Kiespijn

Kiespijn

Er vonden de voorbije maanden in heel wat van de ons omringende landen verkiezingen plaats. Omwille van het EU-Voorzitterschap heb ik de kans gemist om er commentaar op te geven. Ik ga ze niet allemaal inhalen. Over de Britse verkiezingen van gisteren wil ik wel iets zeggen. Het meest opvallende is misschien nog wel de eigenaardige werking van het kiesstelsel : Labour gaat er in percentage nauwelijks op vooruit, maar veegt desalniettemin de Conservatieve regering van de parlementaire kaart. Hoewel het niet helemaal eerlijk is om die vraag nu op te werpen -de vorige keren waren het de Conservatieven die met een dikke 35% van de stemmen een ruime absolute meerderheid haalden- is het toch een systeem dat minder houdbaar lijkt in een situatie met meer dan twee à drie relevante partijen.

Maar laat dat geen afbreuk doen aan de vreugde om de Conservatieven, de “Tories” van premier Sunak, eindelijk hun verdiende loon te zien krijgen. Het roekeloze Brexitreferendum van David Cameron, de vruchteloze poging van Theresa May om van de contradicties en leugens die in Brexit ingebakken zaten toch nog iets te maken, het schaamteloze “have your cake and eat it” populisme van Boris Johnson, het zeer kortstondige maar zeer noodlottige economische experiment van Liz Truss en tenslotte de poging van Sunak om daar allemaal nog op één of andere manier chocola van te maken, ze zijn eindelijk allemaal afgestraft.

Vandaag doet me een beetje denken aan 2 mei 1997, toen Tony Blair een nieuwe Labourregering aan de macht bracht, na ook al vele jaren Conservatief bewind. Ik herinner het me als een dag van hoop, ook voor Europa. De huidige Labourleider Keir Starmer heeft niet hetzelfde charisma, en zijn succes lijkt ook mee gebaseerd op een onderliggende uitstroom vanuit de Conservatieve Partij naar het Reform UK van überpopulist en charlatan Nigel Farage, maar toch is het een mooie dag voor het VK, voor Europa en voor de democratie.

Over naar onze verkiezingen van 9 juni. Ik zat die dag in Genève, zodat mijn volmachthouder mijn voorkeuren aan de computer heeft doorgegeven. Ik ben blij dat het Vlaams Belang er niet in slaagde om de grootste partij te worden, en dat in de campagne werd blootgelegd hoe extreem en onbekwaam die partij echt is. Wie dacht dat het politieke genie Bart De Wever zijn pluimen had verloren is stevig bedrogen uitgekomen, ook al ben ik het met Petra De Sutter eens dat Bart haar een doos pralines mag brengen. Vooral Open Vld kreeg klappen. Eerlijk gezegd vind ik dat de kiezer premier De Croo niet helemaal naar waarde heeft geschat, maar de partij heeft het natuurlijk vooral aan zichzelf te danken. Ze is ook in een ideologisch “dead end” beland – De Croo deed zelf de vaststelling dat de al genoemde De Sutter ook een liberaal is, maar de huidige Open Vld is meer nog dan CD&V een inconsistent samenraapsel van mensen die graag aan de macht zijn. Daar zijn veel goede mensen bij, en macht nastreven is legitiem. Maar zo gaat het dus niet lukken. Als sociaal-liberaal -dat is een deel van mijn politieke identiteit- kan ik dat alleen maar jammer vinden.

Net zoals in het Verenigd Koninkrijk moet ik ook bij ons iets over het kiesstelsel vertellen. Dat is veel meer proportioneel, dus daar zit het probleem niet. En de uitkomst van de verkiezingen is al bij al vrij helder. Maar om allerlei redenen heb ik in de verkiezingsslag twee nieuwe partijen, Volt en Voor U, met belangstelling gevolgd – de kans dat ik ooit voor Els Ampe of haar partij stem is nul, maar voor haar bondgenoten van Vista kan ik enige sympathie niet ontkennen. Ik kan niet anders dan met die beide partijen vaststellen dat de combinatie van de erg hoge kiesdrempel met een al te ruime partijfinanciering het voor nieuwe partijen quasi onmogelijk maakt om door te breken. Daardoor beschermen de bestaande partijen zichzelf – maar ook hun eigen concurrenten, natuurlijk. Zo zou het Vlaams Belang bij ons te lijden kunnen hebben van een Baudet-achtige “wappie”-partij en van een BBB-variant. Misschien is het in Nederland iets te gemakkelijk om in het parlement te belanden, zo helemaal zonder drempel. Dat is niet optimaal voor de bestuurbaarheid. Maar ons systeem dient de democratie dan weer slecht : wie een partij wil loslaten moet naar een andere gevestigde overstappen. Met een mildere drempel en eerlijkere kansen voor nieuwkomers zou er in dit land al een andere liberale partij dan Open Vld zijn geweest, om op dat voorbeeld verder te bouwen.

Reageren is niet mogelijk.