), zij die graag de populist uithangen en de complotdenkers en je creëert een gevaarlijke cocktail.

Maar de beleidsverantwoordelijken moesten daar niet naar luisteren, en hebben dat toch gedaan, waardoor ze opnieuw minstens een paar weken te laat hebben ingegrepen. Ik kan daarom niet anders dan een “j’accuse” uitspreken over de autoriteiten die hun positie niet hebben gebruikt om te doen wat moest gebeuren. Ik wil daarbij niet oordelen over de overheden die op mij geen rechtstreekse impact hadden, de lokale overheden buiten Essen en Brussel zijn dan. De lokale verantwoordelijken in Essen wil ik bovendien vrijpleiten : de burgemeester heeft consequent uitgevoerd wat er moest gebeuren en wat mij betreft heeft ook provinciegouverneur Berx gedaan wat ze moest doen. En de nieuwe federale regering wil ik het voordeel van de twijfel geven. Maar verder zie ik weinig meer ruimte voor een pleidooi dan wat verzachtende omstandigheden.

Ik heb in de vorige post geschreven dat ik bang ben voor dit virus. Ik heb dan ook geprobeerd me zo strikt mogelijk aan alle maatregelen te houden. Mocht mijn naasten of mijzelf toch iets overkomen, dan beschouw ik dat dan ook niet als mijn eigen schuld, noch als pure pech, maar ook als het gevolg van een falend beleid. Die conclusies zou ik in het voorjaar niet getrokken hebben. Nu wel, en dat doet eerlijk gezegd pijn.

Recht en plicht, waarheid en leugen

Recht en plicht, waarheid en leugen

Op de gemeenteraad van vanavond stond het volgende voorstel op de agenda, geagendeerd door het Vlaams Belang :

Opschorten GAS boetes met betrekking tot coronabeperkende maatregelen.

Dankzij de info van de ervaren advocaat Reiner Fuelmich
Gelet op de bevindingen van vele wetenschappers waaronder John PA Loannidis, Michael Levitt, en Mike Yeadon is duidelijk dat de PCR-testen onbetrouwbaar zijn (94-98% onbetrouwbaar)
Hierdoor zijn de vrijheidsbeperkende maatregelen niet te verantwoorden en in strijd met de algemene rechten van de mens. Handelen als dusdanig zou als een misdaad tegen de mensheid beschouwd kunnen worden.
Als leden van de raad is het onze plicht om de rechtsstaat te vrijwaren. Ook op gemeentelijk vlak, in belang van onze burgers.

Voorsel

De raad geeft de opdracht aan het gemeentebestuur om per direct geen gas-boetes meer te innen die betrekking hebben op de corona-maatregelen

Patrick Van Ginneken

Bijlagen : een link naar dit filmpje en een uittreksel uit deze site

Ik ben daarover op de gemeenteraad vanavond tussengekomen, met een verkorte versie van de lange interventie die ik had voorbereid. Ik ga deze hieronder wel volledig weergeven.

Ik vind respect voor de gemeenteraad heel belangrijk. Ieder van ons moet zijn taak ernstig nemen, en elk voorstel dat hier voorligt moeten we op zijn waarde beoordelen. Dat moet wat mij betreft losstaan van de vraag van wie het voorstel komt of waarover het gaat.

Ik heb het voorstel dus goed gelezen en heb zelf geprobeerd om het te beoordelen. Op de sites waarnaar het voorstel verwijst wordt vaak ook opgeroepen om alles zélf te onderzoeken. Het vertrekpunt van het voorstel is dat de zogenaamde PCR-test volstrekt onbetrouwbaar is. Het voorstel verwijst daarvoor naar vier bronnen. In de eerste plaats professor Ioannis Ioannidis – en niet Loannidis zoals in het voorstel staat. Ik heb zijn paper voor de WHO waar zo vaak naar wordt verwezen dan zelf maar gelezen en daarin niets gevonden over de betrouwbaarheid van testen, integendeel : het gaat om een metastudie van papers die zicht net baseren op de resultaten van dat soort testen. Om zeker te zijn en niet het verwijt te krijgen dat ik niet grondig te werk ga, en omdat hij me van alle namen in het voorstel de meest betrouwbare bron leek, heb ik hem vervolgens gemaild. Ik kan hem dus citeren : “I think that PCR tests are highly reliable and very accurate in documenting the presence of SARS-CoV-2 genetic material, and thus they can be used reliably to document that someone has been exposed to SARS-CoV-2 and is carrying or has carried the virus at some point recently.” Dus : de testen zijn zeer geschikt om vast te stellen of iemand het virus heeft of recent heeft gehad. Hij vermeldt erbij dat de test uiteraard niet toelaat om vast te stellen of iemand ook echt ziektesymptomen gaat ontwikkelen, maar dat is hier het punt niet.

In de paper van Ioannidis staat overigens een verwachte mortaliteit ten gevolge van Corona voor België van 1% van het aantal besmettingen, dus 190 mensen als heel Essen besmet zou worden. Nu, in de mail die de indiener van het voorstel ons deze week gestuurd heeft, vermeldt hij een mortaliteit van 5% van het aantal besmettingen. In die mail wordt de besmettingsgraad weliswaar uiterst laag ingeschat, maar dat cijfer is een overduidelijk voorbeeld van de preventieparadox en van een slechte extrapolatie. Zoals iemand die elke dag een antimuggenspray gebruikt en daaruit na een jaar besluit dat muggen helemaal niet kunnen bijten.

Het voorstel verwijst dan naar de scheikundige Michael Levitt, vooral bekend van zijn voorspelling dat er in Israël hoogstens 10 mensen zouden sterven aan corona; het zijn er ondertussen jammer genoeg 200 keer meer. Maar ook hij heeft niets over die testen gezegd. Verder verwijst het voorstel naar Reiner Fuellmich – en in het kader van een grondig onderzoek kan ik melden dat ook zijn naam fout gespeld is in het voorstel. Dat is een Duitse advocaat, die inderdaad zaken heeft gezegd over de betrouwbaarheid van de testen, maar in alle eerlijkheid is een juristenopleiding daarvoor niet de best mogelijke basis. We vragen ook niet aan Marc Van Ranst om ons juridisch te adviseren over de concessie van de Hemelrijkhal.

Tenslotte verwijst het voorstel naar ene Dr Mike Yeadon, die zich wel over de testen heeft uitgesproken en inderdaad beweert dat ze niet betrouwbaar zijn, omdat ze veel valse positieven opleveren. Hij gaat daarbij wel uit van een scenario dat niet met de realiteit overeenstemt, namelijk dat de testen gebruikt worden om willekeurig na te gaan welk percentage van de hele bevolking besmet is, niet om te kijken of mensen met symptomen wel degelijk Covid hebben. Hij zegt letterlijk “The PCR test for the virus is good enough to confirm infection in someone with symptoms”. En zo worden ze gebruikt, nu meer dan ooit. Goed genoeg dus.

Daarbij zullen er inderdaad een aantal valse positieven en valse negatieven zijn, maar veel minder dan de man beweert, onder meer omdat er dus niet willekeurig wordt getest. En ook al zijn er foute resultaten, die nemen niet weg dat een stijging van het aantal positieve gevallen wel degelijk een stijging van het totaal aantal besmettingen vertegenwoordigt, want de test wordt niet minder betrouwbaar als je hem meer gebruikt. Bovendien liegt het aantal hospitalisaties uiteraard niet, en het aantal overlijdens nog veel minder. Yeadon beweert dat er geen tweede golf is, maar dat kan je vanzelfsprekend al lang niet meer hardmaken.

Op basis van duidelijk misleidende informatie om de betrouwbaarheid van de testen in vraagt te stellen, concludeert het voorstel vervolgens dat de maatregelen tegen het coronavirus in strijd zouden zijn met de mensenrechten. De logische sprong die daar gemaakt wordt is gigantisch, natuurlijk, maar om ons te helpen is er een link naar een filmpje van Fuellmich bijgevoegd. Dat filmpje duurt 49 minuten en heeft het wel over misdaden tegen de mensheid, maar het legt op geen enkel moment uit waarom dat concept hier van toepassing zal zijn. Nochtans is de definitie van misdaden tegen de mensheid wel duidelijk en die zit óók bij het voorstel, gekopieerd van de site van de Federale Overheidsdienst Justitie dan nog wel : het gaat om gewelddaden (bijvoorbeeld moord, martelen, verkrachting of seksueel geweld, verlaging tot slavernij) gepleegd in het kader van een veralgemeende of stelselmatige aanval op de burgerbevolking en met kennis van bedoelde aanval. Volkerenmoord, marteling, massaverkrachting of slavernij, dus, in mensentaal. Het soort misdaden waar de nazi-kopstukken in Nürnberg voor werden veroordeeld na de Tweede Wereldoorlog. Over welke maatregelen gaat dat dan ? De mondkapjes ? Het verbod om tussen middernacht en 5 uur op straat te komen ? De sluiting van de restaurants ? En die zouden dan van hetzelfde niveau zijn als massale marteling of slavernij, want daar gaat het hier over.

OK, je mag dat vinden. Maar zelfs Fuellmich maakt die vergelijking niet. Hij geeft wel aan dat sommige maatregelen mogelijk strijdig zijn met de Duitse grondwet. Als Duits advocaat kan hij dat wellicht weten. Maar in plaats van dan de conclusie te trekken om naar de Duitse rechtbank te trekken zegt hij dat dit te moeilijk is stelt hij voor om een class action lawsuit aan te spannen in de VS of Canada. Allemaal interessant, maar wie denkt dat de vrijheidsbeperkende maatregelen in het kader van corona in strijd zijn met onze wetgeving moet hier naar de rechtbank stappen in plaats van naar een filmpje te kijken over het boeiende verschil tussen civil law- en common law-rechtssystemen. En als onze rechtbanken de klacht afwijzen kan je naar het Internationaal Strafhof in Den Haag, dat al bewezen heeft dat het klachten over mensenrechtenschendingen ernstig neemt.

Het voorstel werkt samengevat dus als volgt : de PCR-testen zijn onbetrouwbaar en dus zijn de maatregelen die genomen worden gelijk te stellen aan volkerenmoord. Het besluit dat dan uit die analyse wordt getrokken is toch wel een beetje een sisser : een raadsbesluit dat Essen geen GAS-boetes meer zal innen voor het overtreden van de coronamaatregelen. Maar zoals elk raadslid weet hebben we sinds de invoering ervan die maatregelen nooit in het GAS-reglement ingeschreven. Dus het voorstel probeert om de wetenschappelijke consensus onderuit te halen en om misdaden tegen de mensheid aan te tonen, om dan voor te stellen dat we beslissen om iets niet meer te doen dat we nooit hebben gedaan.

Ik heb mijn taak gedaan, denk ik. Ik heb hier veel tijd in gestoken om het voorstel grondig op zijn waarde te beoordelen. Mijn besluit is dat dit voorstel zeer slecht onderbouwd is en op een onverantwoorde manier maatregelen in twijfel trekt die noodzakelijk zijn om onze gezondheid en onze maatschappij te beschermen. Om die reden vind ik het ook een heel gevaarlijk voorstel.

Ik maak me erg veel zorgen over de complottheorieën die over corona de ronde doen. In Zondag met Lubach wordt het verschijnsel uitgelegd, in dit fragment over de “fabeltjesfuik”. Dat dit soort verhalen ook voorstellen in de gemeenteraad inspireren is nog zorgwekkender. Ik weet dat proberen te antwoorden of te weerleggen wellicht niet helpt, maar dat is nu eenmaal het lot van wie in een democratie aan politiek doen : het debat aangaan, desnoods vergeefs. En ja, de weerlegging is altijd tien keer langer en veel saaier dan de eigenlijke bewering – al moet gezegd dat die Fuellmich ook niet kort van stof is. Dat is dan maar zo. Het gaat hier letterlijk over leven en dood. En ja, mijn reactie komt ook omdat ik persoonlijk bang ben van dit virus. En veel te veel mensen zie die zich niet aan de maatregelen houden, ook nu nog.

De voorbije maanden waren een beproeving voor wie zoals ik gelooft in een maatschappij van vrije en verantwoordelijke mensen. Omdat die vrijheid soms echt zwaar moest worden ingeperkt, maar ook omdat die verantwoordelijkheid veel te vaak bleek te ontbreken. Zoals de treinbegeleider het onlangs omriep “u bent allemaal volwassen mensen, dus zet niet snel uw mondmasker op als ik eraan kom” – maar in de praktijk zag ik vooral het omgekeerde. Toch kan ik niet anders dan blijven geloven. Er komen andere tijden, zoals Boudewijn De Groot zong. Omdat het moet.

Guerre froide – Batailles gagnées

Guerre froide – Batailles gagnées

De gemeenteraad ging gisterenavond door in de Heuvelhal.  Helemaal “coronaproof” zoals dat tegenwoordig heet.  Het was leuk om nog eens fysiek te vergaderen, nadat we elkaar enkele maanden alleen in Microsoft Teams waren tegengekomen, maar zo groot was het verschil niet.  Ook al omdat wegens de grote onderlinge afstand de lichaamstaal zijn normale rol niet echt kon spelen.  De gemeenteraad liet de meeste van mijn fractiegenoten niet met een goed gevoel achter, omdat zinvolle discussies onnodig werden ingekort, en omdat we (weeral) op een aantal punten duidelijk niet de gevraagde of zelfs duidelijk foute informatie kregen.  Zelf was ik dan weer niet zo ontevreden.  Al goed, want het gebeurt niet elke raad dat er ook een voorstel wordt goedgekeurd waar mijn naam mee onder staat.  Laat staan twee !

Op voorstel van Jokke, Steff en mijzelf krijgt Essen een regenboogzebrapad.  Het schepencollege mag nog kiezen waar – de uitleg van schepen Brigitte Quick dat we moeten opletten om geen onduidelijke verkeerssituatie te creëren klonk daarbij niet onredelijk.  Maar de verf moet droog zijn vóór 17 mei volgend jaar.  Aangezien het in principe om zeven kleuren verf gaat, wordt er dus best op tijd aan begonnen.  Overigens is mijn verdienste in dit voorstel vooral dat ik het een goed voorstel vind.  Het kwam van Jokke, en Steff en ik hebben er gewoon ons wagonnetje aangepikt.  Maar wel met volle overtuiging.  Essen moet zich op alle vlakken durven uiten (schreef ik toch bijna “outen”) als een diverse gemeente, waar iedereen welkom is, en waar iedereen gelijke rechten en plichten heeft.  Dat geldt voor wie zich in het acroniem LGBTIQ erkent, maar ook wie om welke reden dan ook niet altijd en overal vanzelfsprekend zichzelf mag zijn.  Een regenboog is daarvoor een mooi symbool.

Het andere voorstel vond ik nog belangrijker, want niet symbolisch.  Deze zomer, tijdens mogelijk de zwaarste hittegolf ooit (ik was blij dat ik eraan ontsnapte – en dat vanuit het toch ook niet meteen koel te noemen Athene…), werd in het Lokaal Dienstencentrum (LDC) aan de bewoners gevraagd om buiten te eten.  Om zo te ontsnappen aan de hitte binnen.  Het proces van de bouw van LDC Gasthuis verdient te worden gemaakt.  Het is onbegrijpelijk dat er met belastinggeld een gebouw werd neergezet dat erop gericht lijkt tomaten te kwéken, eerder dan ze in de vorm van soep te verorberen.  Dat stond ook in ons voorstel : laten we eens uitzoeken hoe dat kon gebeuren, en proberen de kosten die de gemeente daardoor heeft opgelopen te verhalen op wie ervoor verantwoordelijk is.  Dat deel van het voorstel werd niet ongunstig onthaald, maar ook niet zomaar goedgekeurd.  Ik kan ermee leven dat het eerst juridisch moet worden afgetoetst.  Veel belangrijker is dat het eerste punt uit het voorstel het wél haalde.  Tegen de zomer van 2021 zal het LDC een koelsysteem hebben, dat ook afdoend werkt.  Airconditioning of iets anders, of een combinatie van beide.  Ik denk dat het dat laatste zal worden, maar dat laten we als gemeenteraad aan  het college over.  Waarbij het resultaat, de koelte, telt, en niet of er nu wel of niet naar een oplossing is gezocht.  Want dat gebeurde de voorbije jaren al.  Alleen werd ze nooit gevonden, of toch niet uitgevoerd.  Maar ook de overige raadsleden en het schepencollege vonden duidelijk dat het nu genoeg is geweest – en (alweer) Brigitte Quick onderschatte het dossier ook niet – dit is inderdaad niet op te lossen met enkele potten gekleurde verf.  Blij dat ik die bal terug mee aan het rollen heb gebracht !

Ook de CD&V-collega’s die twee raden geleden om meer vrouwelijke straatnamen vroegen mogen tenslotte tevreden zijn : er komt een Martha Bataillestraat.  Een mooie keuze, al blijven Zuster Juliana en Jelena De Belder op mijn lijstje staan voor de volgende keer.

Maskerade

Maskerade

Er is over weinig kledingstukken de voorbije maanden zoveel gepraat als over het mondmasker, en deze blog is daarop geen uitzondering.  Het heeft de hoofddoek ruim naar de achtergrond verdreven.  Hoofddoek en mondmasker laten zich overigens smaakvol combineren, heb ik al gemerkt.  Maar dat wel zeer terzijde.

Mijn mening over het mondmasker is duidelijk.  Het is vaak een vervelend onding.  Mijn brillenglazen dampen ervan aan.  En het is wel een héél kleine prijs om te betalen als bescherming tegen een virus dat nog altijd even gevaarlijk is als in het voorjaar.  Ik zou geen probleem hebben met een algemene maskerplicht, met uitzonderingen voor waar het echt niet nodig is.  Ik vind dat ook geen grotere „aanslag” op onze vrijheid dan de plicht om de gordel te dragen in de auto, een helm op een bouwwerf, of kleding op straat (nu de herfst met rasse schreden komt opzetten vraagt dat laatste wellicht niet zo veel overtuigingskracht, maar toch).

Dat er in het voorjaar niet meteen duidelijk is gemaakt welke rol maskers wel en niet kunnen spelen is spijtig.  Een (quasi wereldwijde) communicatiebeslissing die toen begrijpelijk was maar zich nu wat wreekt.  Met de informatie die er toen was over het effect van maskers en de voorraad ervan denk ik echter dat het toch de juiste beslissing was om te proberen een rush op maskeraankoop af te remmen.  Maar het is een dubbeltje op zijn kant.

Maar eigenlijk gaat dit stukje daar niet over.  Wat mij nog het meest verbaast is dat er na al die maanden geen „smart mask”, een iMask zo u wil, op de markt is gekomen.  Een duurzaam masker met pakweg een zelfreinigende filter (‘s nachts enkele uren aan een USB-kabel en je kan er weer een dag tegen), een mechanisme dat voor verkoeling zorgt en aandampende brillen voorkomt, indicatoren voor de luchtkwaliteit (maskers helpen niet alleen tegen virussen) en zo nog wel wat snufjes, uiteraard allemaal „geïntegreerd” met je smartphone.  In versie 2 kan er via plooibare schermtechnologie wellicht ook een doorschijnende versie komen, of één die een eeuwige glimlach op je gelaat kan toveren.  Ik ben ervan overtuigd dat er een markt is die daar veel geld voor wil neertellen.  Dat het niet zo eenvoudig is, zal wellicht wel zijn.  Maar het prototype, voor de Aziatische markt, had er toch al lang kunnen (moeten ?) zijn.  En alles laat uitschijnen dat er ook na de Covid-pandemie nog kansen zullen komen, al was het maar omdat we bij een volgende stevige griepepidemie vrij eenvoudig een tijdelijke maskerplicht kunnen invoeren.

Toch is het er dus niet, het 1.000 dollar kostende perfecte masker.  Iets moet me ontgaan, maar ik begrijp het dus niet helemaal.

Geo-logica

Geo-logica

Gisteren vergaderde de gemeenteraadscommissie omgeving.  Het was de tweede “hybride commissie”, waarbij dus sommigen in het gemeentehuis en anderen van achter hun computer volgen.  Ik koos voor een fysieke aanwezigheid, en zo was het ook de eerste keer in een half jaar dat ik in  het gemeentehuis kwam.  Maar de commissie was niet alleen daarom bijzonder.  Ik ben nadien naar huis gegaan met het gevoel dat ik echt iets had bijgeleerd.  Dat was te danken aan een voormalig CD&V-raadslid, die nu provinciaal gedeputeerde is.  We hadden inderdaad Ludwig Caluwé te gast, en die bracht een enthousiast verhaal over het Geopark Schelde Delta, waarvoor in 2021 de erkenning als Unesco Geopark zal worden gevraagd, in de hoop om die in 2023 ook te krijgen.  Daarvoor is ook de steun van de betrokken gemeentebesturen nodig.  En die gaan we dus geven.

Essen ligt op de rand van het Geoparkgebied, aan de Brabantse Wal en pal op de waterscheiding tussen de Schelde en de Maas.  Het Grenspark Kalmthoutse Heide, en met name de Nol als goed voorbeeld van het effect van menselijk ingrijpen op de geologie, liggen ook op Essens grondgebied.  En zo horen we er dus ook bij.  Hoewel we ons gevoelsmatig niet meteen bij de “kuststreek” rekenen, ligt Essen bovendien ook gewoon erg dicht bij de Oosterschelde.  De presentatie van Ludwig gaf niet alleen de beheersstructuur en de voorwaarden voor erkenning weer -en de mogelijkheden die deze dan biedt- maar ging ook in op de geologische geschiedenis.  Dat heeft ertoe geleid dat ik nadien verder ben gaan nalezen hoe de Schelde historisch liep.  Ik wist wel dat ze zich enkele keren had verplaatst, maar het hele verhaal kende ik niet.  Zolang er land was tussen Engeland en het Europese vasteland, vloeiden de Rijn, de Maas, de Schelde en de Theems samen om dan in de zee uit te monden.  Toen pakweg 8.000 jaar geleden dat land verdween, ging de Schelde uitmonden ter hoogte van waar nu Zeebrugge is.  Om dan later via veel noorderlijker mondingen, uiteindelijk de Westerschelde te vormen.

Dat hele gebied, en ook de streek die door het hele proces gevormd is (met name de Vlaamse Vallei) zou in het Geopark terechtkomen.  Alleen wordt er blijkbaar nog over gediscussieerd of het Zwin er wel of niet bijhoort.  Daarbij spelen niet alleen geologische argumenten een rol, maar ook administratief/politieke.  Nu, ik ben geen specialist, maar als de monding ooit nét ten zuiden van het Zwin lag, en bovendien de verzanding van het Zwin een stuk geologische geschiedenis is met grote gevolgen voor Vlaanderen en bij uitbreiding voor heel West-Europa, dan heb ik de indruk dat het Zwin er toch best bij zou komen.  Dat zou ik wellicht ook gevonden hebben vóór ik het had bezocht, maar nu ben ik er nog meer van overtuigd.

Een Geopark zijn is een keurmerk.  Het legt geen regels op die bijvoorbeeld de havenactiviteit in Antwerpen zouden hinderen.  De Essense toetreding zou ook niets kosten, behalve een zeker engagement.  Maar Essen zou naast toegangspoort van het Grenspark ook een toegangspoort tot het Geopark kunnen worden.  Het lijflied van het Heidebloempje (nu KSA Heidebloempje Essen) opent met “’t ligt tussen de zee en de heide, mijn land”.  Dat is zo op brede schaal (Essen ligt aan de rand van de “landstreek” met de Kempen, de Peel, Limburg en vlak bij de “kuststreek” met Zeeland en Oost- en West-Vlaanderen), en ook op kleine schaal (Essen ligt tussen Kalmthout en Bergen-Op-Zoom).  Dat we daar tussen liggen, danken we aan de door de Schelde geboetseerde monding, aan veranderingen in klimaat en omgeving en hoe de mens daar mee is omgegaan.  Een boeiend geologisch, historisch, cultureel, ecologisch en economisch verhaal.  Ik wens ons alvast veel succes bij de Unesco !

Foto : mijn vooralsnog laatste bezoek aan een erkend Unesco Geopark leidde naar de Vikoskloof
Vogelvlucht

Vogelvlucht

IN MEMORIAM JAN ADAMS

Een weekend in Knokke.  Omdat er daar een station is, en we naar de oostkust wilden.  We maakten een lange strandwandeling, naar het Zwin.  Daar was mijn vrouw nog nooit geweest, wat niet zo verbazend is, maar ik ook niet, en dat zou natuurlijk niet mogen.  Blijkbaar was het schoolreisprogramma in mijn jeugd toch niet zo klassiek.  Het is nochtans een must, het natuurreservaat dat zoals de Kalmthoutse Heide die we zo goed kennen pal op de grens ligt – ook dat schept een band.

Op weg naar het Zwin, in de duinen, las ik het WhatsAppbericht dat Jan Adams overleden was.  Vreemd dat een bericht dat niet onverwacht komt zo onwerkelijk kan zijn dat je het eigenlijk niet kan, niet wil geloven.  Het Zwin herbergt vogels, maar ook andere dieren en planten.  In het reservaat dat -het moet gezegd- zéér mooi aangepast werd aan de Covidmaatregelen worden die fauna en flora uiteraard uitgebreid toegelicht, met de Latijnse naam erbij.  Zoals dat hoort.  In onze Esak-quizploeg volstond die Latijnse naam vaak om de plant of het dier te herkennen.  Soms hoopten we dat de quizmaster van dienst het gewoon bij die naam zou laten, maar dat gebeurde zelden.  De quizmaster dacht wellicht dat hij er eigenlijk niemand een plezier mee deed.  Maar dat was buiten Jan Adams gerekend, die had er heel vaak meteen genoeg aan.

Zelf kan ik bij wijze van spreken geen ooievaar van een roodborstje onderscheiden, maar in het Zwin heb ik echt mijn best gedaan.  Maar Jan zou door mijn verrekijker veel meer soorten hebben herkend, natuurlijk.  Ik zou hier kunnen schrijven dat Jan een wandelende natuurencyclopedie was, aangevuld met grote hoofdstukken hedendaagse hitmuziek (en de occasionele bijhorende niet onknappe jonge zangeres) en wetenswaardigheden uit zowat elk denkbaar domein.  Maar het adjectief “wandelende” past niet bij Jan.  Jan liep, en deed dat fanatiek.  En Jan dacht en praatte met dezelfde hoge snelheid.  Hij was op veel terreinen moeilijk bij te houden.  Samen met hem quizzen, en ik neem aan dat het ook voor samen met hem lopen gold, was vaak een kwestie van aanklampen, bij vragen die al beantwoord werden vooraleer ze waren gesteld, bij verhalen die doorliepen van de eerste naar de laatste ronde.  Ik kende Jan niet eens zo goed, maar heb daardoor toch het gevoel dat ik veel van hem weet.

Die aangeboren snelheid hield hem nochtans niet tegen om te genieten van de mooie dingen in het leven.  Van lekker eten (en veel – al die calorieën vlogen er toch opnieuw af) en van reizen.  Van flora en fauna – in de tuin en daarbuiten.  En van zijn leefomgeving – hij werkte voor de groendienst van de gemeente Kalmthout tot aan zijn (veel en veel te korte) pensioen en engageerde zich ook in de plaatselijke politiek.  En in de atletiekclub, natuurlijk – waarvoor hij ook de quiz mee opstelde, met goede maar véél vragen, die voor de niet-kenners van vogels, vlinders, insecten, bomen en bloemen – en de hitlijst van MNM – niet altijd evident waren.  Dat mag op een quiz, als alle vragen elke week hetzelfde zijn, dan wordt het al snel erg saai.

Jan was op ons trouwfeest, en ik herinner me dat hij daar vertelde over zijn reizen naar Griekenland.  Het enige woord Grieks dat hij onthouden had was opmerkelijk genoeg “kotopoulo”, de kip.  Ik dacht ook daaraan terug in het Zwin.  Een vogel zowaar, zij het één die vooral in gebraden vorm wordt gewaardeerd.  Echt iets voor Jan, om net dat te onthouden.  Zoals hij zo vaak dingen onthield die schijnbaar zonder nut waren, maar waar we dan achteraf op een quiz baat bij hadden.

Enkele jaren geleden verloor ons quizteam ook Nora Mattysses – vriend aan huis bij Jan.  Nora was vaak onze toevlucht voor onder meer klassieke muziek, literatuur en kunst.  Met Jan en Nora samen konden we met name op de quizzen die Joris Pinseel opstelt (dat zijn er jammer genoeg niet zo veel) eigenlijk plaats één al vooraf op ons scoreblad invullen.  De vragen werden dan bovendien eerder “tussendoor” beantwoord, en ondertussen konden we bijpraten over honderden zaken.  Nora, en Jan nog meer, hadden altijd wat te vertellen.  Die antwoorden, ach wat kan het ons schelen.  Maar het werd veel stiller aan onze quiztafel zonder Nora.  En zonder Jan, dat kan ik me eigenlijk nog niet eens indenken.  Er wordt voorlopig niet of nauwelijks gequizt, maar ook na Covid zal het nooit meer hetzelfde zijn.

Het Zwin is een vogelreservaat, maar het is er vooral voor vogels op doorreis.  In tegenstelling tot een dierentuin krijgt het zijn betekenis eigenlijk niet door de vogels die er zitten, maar door de vogels die er nog moeten aankomen, en die er al weggetrokken zijn.  Zoals de ooievaars in Knokke is Jan vertrokken. Dat is fundamenteel oneerlijk.  Het is al zo onwezenlijk voor ons, en voor zijn vrouw Brigitte moet het nog moeilijker te bevatten zijn.  Hij laat een leeg nest en veel herinneringen achter.  Zoals een reservaat kunnen we die alleen maar benoemen en koesteren.

Foto : Lepelaar (Platalea leucorodia), Zwin – 13/9/2020
Brandgevaar

Brandgevaar

De brandweer komt aan.

  • “Mijnheer, wij zien geen brand.”
  • “Toen ik belde deed mijn brandblusapparaat het niet, maar ik heb het uiteindelijk toch aan de praat gekregen.”
  • “Wij zien geen brand.”
  • “Die heb ik geblust,, maar toen ik belde zag het er niet goed uit.”
  • “Wij zien geen brand.  U mag ons niet bellen als het niet brandt.”
  • “Kijk, het vuur smeult nog na.”
  • “Voor zo’n smeulend vuurtje moet u ons niet bellen.  U gaat een boete krijgen.”
  • “…”

Ik heb deze allegorie ontleend aan Maarten Boudry, die onder meer op Twitter al enige tijd storm loopt tegen degenen die beweren dat de maatregelen tegen corona niet nodig waren, omdat er al bij al niet zoveel coronagevallen zijn.  Dat is de zogenaamde “preventieparadox”, en ook ik kan me daar geweldig aan ergeren.  Het is namelijk net omdat er allerlei beperkende maatregelen genomen zijn dat er niet zo dramatisch veel gevallen zijn.  Het zijn er wat mij betreft nog veel te veel, en ik ben daarom voorstander van het aanhouden van de strenge maatregelen.  Dat neemt niet weg dat er daar discussie over mogelijk is.  Er zijn inderdaad ook andere factoren dan de impact van het virus waar rekening mee moet worden gehouden.  Sommige maatregelen lijken eerder bedoeld om de controle te vergemakkelijken dan om het virus tegen te houden (maar controle is ook belangrijk, want de “burgerzin” waarop soms beroep wordt gedaan lijkt bij ons toch beperkingen te hebben).  Maatregelen veranderen veel te snel, en zijn soms onduidelijk, en de communicatie is ook niet altijd volmaakt.  Dat is een debat waarin ik graag luister naar wie het niet met mij eens is.  Maar voor wie zoals mijn brandweercommandant negeert dat het huis wel degelijk dreigde af te branden en daarbij de impact van het blusapparaat negeert heb ik niet echt veel geduld.

Nog minder geduld heb ik voor wie besloten heeft mee te gaan in allerlei complottheorieën.  Die gaan van relatief onschuldig en niet geheel onmogelijk (het virus ontsnapte uit een Chinees lab) tot doldwaas (het virus is geproduceerd door Bill Gates om ons via het vaccin een 5G-chip in te planten) en leiden vaak tot het besluit dat de overheid mee schuld heeft aan het virus, of het virus verzonnen heeft om een ander doel te bereiken.  Dat “de overheid dan de meest diverse overheden op deze planeet omvat, dat er allerlei hypercomplexe veronderstellingen nodig zijn om het “complot” te verklaren (waarom wacht Gates bijvoorbeeld zo lang om ons te vaccineren – aan een dode klant heeft hij toch ook niets – en hoe slagen de honderden labo’s die aan een vaccin werken er allemaal in om in hetzelfde toneelstuk mee te spelen ?) en dat er ook feiten en logische verklaringen bestaan, hindert de complotdenkers niet.  Internet en de sociale media maken het gemakkelijk om hun theorieën te verspreiden, en omdat de media soms ook over het bestaan van de theorieën berichten krijgen ze voor sommige geloofwaardigheid.  En typisch voor complotdenken is dat alles wat op het complot wijst een bewijs is dat de theorie juist zit, en alles wat op het tegendeel wijst juist onderdeel is van het complot…

Ik begrijp wel dat mensen het virus beu zijn en perspectief nodig hebben, maar zou het toch verstandig vinden als er wat sterker zou worden ingegaan op dat complotdenken en op de oorzaken ervan.  En reken erop dat al wie verantwoordelijkheid heeft aan de verleiding weerstaat om op de golven die het veroorzaakt mee te surfen om zo het (legitieme) debat over sommige coronamaatregelen te vergiftigen, en beseft dat we ook na deze crisis als één samenleving verder moeten.

Een debat trouwens dat politieke families doorkruist en de links-recht-as verstoort.  Dat blijkt nog het meest uit het feit dat uiterst rechts in sommige landen (of zelfs op bepaalde momenten) strenge maatregelen eist en elders (of enkele weken nadien) protesteert dat het allemaal veel te ver gaat.  Maar ook bij ons zie je politici die anders de individuele vrijheid verdedigen nu sterk de nadruk leggen op de verplichte maatregelen, en anderen die anders als eersten voor een gespierd overheidsoptreden staan nu vinden dat de staat zich niet met onze gezichtsbedekking moet bemoeien.  Blijkbaar waren zowel die vrijheid als die sterke staat er vooral voor de anderen.  Ik zou een opiniepeiling die partijvoorkeur en inschatting van de coronamaatregelen combineert wel interessant vinden.

Ondertussen hoop ik toch dat we zoveel mogelijk de consensus kunnen bewaren en de legitiem besliste maatregelen naleven, ook als we het daar niet helemaal mee eens zijn.  Ook wie vindt dat we beter aan de linkse kant van de weg zouden rijden, rijdt toch rechts, en zo hoort het in een functionerende samenleving; in een democratie komt daar dan wel terecht bij dat linksrijders mogen protesteren en mogen proberen om de wet te veranderen, natuurlijk.  Ik stel bij mezelf vast dat corona de law-and-orderreflex heeft aangewakkerd, en dat ik ook een stuk geloof in het “gezond verstand” van iedereen verloren ben – ook al begrijp ik dat corona soms een erg abstract gevaar kan lijken, en besef ik dat ik wellicht niet vrij genoeg van zonden ben om veel stenen te werpen.  Maar zolang de mondmaskerplicht duurt ga ik me toch blijven ergeren aan wie de neus niet binnen houdt, het masker als kinbedekking gebruikt of niet beseft dat niet alleen ademen maar ook telefoneren gewoon dóór dat masker kan.  Ook al is dat niet zo comfortabel en verbaast het mij dat er al niet lang veel gesofisticeerder maskers op de markt zijn gekomen.  Maar dat is voer voor een ander stukje.

O tempora, o mores

O tempora, o mores

Het Vlaams Belang diende voor de gemeenteraad van dinsdag een voorstel in over het gebruik van de “Nedelandse taal in Essen info”.  De Nederlandse taal is mij genegen, en mijn eerste gedachte toen ik het voorstel las, was uiteraard “With friends like these, who needs enemies ?”, ofwel “Timeo Danaos et dona ferentes” voor wie het idioom van de Antwerpse burgemeester verkiest.  Vervolgens ben ik in de kapel aan de naar hem genoemde laan een kaars gaan branden voor de zielerust van Guido Gezelle, die de bekende regels “De Vlaamsche tale is wonder zoet, voor die heur geen geweld en doet” uit de mouw van zijn habijt schudde, opdat de arme man zich niet al te zeer in zijn graf zou rondwentelen.  Mogelijk zal ook collega-priester-dichter Cyriel Verschaeve zich postuum over zijn hedendaagse geestesgenoten hebben verbaasd, maar gelet op wat er met ’s mans graf gebeurde is zich omdraaien in zijn geval wellicht geen optie meer.  Al goed, want ook anderszins is hij niet het type waar ik kaarsen voor zou branden.

Maar zoals in de gemeenteraad ook Jokke Hennekam opmerkte is de bekommernis van het voorstel terecht : het gebruik van onnodige Engelstalige termen moet worden vermeden, en het “Health Passenger Locator Form” is inderdaad een onding.  Het is belangrijk dat niet alleen de gemeentelijk bestuursdocumenten, van voorstel tot besluit, in correct Nederlands worden gesteld, maar in het bijzonder ook de teksten die voor de burger zijn bestemd en die daaruit voortvloeien.  Εκ λόγου άλλος εκβαίνει λόγος.  Een woordje Engels of een andere taal kan daarbij hoogstens een hulpmiddel zijn.  Veel Essenaren begrijpen Engels, natuurlijk, maar het blijft belangrijk dat we de inwoners als bestuur in onze eigen taal aanspreken.  Nelson Mandela, die zich dezer dagen wellicht óók zeer vaak in zijn graf moet omdraaien, heeft over de Afrikaners in zijn land eens gezegd : “When you speak English many people understand you, including Afrikaners, but when you speak Afrikaans, you know you go straight to their hearts.”  De taal is gansch het volk.  Het Nederlands is bovendien niet alleen de taal van ons Essense hart, het is ook de taal die ons met onze buren verbindt en die we ook daarom als grensgemeente altijd hoog in het vaandel hebben gedragen.

De burgemeester had natuurlijk gelijk dat het HPLF-onding ons vanuit de hogere overheid was opgesolferd en dat de gemeente moeilijk anders kon dan de term gebruiken, maar het was desondanks zinvol dat hierop gewezen werd.

Dat het Nederlands altijd het vertrekpunt moet zijn neemt overigens niet weg dat de boodschap moet overgebracht worden aan al wie in onze gemeente al dan niet tijdelijk verblijft, want we willen ons ook als gastvrije en toeristische gemeente profileren.  Dus soms kan een vertaling wel degelijk wenselijk zijn.  En ook ons eigen dialect moeten we koesteren, zoals dat heel creatief gebeurd is in de coronacommunicatie.  Of hoe zelfs ver van de taalgrens taalpolitiek toch belangrijk blijft…

Stop de Perzen

Stop de Perzen

In het vorige bericht had ik het al over Salamina (of Salamis, met een oudere naam), het Griekse eiland dat het dichtst bij Athene is gelegen, en waarvan mijn vrouw afkomstig is.  Ik plaag haar wel eens door te zeggen dat er daar de laatste 25 eeuwen niet zo veel van belang meer is gebeurd.  Dat is uiteraard ironisch voor iemand van Essen, waar we in 2009 vierden dat de naam “Essen” zelf toen 850 jaar geleden voor het eerst werd opgeschreven.  Voor zover we weten is het belangrijkste dat er hier voordien gebeurde dat er mogelijk enkele Romeinen ooit hun kamp hebben opgeslagen.  Voordien moeten we het wellicht hebben van de spectaculaire mammoetvangst waar nog jaren over werd gesproken (maar nu niet meer, zodat we er ook niets van weten).

Die 25 eeuwen zijn bovendien geen toevallig gekozen aantal.  Het is dit jaar zelfs exact 2.500 jaar geleden dat de zeeslag bij Salamis plaatsvond.  In 480 voor Christus dus.  Bij de slag werd de Perzische vloot, met drie keer meer schepen, verslagen door de Griekse vloot.  In de baai die Salamina van Athene scheidt was de numerieke meerderheid eerder een nadeel, en konden de Grieken gemakkelijker manoeuvreren.  Er zijn argumenten om deze slag als de belangrijkste zeeslag in de wereldgeschiedenis te beschouwen (zie bijvoorbeeld deze top-10).  Dat komt vooral omdat met de slag (en de andere slagen in dezelfde oorlog, met name de bekende slag bij Thermopylae die in hetzelfde jaar plaatsvond) de opmars van de Perzische koning Xerxes in Griekenland werd gestuit.  Als dat niet gebeurt, en Griekenland in Perzische handen valt, dan kan je inderdaad de vraag stellen wat er zou zijn gebeurd met de Grieks-Romeins-christelijke beschaving die Europa heeft gevormd en ook op de rest van de wereld een onuitwisbare impact heeft gehad.  Zelf ben ik daar niet helemaal van overtuigd -de Perzische cultuur was nu ook weer niet zo verschillend van de Griekse- maar het klopt uiteraard dat de symbolische “bakermat” van onze beschaving dan toch wel een eindje verder naar het oosten zou hebben gelegen.

Griekenland viert de 2.500e verjaardag van de slag wat in mineur dit jaar, als gevolg van Corona.  Bovendien is de overheid van Salamina niet zo goed in het zichzelf op de toeristische kaart zetten, ook al haalde het kleine maar inderdaad indrukwekkende archeologische museum van het eiland (in de voormalige lagere school) in juni nog The Economist.  Maar de opvoering van het stuk “De Perzen” van Aeschylus in het theater van Epidaurus maakt wellicht veel goed.  Aeschylus nam zelf deel aan de slag en schreef het stuk 8 jaar later.  Het beschrijft de slag vanuit het standpunt van de Perzen en staat in het teken van “hoogmoed komt voor de val”.  De opvoering kan niet door heel veel mensen worden bijgewoond (corona), maar vorige zaterdag was het via livestream te volgen – enkel buiten Griekenland of voor wie via de 3G van een Belgische provider keek.  Zodat we bij de grote uitzonderingen waren die het stuk konden bekijken met de Acropolis op de achtergrond.  Er is wat discussie over de “modernistische” vormgeving van de tragedie, maar ik vond het alvast een erg geslaagde opvoering.  Hopelijk verschijnt ze nog eens integraal op YouTube, zodat iedereen ze kan zien (en ik hier een link kan plaatsen), maar voorlopig zal u mij gewoon moeten geloven.

Naast de historische waarde van de slag en de artistieke waarde van het stuk bleek het geheel overigens onvermijdelijk ook een zekere actualiteitswaarde te hebben, nu de spanningen tussen Griekenland en de huidige oosterburen -niet langer de Perzen, maar de Turken- hoog oplopen.  Of hoe een zeeslag van 2.500 jaar geleden op verschillende manier de gemoederen kan beroeren…