Archief van
Categorie: Essen politiek

Complot

Complot

Ik geloof niet snel in complottheorieën. Twee uitzonderingen : de Bende van Nijvel, uiteraard, en het RUP Meergezinswoningen. Dat laatste is minder bekend, en gelukkig ook minder gevaarlijk. Onschuldig is het nochtans niet : het ontbreken van een RUP om het aantal meergezinswoningen, zeg maar appartementen, te beperken heeft er de voorbije decennia voor gezorgd dat Essen aan een hoog tempo volgebouwd wordt. Dat onze gemeente van een landelijke gemeente een voorstad is geworden.

Dat werd in gang gezet met het een aantal bestemmingsplannen (toen heetten die BPA, nu RUP) die in grote delen van Essen-Centrum appartementsbouw toelieten, en met een wel erg liberaal vergunningenbeleid buiten Essen-Centrum. In het begin van de vorige legislatuur rijpte het besef bij onder meer schepen van ruimtelijke ordening Gino Veraart dat daar iets aan moest gebeuren. De woorden „overdruk-RUP” en „toetsingskader” vielen al snel. Wij zaten al van bij het begin op dezelfde golflengte als de sp.a hierover. CD&V bewees lippendienst, in commissies bijvoorbeeld.

En toen… gebeurde er niets meer. De drive was er snel uit, zeker na het overlijden van Gino. Het dossier bleef af en toe opduiken. Er werd naar de juiste formule gezocht. Dat kregen we wel tien keer te horen. Zo kabbelde het verder naar de gemeenteraadsverkiezingen. Het engagement ertoe werd herhaald in het nieuwe bestuursakkoord tussen CD&V en sp.a. Om vervolgens weer onderaan de stapel te belanden. In een, jammer genoeg hypothetisch, coalitie-akkoord tussen N-VA/PLE en sp.a zou dit één van de topprioriteiten zijn geweest, zeker weten. Wie stond zo lang op de rem ?

En wie haalde uiteindelijk de voet toch van die rem ? Want gisteren hebben we het RUP wel unaniem goedgekeurd. Zoals ik in de raad zei : van onze kant niet met blijdschap, wel met opluchting. Het RUP gaat zelfs verrassend ver : er worden veel potentiële appartementen in de kiem gesmoord (er blijven er nog, en al wat in aanbouw of vergund is komt er uiteraard sowieso nog). En met de opmerkingen in de commissie die wij maakten en waarvoor we de steun kregen van sp.a en van enkele voorzichtige stemmen binnen CD&V, werd ook echt rekening gehouden. Tot gisteren, want onze twee amendementen om nog een tandje bij te steken werden weggestemd. Zonder debat, zonder uitleg. Voor sp.a haalde Arno Aerden aan dat het plan niet perfect is, maar goed genoeg. Om mijn uitnodiging om het dan beter te maken, ging hij niet in. Dat deed niemand.

Een omerta die me eens te meer deed afvragen wie dit RUP al die jaren tegengewerkt heeft. Robotfoto’s noch DNA-onderzoek zullen het antwoord geven, en meerderheidspolitici blijkbaar ook niet. De karaktermoord op Essen blijft zo wellicht onbestraft (in tegenstelling, laat ons hopen, tot de Grote Doofpot van de Bende Van Nijvel). Of zou Jef Vermassen ook interesse in ruimtelijke ordening hebben ?

Van dienst

Van dienst

Vijf jaar geleden opende het Lokaal Dienstencentrum (LDC) “’t Gasthuis” de deuren. Het werd voorlopig in de oude gebouwen van De Bijster gevestigd. Het LDC werd een vaste waarde in Essen, en een nieuwbouw drong zich dan ook op. De afspraken met de groep rond De Bijster namen wat tijd in beslag : de geplande “Woonzorgzone” vereiste onder meer aanpassingen van de bestemmingsplannen. Eens dat achter de rug, ging het snel. In januari van dit jaar verwierf het OCMW zekerheid over de Vlaamse subsidies. De bouw kon van start gaan.

Gisteren werd die nieuwbouw geopend. Hier en daar is nog wat afwerking nodig, maar het geheel ziet er goed uit – al heb ik zelf wat twijfels over de toog en het geïntegreerde kunstwerk. Dat geheel lijkt mee op de “bodega’s” die we vroeger opbouwden in de scoutslokalen, om tijdens het KSJ-weekend cocktails te serveren aan wie van bier niet snel genoeg dronken werd. Wel met meer licht dan toen, want het LDC is een echt “glazen huis” geworden.

Zoals werd opgemerkt realiseert daarmee het OCMW net voor zijn “inkanteling” in de gemeente de enige nieuwbouw die het Essense bestuur tijdens deze legislatuur zal neerzetten. Dat zou erop kunnen wijzen dat het meer doordachte “patrimoniumbeleid” dat werd aangekondigd ook in de praktijk is gebracht, maar dat zou veel te veel eer zijn voor het huidige college. Met alle goede voornemens daarrond is vooralsnog zo goed als niets gebeurd. Vooral overbodig patrimonium afstaan blijkt een ernstig probleem.

Nu goed, dat is niet de schuld van het OCMW, en al zeker niet van het Lokaal Dienstencentrum. Ik wens de verantwoordelijken, de medewerkers, de vrijwilligers en de bezoekers van ’t Gasthuis veel geluk met hun nieuwe onderdak !

Yes, we can

Yes, we can

Het gebeurt niet zo vaak dat ik het gemeentehuis verlaat en echt tevreden ben met de beslissing die ik mee heb genomen. Dat is nu eenmaal vaak het lot van een oppositieraadslid. Dat lag gisteren anders. Nochtans ging het om een vergadering van de vzw Kobie, en het is bekend dat ik van die structuur niet meteen een grote fan ben. Maar het project dat nu binnen de vzw op stapel wordt gezet ziet er gewoon erg goed uit. OK, het had ook zonder de vzw gekund, en de bestuurlijk-financiële bezwaren tegen de constructie blijven bestaan. Maar daar gaat het even niet om.

In september volgend jaar organiseert Essen een groot musicalspektakel rond het einde van de Eerste Wereldoorlog, honderd jaar nadat de wapens in 1918 eindelijk zwegen. Het wordt een duur project, geraamd op 170.000 EUR uitgaven (en hopelijk per saldo ongeveer even veel inkomsten !). Er zullen meer dan 400 vrijwilligers nodig zijn. Het project is gelukkig erg grondig tegen het licht gehouden, zodat het plaatje netjes in elkaar past. Namens de werkgroep die er achter zit stelde Steff Nouws een heldere planning en een realistische begroting voor. Het blijft een stevig project, met heel wat uitdagingen. Dat het eerst voorzichtig en kritisch werd onthaald, is dan ook meer dan terecht. Dat heeft er ook voor gezorgd dat het plaatje nog beter in elkaar ging passen.

Er zitten nog wel wat risico’s aan vast, met name meteorologische : in het budget zou misschien nog geld kunnen worden voorzien om vanaf nu tot in september volgend jaar elke dag een gros eieren naar de Arme Klaren te brengen (heb me altijd al afgevraagd wat die dames daarmee doen, en maak me ook zorgen over hun cholesterol, doch dit geheel terzijde).

Het risico dat gisteren het meeste aandacht kreeg – wat als er te weinig vrijwilligers worden gevonden – schat ik zelf redelijk klein in. Ik vermoed dat het er te veel zullen zijn. En de tegenkanting vanuit ACW-kringen, omdat de vrijwillige inzet voor dit project ten kosten zou kunnen gaan van de bestaande verenigingen, vond ik zelfs bizar.

De vereiste sponsors zoeken zal mogelijk wat moeilijker worden. In de filosofie van Kobie moet het immers om sponsors gaan die anders niet op Essens niveau actief zouden zijn, zodat het lokale sponsorpotentieel voorbehouden blijft voor de Essense verenigingen. Hopelijk worden de mensen die het geheel praktisch gaan uitwerken niet met die zoektocht naar ondersteuning belast.

Nu, misschien kan de NMBS wel sponsoren. Als Wiedergutmachung, nadat ze het project bijna torpedeerde. Dat deed ze op de haar eigen virtuoze manier : de beoogde regisseur/organisatiebureau wilde met de trein naar Essen komen voor een eerste gesprek, maar bereikte onze gemeente nooit. Trein afgeschaft, vertraagd… Gefrustreerd wilde de man helemaal afhaken. Begrijpelijk. Gelukkig kon er een mouw aan worden gepast. 20.000 EUR sponsorgeld, en zand erover, beste NMBS. We regelen vervoer van het station naar het college, en jullie verkopen combitickets. Jullie komen op alle affiches. Zelfs een trein in het scenario verwerken moet bespreekbaar zijn (ja toch, Steff ?). En we beloven met zoveel mogelijk Essenaren dat we drie maanden lang niet over jullie dienstverlening zullen klagen. Al is dat misschien wat meer waard. Laten we zeggen 25.000 EUR en het terrein tussen de Moerkantsebaan en de goederenloods aan Hemelrijk. Een koopje zeg ik u, beste spoorwegvrienden !

Kortom, ik zag gisteren een project dat alle kansen verdient om de slogan “kom bijeen in Essen” inhoud te geven. Ik werd er helemaal goedgezind van. Wanneer kan ik inkomkaarten bestellen ?

De rode lijn

De rode lijn

Een gemeenteraad zonder verhaal. Of misschien dat er bij openbare werken altijd wel iets misloopt. Wie ooit een huis heeft gebouwd of verbouwd, kan het zich wellicht voorstellen. Toch blijft het me verbazen, ook voor wat die huizen betreft. Maar veel verhaal zat er dus niet in die raadszitting.

En over de vorige heb ik niets geschreven. Nochtans hebben we toen een beslissing genomen met een wisselmeerderheid. De eerste van deze legislatuur. We hebben de beslissing over een wegentracé namelijk uitgesteld, en daarmee het college belet om een verkavelingsvergunning af te leveren. Voor mij was dat belangrijk. Ik ben er al heel lang van overtuigd dat onze gemeente aan een veel te snel tempo wordt volgebouwd. Nu bijna 18 jaar geleden zetten we de veel te lange slogan “Essen mag geen voorstad van Antwerpen of Roosendaal worden” op onze verkiezingsaffiches. Voor een groot deel van onze gemeente is het wellicht te laat. Wie door Essen-Centrum rijdt kan er niet omheen dat de verkeersdrukte, het type bebouwing, … steeds meer aan voorsteden als Kapellen of Ekeren doen denken. We hebben al lang relatief het minste open ruimte in de noordrand van de provincie Antwerpen.

Ik ga het hele verhaal niet herhalen, maar ik wel Essen niet verder verkavelen. En zeker niet “zomaar”. Dat het ruimtelijk structuurplan niet werd herzien, is voor mij de zwaarste beleidsfout die dit college deze legislatuur heeft gemaakt. Een afdwingbare visie op waar we in Essen nog wel, en waar we niet meer willen bouwen is absoluut noodzakelijk om te vermijden dat de leefbaarheid van onze gemeente wordt verstikt onder verkeersdrukte, gebrek aan groene ruimte en een zo hoog inwonersaantal dat álle aanwezige voorzieningen hun grenzen bereiken, en ze allemaal uitbreiden de enige optie wordt. Alleen in het kader van zo’n visie heeft het zin om over één bepaalde verkaveling te discussiëren. Zonder visie wil ik ze niet. Hoe doordacht de plannen ook en voor welke doelgroep dan ook. Natuurlijk zijn er gradaties, maar een “beter” plan is niet noodzakelijk een “goed” plan. Een plan wordt pas goed als het in een goede totaalvisie past.

Gratie

Gratie

The Mississippi Delta
Was shining like a National guitar
I am following the river
Down the highway
Through the cradle of the Civil War

I’m going to Graceland
Graceland
In Memphis,Tennessee
I’m going to Graceland
Poorboys and pilgrims with families
And we are going to Graceland
My traveling companion is nine years old
He is the child of my first marriage
But I’ve reason to believe
We both will be received
In Graceland

Paul Simons Graceland is één van de eerste platen die ik kocht – op cassette, zoals dat toen soms ging. Ik kan er bijna elke lijn van meezingen (maar wil dat niemand aandoen). Ik heb dus genoten van het “’t Park Zomert” concert waarop Sioen de hele plaat bracht, hier en daar aangevuld met andere nummers. Het was gezellig druk in het park achter de Oude Pastorij en we beleefde een mooi avond.

Toch hoor ik in het kader van elf juli liever Nederlandstalige muziek. Eén keer per jaar moet dat toch kunnen. Ik weet het, het is niet altijd eenvoudig om dat te realiseren : de goede, betaalbare, Nederlandstalige artiesten lopen onvoldoende dik gezaaid. Dat is dus geen kritiek op de organisatie. Alleen een vaststelling.

’t Is gelijk

’t Is gelijk

Gelijk hebben en gelijk krijgen, het zijn twee verschillende zaken in de politiek. Vaak moet je enkele jaren geduld hebben. Soms hoop je zelfs dat je geen gelijk zult halen, andere keren natuurlijk wel…

Er stond erg weinig op de agenda van de gemeenteraad deze week. De vorige raad, die in maart, ging om dezelfde reden zelfs niet door. Dat las ik in het schepencollegeverslag. Tiens, we hebben toch een voorzitter die de agenda vaststelt, dacht ik toen ? Dat hoort het college toch niet te doen. Of doet die voorzitter zijn werk eigenlijk niet ? Ik heb daar dan maar enkele vragen over gesteld. Waarop ik antwoorden kreeg van de secretaris en de burgemeester. Niet van de voorzitter zelf. Quod erat demonstrandum, zou de Antwerpse burgervader zeggen. En ik dacht aan Guy Luyten, onze voorzitter in de vorige legislatuur. Die zou zoiets niet overkomen zijn…

Maar ik ging het dus over “gelijk” hebben. In de raad werd beslist om de welzijnsdiensten van gemeente en OCMW samen te voegen. Ik wilde daar niets over zeggen, want ik heb dit altijd een evidentie gevonden. Maar toen CD&V-fractieleider Jan Suykerbuyk zich hierover plots verheugde werd het me even te veel. Ik heb namelijk heel lang voor die samenwerking gepleit. En botste altijd op een muur… van CD&V’ers. Ik weet wel, in de hemel is meer vreugde over één zondaar enzovoort, maar ik dacht toch vooral aan de uitspraak van Herman Van Rompuy die ooit de hypocrisie als christelijke deugd prees. De beslissing op de valreep, nu de OCMW’s op het punt staan helemaal in de gemeenten te worden geïntegreerd, vergt al lang geen moed en inzicht meer. CD&V was er dus rijp voor geworden. Toch proficiat !

In het AGB hadden we het nog eens over de sporthal in Hemelrijk. Alles gaat daar tegenwoordig redelijk goed. Oef ! Zelfs, het moet gezegd, voor het probleem van het gebrek aan toezicht blijkt er een redelijke oplossing in de maak. De hal werd ook officieel “opgeleverd” : na jaren is de bouwfase dus helemaal afgerond. Toch werden niet alle gebreken weggewerkt. Normaal wordt er dan nog niet opgeleverd, maar wegens de DBMO-constructie die voor Hemelrijk werd bedacht gebeurde dat nu dus wel. DBMO ? Design, Build, Maintain, Operate, en dat allemaal in één pakket.

Ik heb op de AGB-vergadering gezegd dat het achteraf wel een heel slechte beslissing is geweest om de bouw van de sporthal in dat soort DBMO-constructie te stekken. Alle problemen met de uitbating en alle problemen met de bouw zelf (dat waren er gelukkig veel minder) zijn daartoe terug te brengen. En er kan moeilijk worden beweerd dat ik daarvoor nooit gewaarschuwd heb – zelfs de meerderheid heeft ooit moeten toegeven dat zonder de gedeeltelijke ontmanteling van de DBMO-constructie na een door hen overigens fel bestreden klacht het gehele project wellicht zou zijn vastgelopen. We hadden een hal kunnen bouwen en vervolgens de cafetaria in concessie kunnen geven, volgens de aloude principes van de overheidsopdrachten. Het zou ons veel geld hebben uitgespaard. Maar neen, op aanraden van dure bureaus moest het een DBMO worden…

Daarover had ik natuurlijk liever geen gelijk gekregen. Toch bracht het OCMW ook beter nieuws. In de plannen voor de omgeving van de goederenloods staat een passerelle over het spoor ingetekend. Toen we dat samen met de groene collega’s in 2003 voorstelden werd het concept “interessant” genoemd. En vervolgens werd er vooral nog gesproken over een extra tunnel. Of niets meer. Tot de passerelle terugkwam. Op een andere plaats. Zonder de liften met perronstoegang… Ik heb allerlei versies gezien.

Er ligt dus een nieuw plan. Deze keer heb ik zowaar enige hoop dat het niet bij plannen gaat blijven. En hoe meer versies ik te zien krijg, hoe meer de passerelle begint te lijken op het concept dat we in 2003 in gedachten hadden. Ere wie ere toekomt, het idee kwam in de eerste plaats van Philip Peeters. Als de passerelle er komt, betaal ik hem een fles champagne. Die we dan halfweg de passerelle leeg gaan maken.

De burgemeester is bij deze ook uitgenodigd, want gelijk hebben doe je dan soms wel alleen, gelijk krijgen lang niet altijd. Wat sommige would-be politici wel eens schijnen te vergeten. Al houdt dat één van hen niet tegen om nu al 100 dagen president van de VS te zijn…

Amen en uit

Amen en uit

De intercommunales komen weer volop in het nieuws. De historisch gegroeide (misgroeide, vaak) verenigingen van gemeenten waarin bepaalde bevoegdheden samen werden uitgeoefend groeiden in de loop der jaren uit tot een ondoorzichtig kluwen van juridische entiteiten met allerlei raden, commissies en vergaderingen, die zich met zaken bezighouden die soms wel maar vaak ook niet verband houden met het gemeentelijk beleid. Zo beheerden we met alle gemeenten samen de Dexiabank, tot die overkop ging wegens beleggingsavonturen in de Verenigde Staten. Onlangs moesten we in de gemeenteraden beslissen over de instap van een Chinees staatsbedrijf in ons energienet. In Gent bleek het stadsbestuur onrechtstreeks mee te beleggen in chemische wapens. Zucht.

Er zijn ook andere voorbeelden. IGEAN haalt het afval op in Essen en baat het containerpark uit. Dat sluit iets beter aan bij onze kerntaken, natuurlijk. Toch vind ik ook dat problematisch, maar daar kom ik nog toe.

In al die organisaties, wat ze ook doen, zijn de gemeentebesturen vertegenwoordigd. Door burgemeesters, schepenen, raadsleden, ambtenaren. Die krijgen daar vergoedingen voor, variërend van een compensatie voor de verplaatsingskosten tot een riant bedrag. Die vergoedingen krijgen ze niet voor niets : ze werken mee aan de besluitvorming. Sommigen werken hard en hebben een nuttige inbreng. Vanuit hun gemeentelijke achtergrond, of omdat ze het domein waarop de intercommunale actief is goed kennen. Anderen doen er niets. De vergoedingen staan echter niet altijd in verhouding tot het verrichte werk, en dat geldt wellicht in de twee richtingen.

Er is een verklaring voor die vergoedingen, maar die praat het systeem helemaal niet goed. Gemeentebestuurders zijn namelijk onderbetaald. Schepen in een gemeente als Essen is een stevige opdracht, voor wie het goed wil doen. De tijden dat een schepenmandaat een wat uit de hand gelopen hobby was, zijn al lang voorbij. Daar hoort een behoorlijk loon tegenover te staan. Maar dan moet er wel eens over het aantal schepenen worden nagedacht. Essen kan volgens mij met een burgemeester en drie (voltijdse) schepenen ook worden bestuurd (*). En al is die onderbetaling reëel, een ondoorzichtige en grotendeels willekeurige compensatie via de intercommunales is natuurlijk geen goede oplossing. Typisch Belgisch is ze wel : niet de kern van het probleem aanpakken, maar via een aanhangsel, een koterij…

Ik ben niet de enige die deze vaststelling maakt. Wat ik wel mis in veel analyses is de zeer eenvoudige vraag waarom al die intercommunales niet gewoon afgeschaft kunnen worden ? Ofwel gaat het om zaken die de privésector hoort te doen (bankieren), ofwel om overheidstaken die de gemeente overstijgen. Dat is een evidentie voor het beheer van het elektriciteitsnet, maar uiteindelijk ook voor zowat alle andere activiteiten in de intercommunales. Het is namelijk per definitie zo dat deze dingen doen die beter niet op het niveau van één gemeente gebeuren. Het is natuurlijk wel begrijpelijk en aanvaardbaar, en efficiënt, dat twee, drie, vier gemeenten voor een concreet project de handen in elkaar slagen. Muzarto in ons geval. Of een organisatie als Kamp Noord. Maar een bredere samenwerking betekent toch per definitie dat het om beleid gaat dat op een hoger niveau moet gebeuren ? Essen is te klein om de eigen afvalophaling nog efficiënt te regelen. Dat doen we met tientallen gemeenten samen. Dus is dat een bovenlokale bevoegdheid. En zo geldt het toch voor alle intercommunales ?

Wieden in overbodige mandaten (en dan nog zonder het verloningsprobleem ook op te lossen, want dat lijdt tot een talentvlucht uit de lokale politiek) is daarom vooral een vorm van window-dressing. Uiteindelijk dringt het gewoon schrappen van alle intercommunales zich op. Dat de hogere overheden vervolgens frequenter en op een meer gestructureerde manier de gemeentebesturen consulteren zou wel logisch zijn. Maar kunstmatige constructies waarin de gemeenten “samen” beslissen moeten eruit, want uiteindelijk beslissen we daarin helemaal niets. Men maakt mij niet wijs dat er gemeenten zijn waar echt ernstig, met kennis van zaken en met de nodige regelmaat over het beleid van Pidpa wordt gediscussieerd. Laat staan dat er in de verkiezingsfolders iets over watervoorziening te vinden is. Dat is dus een blok aan ons been, ook al willen veel van mijn collega’s dat ongetwijfeld niet hardop zeggen.

Dan moet ik dat maar doen. In het belang van een goed bestuur, en in ons eigen belang als gemeentebestuurders : Van de intercommunales, verlos ons Heer (…in de gedaante van minister Homans) !

(*) En gemeenteraadsleden ? Daar lijkt de betaling me niet de kern van het probleem. Raadsleden moeten vooral een betere ondersteuning en meer bevoegdheden om het beleid uit te tekenen en te controleren krijgen, maar daar gaat het hier niet over.

Frans 40

Frans 40

Tijdens de rondvraag in de gemeenteraad vroeg Frans Schrauwen het woord, maar met de uitdrukkelijke vraag om als laatste te spreken. Dat had het voordeel dat ik als eerste het woord kreeg (van degenen die hun vraag niet vooraf hadden aangekondigd). Maar het leverde nog een ander veel leuker effect op : bij de meerderheidspartijen wist men niet wat hij ging zeggen. Ik wist het voor één keer wel. Lichte paniek maakte zich meester van de meerderheidsrangen…

Amusant, maar wellicht ook met reden. Frans zegt zelden iets zonder een reactie op te wekken. Eerder tijdens de raad weigerde hij om op een vraag van mij te antwoorden, en haalde hij zijn opvolger als schepen van openbare werken onderuit door de verwachting uit te spreken dat het nieuwe fietspad langs Over d’Aa geen vlak biljartlaken zou worden. Soms reageert hij binnensmonds, of alleen met lichaamstaal. En ook dat is vaak leerzaam. Ik zit toevallig net tegenover hem en ben dus goed geplaatst om de signalen op te vangen. En waar ik me de ene keer te pletter erger, leer ik de andere keer iets bij – of stel ik vast dat hij als enige van de meerderheid (of soms zelfs als enige van de raad) echt gelijk heeft.

Hij vroeg het woord om te melden dat hij veertig jaar geleden voor het eerst als raadslid werd verkozen, en bood ons een glaasje wijn aan. Opluchting bij de meerderheid, die overeind bleef toen hij in zijn korte tussenkomst iedereen schoffeerde die de voorbije veertig jaar in de oppositie zat, en vervolgens al wie in de meerderheid zat. Ik maakte me de bedenking dat hij in die veertig jaar wellicht elk ander raadslid minstens één keer tegen de schenen heeft gestampt. Maar al wie in die veertig jaar haar of zijn mandaat ernstig nam heeft wellicht ook minstens één keer met hem samengewerkt om iets te realiseren, of zich tegen de eigen verwachting in door hem van zijn gelijk laten overtuigen.

Hij vertelde me na de raad over zijn ontmoeting met Boris Johnson in Londen. Met de oud-burgemeester van die stad heeft hij wel wat gemeen. Klinkt het niet, dan botst het wel. Een onbehouwen stijl – Johnson ligt als minister van buitenlandse zaken van zijn land voorlopig nog vóór op Trump in het beledigen van bevriende naties, al doet hij het toch nog net subtieler (desnoods in het Latijn). Bekend onder hun voornaam. Omstreden en wispelturig, maar met een onmiskenbaar groot hart voor het stukje wereld dat ze bestuurden. En al zal ik Boris nooit de Brexitleugens vergeven die zoveel schade hebben aangericht, ik blijf een zekere sympathie voor de man koesteren.

Frans dus. Volgende maand treitert hij me mogelijk weer het bloed onder de nagels vandaan. Ondertussen houd ik het bij mijn dank en waardering voor veertig jaar raad -en daad- in Essen.

RUP RUP HOERA !

RUP RUP HOERA !

“Thuis heb ik nog een ansichtkaart…” schreef ik hier twee weken geleden. Een kerk, een kar met paard… Wat er zeker niet op die kaart stonden waren appartementsblokken. Of neen, meergezinswoningen heten die in het jargon. Al waren die er dan waarschijnlijk weer wel. Maar eigenlijk waren het eengezinswoningen waar meer dan één gezin woonde. Dus zal ik ze toch maar appartementen noemen. Al gaat dit stukje over het document dat “Ruimtelijk Uitvoeringsplan Meergezinswoningen” moet worden…

Laat het u vooral niet verwarren. Daarvoor is het namelijk net iets te belangrijk, dat “RUP”. Zo belangrijk dat ik zelfs na tien jaar erop te hebben gewacht nog blij ben dat er eindelijk een ontwerp van op tafel ligt. Over die tien verloren jaren heb ik het hier al gehad, en ik zal de politieke analyse ongetwijfeld nog meermaals maken, maar nu ga ik het langs de positieve kant bekijken : dinsdag lag op de raadscommissie “omgeving” het RUP voor dat de bouw van appartementen in Essen-Centrum tot de hoofdstraten moet beperken. Héél goed nieuws voor wie zoals ik de overdreven “appartementering” verantwoordelijk houdt voor de te sterke bevolkingsaangroei en de daarmee gepaard gaande mobiliteitsproblemen in Essen. En voor het verlies van het eigen karakter van onze gemeente. En voor de druk op het bouwkundig erfgoed. Kortom, voor de ver(voor)stedelijking van Essen.

Het RUP is zonder meer één van de belangrijkste documenten die we deze legislatuur in de gemeenteraad gaan behandelen. In de commissie heb ik tot mijn vreugde ook geleerd dat wellicht ruim meer dan de helft van de gemeenteraadsleden vinden dat het gerust nog wat strenger mag, met nog minder plaatsen waar nieuwe appartementen (naast de al gebouwde en vergunde die gewoon blijven staan) mogelijk zullen zijn. In de Kerkstraat, bijvoorbeeld. Ten noorden van Hondsberg. Op de gronden achter de Heikantstraat. In de Molenakkerstraat. Ik zou nog meer plekken kunnen opsommen, en heb dat ook gedaan – en voelde me wel goed als het meest “groene” commissielid (jammer dat Philip Peeters er niet bij was om samen aan de kar te trekken, trouwens).

Mijn vrees is dat die grote helft van raadsleden uiteindelijk door de politieke molen vermalen wordt, tussen de molenstenen van meerderheid en oppositie, van partij- en andere belangen. Maar vandaag ben ik optimistisch. Na 15 jaar volle kracht vooruit wordt de bestelling van remmen voor de appartementeringstrein voorbereid. En we kunnen nog altijd voor een krachtig model met stevige remkracht kiezen. Ok, de trein in achteruit zetten kan niet. Maar toch : hoop doet leven !

Warm en koud

Warm en koud

Nieuwjaarsrecepties. Je kan er vóór of tegen zijn, maar ze zijn er nu eenmaal. Dus ben ik gisteren nog eens bij de sp.a-collega’s langs geweest, om de “beste wensen” uit te wisselen. Het was er gezellig druk, en al klonk de Internationale nogal in mineur, de partij-afdeling lijkt in goeden doen. Jokke werd gehuldigd voor haar tienjarig jubileum als schepen. De fles wijn die ze kreeg (ik neem aan dat het rode is) heeft ze in elk geval verdiend. Ze ging de fles delen met de eveneens jubilerende burgemeester, en wie het interview met haar in De Voorbode leest begrijpt wellicht beter waarom. De afdelingsvoorzitter zocht in zijn gelegenheidstoespraak niet de controverse op, en dat moet inderdaad niet altijd. Dat hij toch iets te weinig het perspectief van zijn partij op de uitdagingen waar onze gemeente voor staat uittekende stelde me dan wel weer wat teleur. De Essense sp.a kan toch nooit de partij zijn die alleen voor “besturen” zonder “sturen” staat ?

In navolging van Groen en N-VA/PLE riepen de lokale sociaal-democraten ook hun eigen prijs in het leven. De Solidariteitsprijs Sooi Noldus, een goed gekozen naam die een groot Essenaar in de herinnering brengt. De eerste laureaat was ook een bijzonder goede keuze. De Scouts van Heikant verdienen zoals elke jeugdbeweging sowieso waardering voor hun solidariteit. Maar de opstelling van de Scouts toen de mogelijke vestiging van (ocharme) een vijftal vluchtelingen in het woonhuis van het naast hun lokaal gelegen Paviljoen werd aangekondigd, zette het wat al te hard van stapel lopende burenprotest schaakmat. Goed dat de sp.a hen daarvoor even in het (winter)zonnetje zet.

Het gemeentebestuur zelf organiseerde in de namiddag naar ondertussen jaarlijkse gewoonte een receptie op de even verkeersvrij gemaakte Heuvelparking. De ideale temperatuur daarvoor ligt nog enkele graden lager, maar dat belette de burgemeester niet om de uitverkiezing van Essen tot “Warmste Gemeente” in de “Warmste Week” onder de aandacht te brengen. Ook de waardering daarvoor mag nog wel eens explicieter worden uitgedrukt, wat mij betreft. En wie ook in 2017 een steentje wil bijdragen aan een solidaire en warme samenleving kon er een frietje eten om zo KSA Essen langzaam aan een nieuwe tent te helpen. Zoals de hoed van de vader in het traditionele Driekoningenliedje is de oude versleten. En, toegegeven, af en toe werd het geld dat de verhuur ervan opbracht in de loop der jaren al eens op de rooster geteld, alleszins door mijn generatie. Ook dat is jeugdbeweging, denk ik dan…