Archief van
Categorie: Essen politiek

Wheels on fire…

Wheels on fire…

Essen als hoofdpunt van het nieuws. Het was even schrikken deze week. Een brandstichter heeft het op de auto’s in onze gemeente en omgeving gemunt (de dader wordt overigens pas een “pyromaan” als er een psychiatrisch probleem mee samengaat – ik zou dat woord dus voorlopig niet gebruiken, ook al omdat het minstens de suggestie bevat dat de betrokkene niet helemaal verantwoordelijk is voor de eigen daden).

Hoewel het uiteraard over een klein aantal auto’s gaat, op een totaal wagenpark van wellicht duizenden, begrijp ik de angst die bij veel Essenaren nu leeft. Enkele van de branden hadden bovendien naar huizen kunnen overslaan, en dan zouden de gevolgen misschien nier meer te overzien zijn geweest. Ik vind het daarom meer dan terecht dat er nu met man en macht gezocht wordt, al blijft het bizar om politiewagens door Essen te zien patrouilleren alsof het Parijs was.

Ik hoop alleen maar dat er ook andere opsporingsmethodes worden gebruikt (dat spreekt wellicht vanzelf) en dat die al sporen hebben opgeleverd (dat weet ik uiteraard niet). Hopen dat de brandstichter letterlijk op “heterdaad” wordt betrapt heeft toch wel iets van een speld in een hooiberg zoeken. Al moet uiteraard iedereen mee een oogje in het zeil proberen te houden en waakzaam blijven.

Ik vind overigens dat de burgemeester de toch niet zo evidente situatie goed aanpakt, en wens hem, de hulpdiensten en alle Essenaren de helderheid van geest toe om alles in het juiste perspectief te blijven zien.

Uitspraak

Uitspraak

Minister Bourgeois (N-VA) heeft uitspraak gedaan over de klacht tegen de sporthalconcessie. Hoewel het Autonoom Gemeentebedrijf (AGB) zich heeft uitgeput in argumenten om de eigen beslissing te verantwoorden, is de (juridische) waarheid nu dat het AGB in de fout is gegaan. Ik heb hen zoals bekend hiervoor in april vorig jaar verwittigd, en blijf het verbazend en jammer vinden dat er toen op zijn minst niet beter geluisterd is.

In de communicatie blijven de meerderheidspartijen spreken over de oppositie die “stokken in de wielen” steekt op grond van een louter “technisch probleem”. Het gaat over een -zo is nu wel gebleken- cruciale fout in een aanbestedingsprocedure, die na enkele verwittigingen gemeld is aan de bevoegde autoriteiten. Hoe je het “probleem” ook draait of keert, het besluit betekent dat er op een niet-rechtmatige manier geprobeerd is om gemeentegeld aan een privébedrijf ten goede te doen komen. Dat is niet gebeurd met het oogmerk om de gemeente te schaden, dat zeg ik niet. Maar het zou de meerderheid wél passen even de hand in eigen boezem te steken.

Overigens heeft minister Bourgeois (N-VA) de schorsing van gouverneur Berx niet volledig omgezet in een vernietiging : de bouw van de hal (waarvan niemand ooit de schorsing zelfs maar had gesuggereerd) kan daardoor in principe wel doorgaan. Hopelijk slaagt het AGB er nu in om tenminste dát te verwezenlijken. En snel.

When nature calls…

When nature calls…

De Werkgroep Leefmilieu stuurt ons, politici, trouw de verslagen van hun vergaderingen en werkzaamheden. Heel nuttig, en ook een bewijs dat het Essense milieu- en natuurbeleid voor een (iets te) groot deel het werk is van enthousiaste vrijwilligers. Wie wil kijken wat dat oplevert, kan op de site van John Van den Bemt terecht – die kende ik nog niet, en alleen daarvoor was het jaarverslag van de Werkgroep handig.

Wie zich zo hard inzet, heeft ook recht van spreken. Daarom past hun nieuwjaarsbrief ook in het lijstje van goede voornemens van het gemeentebestuur !

KAV en koren

KAV en koren

KAV OLV Essen-Centrum bestaat 85 jaar ! Een verjaardag die me wellicht zou zijn ontgaan, als Martha Van Nassauw ons (Stichting Heidebloempje) niet had gevraagd of we met de foto’s van KAV op Essen in Beeld geen presentatie in elkaar konden steken. Natuurlijk was ons antwoord “ja”, want enige overmoed is ons niet vreemd. Gelukkig vond Rob tijd om de belofte waar te maken en iets moois in elkaar te steken…

Zo belandde ik dus op de receptie van KAV, niet meteen mijn natuurlijke biotoop – al was het maar omwille van “geslachtsredenen”. Ik was getuige van een gezellige viering bij een vereniging waar duidelijk heel wat dynamiek in zit.

In de 85 voorbije jaren veranderde heel wat, maar mensen samen brengen rond zinvolle en/of aangename activiteiten is in de tijd van het internet even nuttig als in de tijd van postkaart of telegram. Een gemeenschap als Essen heeft organisaties zoals KAV nodig (en drijvende krachten zoals Martha !). Het was leuk dat we daar een steentje aan konden bijdragen.

Om tenslotte toch een klein politiek addertje onder het gras te steken : ik zag de Essense “ACW-top” niet op de receptie. Niet gevraagd door KAV, of niet geïnteresseerd – wie zal het zeggen ?

Ode aan de Korhaan

Ode aan de Korhaan

De Wintertaling, de Krombekstrandloper, de Gewimperde aardster, de Vinpootsalamander en het Icarusblauwtje behoren niet meteen tot mijn intieme kennissenkring. Ik zou ze niet herkennen als ik ze op straat -of, waarschijnlijker, ten velde- zou tegenkomen. Ik vermoed overigens dat ze mij óók niet zouden kennen, zodat ik me er al wat minder schuldig over moet voelen. De dieren en de paddenstoel in kwestie -in hun eigen omgeving bekender als Anas crecca, Calidris ferruginea, Geastrum fimbriatum, Lissotrition helveticus en Polyommatus icarus– behoren wel tot mijn biotoop, maar niet echt tot mijn leefwereld.

Nochtans volg ik hun avonturen hier te lande wel. Alleen blijven hun naam en voorkomen zelden hangen. Opnieuw kan ik ter verdediging aanvoeren dat me dat ook bij mensen overkomt. Maar de eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat mijn geheugen de fauna en flora slecht opslaat. In quizzen is het met natuurvragen zoals met sport en muziek : als niemand enig idee heeft, dan durf ik wel eens een Wilde gok (Torva coniecto) te wagen. Af en toe met onverwacht succes. Maar vaker haal ik zelfs de meest banale planten en dieren door elkaar.

En toch léés ik hem. De Korhaan. Het onvolprezen driemaandelijks tijdschrift van Natuurpunt Noorderkempen. Om op de hoogte te blijven van het nuttige werk dat die vereniging verricht. Maar ook om een impressie te krijgen van hoe het met de natuur in Essen en omstreken gesteld is. Veel meer dan een totaalbeeld blijft daarbij niet hangen; de Morinelplevier (Charadrius morinellus) zal ook morgen wellicht geen Facebookvriend van mij worden (tenzij hij het zelf vraagt, zo ben ik wel). Desondanks neem ik met genoegen kennis van zijn wedervaren.

“To know is to love”, zegt een Engels spreekwoorden. Kennen is beminnen. Dat geldt in dit geval dus niet helemaal. Blijkbaar kan je ook van de (Essense) natuur houden zonder die goed te kennen. Voor het boek “Essen in Beeld” mocht ik de natuurfoto’s selecteren, en daar heb ik veel plezier aan beleefd. Quod erat demonstrandum.

Bovendien is hij ook nog goed gemaakt, die Korhaan. Met bescheiden mankracht en middelen levert Natuurpunt een leesbaar en verzorgd blad af. Waarvan de naam dus met eerbied moet worden uitgesproken : met het accent op de eerste lettergreep. Een Kórhaan is geen Korháán zoals mijn Groen!e vriend Philip Peeters al eens naar het tijdschrift verwijst. De vrome moslim die aan het misverstand ten prooi zou vallen, ook misleid door de heilige groene kleur, zou wellicht al bij de eerste soera’s van het blad in diepe verwarring vervallen. Of uiteindelijk toch de blik naar Mekka wenden bij zoveel terecht respect voor Allah’s schepping…

Actief vogelwaarnemer, vlindervanger, amfibieoverzetter, … zal ik wellicht niet worden. Al weet je natuurlijk maar nooit. Maar ik probeer me op andere manieren nuttig te maken, in het broedgebied aan het Heuvelplein. Hopelijk kan ook pakweg de Groenpootruiter (Tringa nebularia) dat uiteindelijk waarderen. Ook al zal ik hem wellicht straal blijven negeren als hij me passeert.

Inshallah.

Afgetopt

Afgetopt

Het is ons gelukt om de appartementen aan Lonka van drie naar twee verdiepingen terug te brengen. Dat is belangrijk op zich, maar ik hecht nog meer waarde aan het feit dat we echt hebben kunnen ingrijpen in een ruimtelijk planningsproces. Ik heb de voorbije jaren namelijk geleerd dat zoiets aartsmoeilijk is in Essen. Om één of andere reden volstaat het zelfs niet dat een wijziging uitdrukkelijk in de gemeenteraad wordt afgesproken om ze ook werkelijk in het plan of de voorschriften te zien opduiken. Door na de commissie enkele expliciete amendementen in te dienen bij het RUP Nieuwstraat-Oost en die te laten stemmen is er geen weg meer omheen : het RUP is anders uit de gemeenteraad gekomen dan het erin is gegaan.

Toch even een slag om de arm houden, want na de commissie ruimtelijke ordening dacht ik ook dat de conclusies helder waren. Maar zodra het verslag er lag bleek er plots geen eensgezindheid meer over wie wat gezegd had. Of beter : over wie wat niet had gezegd. Ik heb aan enkele mede-raadsleden moeten vragen of ik soms gek geworden was, maar dat bleek volgens hen niet het geval. Eén zei er wel lachend bij dat hij liever had gehad dat ik wél gek zou zijn geworden. Fair enough…

De hele vaudeville heeft ons wellicht geholpen. Ze heeft vooral de sp.a geholpen, want ook binnen de meerderheid werd de discussie door het verslag én door de amendementen die we naar aanleiding ervan indienden op scherp gesteld. Ere wie ere toekomt : dit is één van de -jammer genoeg te zeldzame- kwesties waar de partij heeft bewezen dat een meerderheid mét sp.a een verschil maakt tegenover één zonder hen.

Frans Schrauwen onthield zich bij de stemming. Ik waardeer het als mensen in de meerderheid voor hun eigen mening durven uitkomen. Zijn argument dat meer aanbod de prijs doet dalen is economisch bovendien correct. Tenzij de beschikbaarheid van appartementen in Essen extra vraag aantrekt van buiten de gemeente (en precies dat hebben we gezien bij heel wat appartementsprojecten). Dan kan het prijseffect alle kanten op, maar het volume-effect is ondubbelzinnig : Essen raakt volgebouwd. Vreemd dat dé verdediger van de slogan “Oase van Rust” zich daar niet wat meer zorgen over maakt.

Loodswezen

Loodswezen

In opdracht van het Autonoom Gemeentebedrijf werkt een studiebureau aan een concept voor de Hemelrijksite, in de eerste plaats voor de douaneloods. Onlangs is het AGB daar namelijk ook juridisch de eigenaar van geworden. Woensdag kregen we als raadsleden een stand van zaken van het bureau, en werd ook onze inbreng genoteerd. Nadat eerst voor het socio-culturele veld een inspraakronde was opgezet; later krijgt de hele bevolking nog een kans.

Ik wantrouw studiebureaus enigszins. Soms zijn ze een excuus voor bestuurders die zelf geen visie hebben, en in de ruimtelijke ordening zijn ze er mee voor verantwoordelijk dat stilaan alle Vlaamse straten en pleinen een doorslag van elkaar worden. Een zoutloze doorslag, dan nog. Deze keer was ik echter blij verrast : het bureau durfde een hele stap verder te denken dan ik had verwacht. Het uitgangspunt zat goed : ze pikten de draad min of meer op waar wij met onze Hemelrijkplannen gebleven waren. En van daaruit durfden ze bakens te verzetten.

De plannen bevatten een visie op het verkeer die me veel meer aanspreekt dan de Heikanttunnel in het Essense mobiliteitsplan. Ze streven net als wij een totaalvisie voor het hele domein na, met inbegrip van onder meer de Quarantainestallen. Daarbij gaan ze uit van ambitieuze maar realistische denkbeelden over de loods. Zo beseffen ze duidelijk dat sommige functies die daar zouden worden ondergebracht elders in Essen al zijn ingevuld, en dat het gemeentebestuur dus zaken zal moeten afstoten. Ze maakten ook meteen duidelijk dat ideeën over het deklasseren van de loods fictie zijn, en dat in de restauratie dus snel geld zal moeten worden gestopt. Bizar dat minstens één schepen die waarheid pas nu onder ogen leek te zien. Zou het dan toch beter zijn geweest eerst na te denken en dán te kopen ? Dat is toch oppositietaal, dacht ik…

De plannen verschillen van de onze wat de “passerelle” over het spoor betreft. Daar wordt eerder gekozen voor een brede voetgangers- en fietserstunnel. Als dat goed gebeurt, kan het inderdaad een alternatief zijn. Maar daar wringt voor mij het schoentje een beetje : er wordt hier een visie ontwikkeld die best in zijn geheel wordt aanvaard (of verworpen). Ik vrees dat dit college dat niet gaat durven. Dat de hal zal worden gerestaureerd, maar dat ze vervolgens gaat worden gebruikt voor allerlei evenementen waar de Essenaar alleen de auto-overlast van ziet. Of dat ze 330 dagen per jaar leeg gaat staan. Ik vrees dat er niets zal worden afgestoten of verplaatst, maar dat het gemeentebestuur zichzelf gaat (blijven) beconcurreren. Ik vrees dat de fietstunnel er wel komt, maar dat die dan uiteindelijk smal en donker wordt. En dat het viaduct toch zal blijven staan. En zo vrees ik nog wel wat…

Met hier en daar een kleine bijsturing zit de studie op het juiste spoor. Ik ben benieuwd wie mee op hun trein gaat springen en of die uiteindelijk ter bestemming zal komen. Of wordt deze IC-trein afgeschaft en gaat het college uiteindelijk voor een vervangboemeltje ?

Het laatste kampvuur ?

Het laatste kampvuur ?

Eén van de eerste functies in de rand van de politiek die ik in Essen invulde was het lidmaatschap van de vzw Paviljoen, later de vzw Jeugdwerking. Dat maakt dat ik al een kleine twintig jaar het reilen en zeilen van het jeugdverblijfscentrum mee kan volgen. Niet van héél dichtbij, want naar mijn gevoel blijft er nog wel één en ander verborgen, zelfs voor bestuurders. Maar toch, ik ken het verhaal wel.

Naar mijn aanvoelen heeft dat verhaal een belangrijk keerpunt bereikt op de laatste gemeenteraad. De kernvraag werd vele jaren geleden door Dirk Smout als eerste gesteld : moet het gemeentebestuur (veel) geld steken in de uitbating van een jeugdverblijfscentrum, dat de Essenaar maar heel weinig baat bijbrengt ? Het antwoord kan eigenlijk alleen “neen” zijn. Zowat alle gemeenten subsidiëren de eigen jeugdbewegingen als ze op kamp gaan. De Vlaamse overheid subsidieert jeugdverblijfscentra. En ook in Essen zijn er op dat vlak meer dan genoeg privé-initiatieven die er (al dan niet met die subsidies) een centje aan overhouden.

Die “neen” werd in het verleden vaak uit de weg gegaan, op het einde van de vorige legislatuur zelfs op een vrij potsierlijke manier door het Paviljoen naar een andere vzw over te hevelen (alsof dat iets zou veranderen). Het centrum kwam terug naar de vzw Jeugdwerking, en het antwoord op de vraag van Dirk werd “ja, maar” : het gemeentebestuur kan het Paviljoen blijven uitbaten, als de opbrengsten de kosten dekken. Dan is er inderdaad geen bezwaar tegen, en dus sloot ik me bij dit uitgangspunt van het toekomstplan dat Gino Veraart uittekende aan. Met de personeelssubsidie van de Vlaamse overheid kwamen er nieuwe opbrengsten, en de ideeën om meer bezoekers aan te trekken zagen er goed uit.

Maar daarna viel het stil. De ideeën, die in het verleden ook al hadden bestaan, werden nooit concreet gemaakt. En de personeelssubsidie in 2009 werd gemist wegens te weinig overnachtingen. Met N-VA/PLE gingen we naar de gemeenteraad met het voorstel om er gewoon de stekker uit te trekken en het Paviljoen te verkopen. Onze eerste keuze is dat niet : het gebouw als lokaal verhuren aan de Scouts en in de zomer verder als kampplaats gebruiken (waar de Scouts dan voor zouden zorgen om daarmee hun huur te betalen) was onze voorkeuroptie, maar daar bleek bij de Scouts weinig animo voor te bestaan. We hadden verwacht dat het verkoopvoorstel erg koud zou worden onthaald, maar dat bleek niet zo te zijn. Ook het schepencollege had een grondige discussie gevoerd en bleek ook niet onvoorwaardelijk aan het jeugdverblijfscentrum meer vast te houden. Zelfs niet aan het gebouw, al is patrimonium van de hand doen dit college zo vreemd dat ik me niet kan inbeelden dat ze een verkoop echt zouden overwegen.

Het verkoopvoorstel haalde 11 stemmen tegen 13 bij 1 onthouding. Als die 13 stemmen het collegestandpunt vertegenwoordigen, dan blijkt het draagvlak voor jeugdverblijfscentrum Paviljoen nu wel erg klein. Al zou me na twintig jaar in dit verhaal niets meer verbazen…

The comeback kid

The comeback kid

In de gemeenteraden over de budgetten speelde Imelda Schrauwen (CD&V) in haar lange carrière als schepen vaak een weinig opvallende rol. Ze was nooit de vrouw van de grote debatten, en bovendien beheerde ze meestal bevoegdheden met een vrij constant budget, waar niet meteen met financiën een groot verschil wordt gemaakt. Verrassend dus dat ze de eerste keer dat ze er niet meer als raadslid zat plots wel in de schijnwerpers stond. Met een moeilijk dossier bovendien, want de gemeentelijke bijdrage aan het OCMW maakt een forse stijging door. Maar haar toelichting op maandagavond was erg helder, zoals ook raadsleden die het OCMW niet echt volgen me vertelden.

Ze kreeg één vraag, maar geen eenvoudige. Willy Hoppenbrouwers (Open Vld) was tot 2006 schepen van financiën en vroeg haar waarom precies die gemeentelijke toelage sindsdien zo fors gestegen was. Haar antwoord was zonder meer afdoend : de combinatie van een OCMW dat gewoon meer doet dan vroeger, de economische crisis en een fout in het “design” van de dienstencheques maakten de kostenstijging onafwendbaar (Willy mag trouwens nog van geluk spreken met het antwoord dat hij kreeg, want er zou een pittig verhaal kunnen worden geconstrueerd over de periode tot 2006).

Op mijn “bijvraagjes” kwam de juiste reactie. Ze durfde het zelfs aan om het openlijk eens te zijn met mijn vaststelling dat de prijs van de serviceflats voor discussie vatbaar is.

Heb ik me dan in het begin van de zomer vergist ? Neen. Ik ben er nog steeds van overtuigd dat het beter zou zijn geweest voor het OCMW als Jos Van Loon terug voorzitter zou zijn geworden. Ik denk dat er aan het Kerkeneind een aantal lijnen moeten worden getrokken die ik hem wél en Imelda níet zie uitzetten. En de vaudeville die CD&V had uitgetekend blijft te gek voor woorden en verdiende niet beter dan in de war gestuurd te worden. Toch kan ik niet ontkennen dat Imelda het vooralsnog beter doet dan ik had verwacht. Blijkbaar is ze net iets sterker als ze wordt onderschat. Dat hebben we dan gemeen…

Beraad

Beraad

De dubbele gemeenteraad over de gemeentefinanciën was zoals gebruikelijk vooral voor de raadsleden zelf leerzaam : wie de stand van zaken in een dossier wil kennen, krijgt een uitstekende kans daarvoor wanneer de rekening of het budget besproken wordt. Wij (N-VA/PLE) hielden ons daarbij dit jaar wat in, vooral omdat we in de commissie financiën al een lange lijst met vragen hadden voorgelegd. Maar opgeteld bij de vragen van de andere oppositiefracties werd het vragenlijstje toch lang. De kwaliteit van de antwoorden varieerde zoals kon worden verwacht van het spreekwoordelijke “kluitje in het riet” tot vrij overtuigend. Ook dat is uiteraard leerzaam.

Het overlopen van de antwoorden nam wel veel tijd in beslag. De spreiding van de zitting over twee dagen is een goede zaak, maar misschien kan de procedure nog efficiënter. We zouden het scenario voor maandag kunnen behouden, met het schepencollege en de OCMW-voorzitter die de budgetten toelichten en de fracties die een eerste reactie geven en vragen stellen. Vervolgens zou het college op dinsdag de antwoorden kunnen voorbereiden, om die tegen pakweg 17u aan de raadsleden te mailen. Die avond kunnen de fracties dan vergaderen met de antwoorden en met ook alle amendementen die de raadsleden hebben ingediend op tafel. Dat lost meteen het probleem op van CD&V-collega Fons Tobback die zich in volle raad erover moest beklagen dat hij de oppositie-amendementen niet had gezien, terwijl zijn fractieleider die netjes op papier had gekregen…

Op woensdag kan deel twee van de raadszitting dan plaatsvinden, waarbij alleen nog op de vragen die onvoldoende zouden zijn beantwoord moet worden teruggekomen. Vooraf moet dan wel de uitdrukkelijke afspraak worden gemaakt dat er op de tweede zitting geen nieuwe vragen meer mogen worden gesteld. Dat zou de totale vergadertijd volgens mij inkorten, en het geheel wellicht ook voor het publiek iets meer verteerbaar maken.