Archief van
Jaar: 2014

De Ronde

De Ronde

De 42e Ronde van Essen volgen ? Dat kan op heel veel verschillende manieren. Je kan de foto’s bekijken op de website van de Ronde. Wie graag een selectie ervan bekijkt, kan terecht op Essen in Beeld. Of op Facebook. Voor de heel selectieve fotoliefhebbers is er Instagram. Daar vind je ook een link naar de zeer onvolprezen filmpjes van Jasper. Waarvoor je ook op YouTube terecht kan. Wil je écht alleen de essentie, volg de Ronde dan op Twitter. Ben je vooral geografisch aangelegd, dan kan je op FourSquare terecht. Tenslotte zijn er zes (6) mensen die de Ronde volgen via Google+.

En dan zijn we nóg niet uitgeteld. Er zijn nog twee mogelijkheden om op de hoogte te blijven van de Ronde-gebeurtenissen. Je kan elke dag een boekje kopen, de Ronde-Echo. Een soort website op papier is dat. Met verslagen, grappige en minder geslaagde verzinsels, foto’s…

En wie écht geen andere mogelijkheid ziet, kan ook gewoon komen kijken. Zo. Live. Met je eigen ogen. Voor je neus. Je kan er een goedkoop drankje bij kopen. Daarmee steun je een goed doel – ook al heeft de Jeugdraad zichzelf dit jaar tot goed doel uitgeroepen (moet voor één keer kunnen). Je krijgt er gratis deskundig commentaar op álle wedstrijden bij. Je zou zelfs gewoon méé kunnen doen. Niet virtueel, maar irl (“in real life”, voor wie dat niet kent).

Asjemenou.

Op een afstand

Op een afstand

Als morgen onze burgemeester iets erg fouts zou vertellen, dan kan ik me inbeelden dat we daar met N-VA/PLE formeel “afstand” van nemen, ook al zou iedereen moeten weten dat wij hem niet verkozen hebben. Als KSJ-KSA-VKSJ in een vlaag van zinsverbijstering iets onverstandigs zou doen, dan voel ik me wellicht ook verplicht om me daarvan te distantiëren, ook al ben ik ondertussen natuurlijk al een aantal jaren niet meer met de beweging verbonden. Aan de andere kant heb ik nog niet de behoefte gevoeld om mij af te zetten tegen het gedrag van de politie in Ferguson. Of tegen wat de “Islamitische Staat” aanricht. Ik heb daar niets mee te maken, en ga ervan uit dat iedereen dat ook weet.

Het blijft een moeilijke vraag : vanaf wanneer hoort iemand uitdrukkelijk te zeggen dat hij niets te maken heeft met wat anderen aanrichten, ook al hebben die anderen “iets” met hem gemeen. Toen onlangs de zoon van Jan Jambon enkele uitspraken deed die niet voor iedereen even verstandig leken, kwam vanuit de sp.a de eis dat de N-VA en de Vlaamse regering daarvan afstand zouden nemen. De EU en de VN bleven buiten schot. Freya Van Den Bossche hield vast aan haar gezond verstand en gaf terecht aan dat vaders (en hun partij) niet verantwoordelijk zijn voor alles wat hun zonen doen en zeggen. Onlangs vroeg Bart De Wever dan weer aan de Moslimexecutieve om afstand te nemen van wat de “Islamitische Staat” aanricht. Die vond dat eerst nogal overbodig, en deed het daarna toch. Het komt vaak terug in het debat, de opmerking dat “de moslims” afstand moeten nemen van de terreur die in naam van de godsdienst die zij ook belijden wordt aangericht. Opvallend minder vaak worden de joden gevraagd om zich te distantiëren van wat de staat Israël fout doen.

Het blijft erg moeilijk, vind ik. We weten toch dat de doorsnee moslim in dit land de IS-praktijken (die overigens vooral moslimslachtoffers maken) absoluut afkeurt ? Zoals “wij” dat doen. Hen oproepen om afstand te nemen geeft toch een beetje aan dat ze ervan verdacht worden om dat niet te doen ? En het blijft toch wringen, om mensen met een bepaald kenmerk ervan te verdenken om -tenzij tegenbericht- alles goed te keuren wat andere mensen met dat kenmerk aanrichten – zoals dit filmpje op een grappige manier duidelijk maakt. Ik ben een Essenaar, maar heb nooit de behoefte gevoeld om me dan maar uitdrukkelijk te distantiëren van één van de moordenaars van Karel Van Noppen, nochtans ook een Essenaar…

Voor organisaties ligt het weliswaar wat anders dan voor individuën. Dat katholieken van vandaag kan je moeilijk de kruistochten aanwrijven, maar dat de Katholieke Kerk er zijn spijt over betuigt lijkt me wel logisch. Net zoals het goed is dat staten hun verontschuldigingen aanbieden voor wat ze bijvoorbeeld in de context van de kolonisatie hebben aangericht. Maar dat hebben ze zelf gedaan. Wat, opnieuw, met wat alleen door (min of meer) “geestesgenoten” wordt aangericht. Moet de Orthodoxe Kerk zich verontschuldigen voor de katholieke inquisitie ? Moet pakweg Zwitserland spijt betuigen over de slavenhandel die door de mede-Europeanen werd georganiseerd ?

Het blijft moeilijk. Iemand oproepen om “afstand te nemen” lijkt me in elk geval iets om met zéér grote voorzichtigheid toe te passen, omdat er sowieso een verdachtmaking achter schuil lijkt te gaan. Ik denk dat in de meeste gevallen mensen of organisaties zelf wel zullen aanvoelen wanneer het beter is om publiekelijk duidelijk te maken waar ze niets mee te maken willen hebben.

Napels zien…

Napels zien…

Na het EU-Voorzitterschap bracht gewoon de vakantie me opnieuw naar Italië. Al is Napels wel een heel ander Italië dan Milaan ! De retoricareis had ons destijds wel even naar die stad geleid, maar mijn geheugen vertoonde vooral grote gaten ter hoogte van Campanië. Napels bleek boeiend, levend, zuiders maar ook vuil, onderkomen en soms dreigend. Heel wat historische monumenten, en zeker ook heel wat woonwijken, zouden een stevige opkikker kunnen gebruiken. Een kort, onbedoeld, bezoek aan een anoniem kustplaatsje tussen Napels en Pompeii gaf me helemaal een wat desolaat beeld van Zuid-Italië mee. Er is allezins nog werk aan de winkel. Al is het wel de culinaire hemel voor wie van pizza en zeker voor wie van zeevruchten houdt. Gratis tip : de Zuppa di Cozze van O’Luciano blijkt bij de plaatselijke bevolking populair genoeg om aan te schuiven voor een plaatsje. Als je het mij vraagt meer dan terecht…

Maar een bezoek aan de regio is vooral een absolute must met iedereen voor een beetje interesse in de geschiedenis van dit continent (dat zou dus iedereen moeten zijn) : het trio Pompeii, Herculaneum en het Archeologisch Museum in Napels geeft een uniek beeld van de Romeinse samenleving in het jaar 79 na Christus. Hoewel het geheel museaal nog veel mogelijkheden onbenut laat -over zowat elke kamer in elk huis is veel meer geweten dan in de informatie ter plaatse te vinden is- is het gevoel om door de straten en huizen van een stevige 2000 jaar oude stad te lopen op zich al een bezoek waard. Met tientallen interessante details, zoals de verkiezingspropaganda in de straten. Al is het bezoek aan het museum in Napels wel een noodzaak om echt de mooiste muurschilderingen en mozaïeken te zien, en om een idee te hebben van de voorwerpen die de huizen vulden. Herculaneum is dan weer de logische aanvulling, omdat het zo goed bewaard is. Maar de omvang van Pompeii maakt dat het echt een must is om beide te bezoeken. Al kan dat ook vanuit een kustplaats (Sorrento bijvoorbeeld) in plaats van vanuit Napels.

Ook Capri stond nog op het programma. Erg mooi, en erg toeristisch met een hoog “jetset” gehalte. Mooie schilderachtige straatjes met winkels van Prada en Gucci, dus. Maar vooral met mooie uitzichten op de azuurblauwe Middellandse Zee. Meer moet dat soms niet zijn…

Gaza

Gaza

Het is lang geleden dat ik hier nog iets over de Israëlisch-Palestijnse kwestie schreef. Ik vind dat nochtans een erg intrigerend conflict, dat in al zijn pijnlijkheid de aandacht vasthoudt. Maar het is zo verdomd moeilijk om er iets evenwichtig over te schrijven. Net dat maakt het moeilijk. Mijn twee uitgangspunten zijn duidelijk : Israël heeft het recht op een veilig bestaan, de Palestijnen hebben het recht op een leefbare eigen staat gevormd door Gaza en de Westelijke Jordaanoever.

Om te beginnen zijn dat al géén algemeen aanvaarde beginselen. Je kan een overtuigende case opbouwen om uit te leggen dat Israël er nooit had mogen komen, en je kan ook overtuigend uitleggen dat aan een eigen Palestijnse staat zoveel randvoorwaarden voor Israël verbonden zouden moeten zijn dat ze er eigenlijk niet kan komen. Het tweede probleem is dat je zelfs met mijn uitgangspunten (die ik zeer redelijk vind) posities moet innemen die je even objectief bondgenoot maken met respectievelijk de overtuigde antisemieten en de al even overtuigde moslimhaters. Niet het soort gezelschap waarin je wil vertoeven, maar beide kampen vereenzelvigen er hun tegenstanders ook mee. De gezamenlijke geschiedenis van het Joodse en het Arabische volk met Europa maakt het nog moeilijk : van pakweg de kruistochten tot de Shoah, erfzonden genoeg om te worden beschuldigd van het Kwaad – door de bewoners van een stuk wereld waar het verleden zwaarder weegt dan bij ons, maar dat kan hen ook al niet zo gemakkelijk verweten worden. Je zou soms willen dat je als Japanner of Chinees een onpartijdig oordeel zou kunnen vellen, of het toch proberen.

De beide partijen in het conflict maken het ook niet gemakkelijk. Hamas gebruikt volgens mij inderdaad bewust burgers als een soort menselijk schild, maar Israël doet vervolgens echt niet veel moeite om hen niet te treffen. Om maar iets te noemen. En de enige bemiddelaar met het gezag om op tafel te kloppen -de VS- is, ook alweer dankzij de geschiedenis, niet echt neutraal te noemen – ook al doet John Kerry absoluut zijn best.

Toch zijn mijn uitgangspunten in principe niet onverzoenbaar. Twee staten die in een strak internationaal gegarandeerd kader naast elkaar bestaan, dat zou moeten kunnen. Daar lijken vooralsnog velen het over eens. Maar misschien bestaat alleen de bestemming nog, en is de weg al lang niet meer begaanbaar. Zelfs dan moet de karavaan worden aangemoedigd om te vertrekken. En blijft het nuttig om, met alle beperkingen, te trachten om een afgewogen moreel oordeel te vellen. De Koran, de Torah, de Bijbel en het gezond verstand verbieden bijvoorbeeld minstens om onschuldigen te doden – of om dat te proberen met vliegtuigbommen, raketten, geweren of messen.

De kruisafneming

De kruisafneming

Een week na Milaan bracht het toeval van de vergaderkalender me naar Madrid. Een tweede bestemming waar ik nog wel wat te ontdekken had (ik ben er ooit een halve dag doorheen gewandeld) en dus besloot ik andermaal om mijn verblijf enkele dagen te verlengen.

Dat leverde me na Da Vinci een extra dosis van wereldberoemd schilderwerk op. De organisatie van de conferentie had het Prado buiten de openingsuren voor ons gereserveerd, wat een indrukwekkende rondleiding van een uurtje langs Velasquez, Rubens (ah, hangen al die beroemde schilderijen hier), Titiaan, El Greco, Goya en Bosch opleverde. En me net genoeg tijd gaf om even achter te blijven en een blik te werpen op de meesterwerken van Rogier Van Der Weyden. Ik bracht dan zelf een bezoekje aan het Reina Sofiamuseum waar Picasso’s Guernica hangt, en aan het Thyssenmuseum, dat met een beperkte collectie van meesterwerken uit zowat de hele geschiedenis van de schilderkunst ook de moeite meer dan waard bleek.

Een uitstapje buiten de stad bracht me naar het Escorial, waar (naast meer schilderkunst) onder meer het graf van Keizer Karel V zich bleek te bevinden – wat ik dus niet wist. Andere verwijzingen naar “Amberes” en omstreken bleken er ook legio. Of hoe de verwevenheid van de Vlaamse, Spaanse en Oostenrijkse geschiedenis vaak in den vreemde interessante ontmoetingen met het eigen verleden oplevert.

Naast het Escorial stond ook het “Monumento Nacional de Santa Cruz del Valle de los Caídos” op het programma, het megalomane monument, met reuzenkruis en in de rotsen uitgehouwen kerk, dat Franco te zijner eer en glorie, en die van de gesneuvelden in de Spaanse Burgerloorlog, liet optrekken.

Een geheel waarbij je je eigenlijk alleen maar ongemakkelijk kan voelen. Ook al omdat de “foutheid” er nu ook weer niet zo sterk afdruipt. Franco moet het met een centrale, maar bescheiden grafsteen stellen, en de kerk is in de eerste plaats ook een kerk. Ook al mocht het portaal niet mee gewijd worden, omdat een kerk niet groter mag zijn dan de Sint-Pietersbasiliek in Rome – dat zegt al iets, natuurlijk. De Benedictijnen die in het aanpalende klooster verblijven beëindigden net voor ons bezoek de zondagsmis, zoals op zoveel plaatsen. Maar de tekst op het offerblok is drietalig : Spaans, Duits, Italiaans. Wie net daarvoor te horen kreeg dat hier elk jaar de herinnering aan het nazistische/fascistische verleden levend wordt gehouden, krijgt daar een wrange smaak van in de mond.

Iemand maakte de bedenking dat ook het Escorial wellicht op de kap van de slachtoffers werd gebouwd. De “link” die ik al eerder beschreef, leidt bijvoorbeeld langs de Hertog van Alva die in dienst was van Filips II, die het Escorial liet bouwen. Wellicht een beetje op onze kosten, dus. De geschiedenis is niet neutraal, wel leerzaam. Daarom heeft ze haar rechten. Maar de keuze tussen bewaren en vergeten blijft moeilijk, zoals de weifelende omgang met beelden van pakweg Stalin en Leopold II aantoont. En net omwille van de relatief pijnloze overgang van dictatuur naar democratie in Spanje erfde het land per definitie een onverwerkt verleden, waarin “goed” of “slecht” geen zwart/witte categorieën zijn. Elk voordeel heb zijn nadeel, en omgekeerd. Waarmee ik een Catalaans/Nederlands filosoof parafraseer. Om maar te zeggen…

Five down, one to go

Five down, one to go

En zo zijn twee maanden na de verkiezingen alle gewest- en gemeenschapsregeringen gevormd. Vijf stuks, drie geleid door een socialist, twee door een regionalist. De Belgische politiek wordt wel eens omschreven als een schaakspel, maar deze keer werd het vooral poker. Op hoog niveau.

In Vlaanderen bereikten N-VA, CD&V en Open Vld elk hun belangrijkste doelstellingen, respectievelijk de regering leiden, een zichtbaar leidende rol spelen op kernbevoegdheidsdomeinen en meebesturen. Of dat allemaal volstaat als cement om echt doortastend te besturen is niet zo duidelijk, maar er zijn ook al regeringen met veel slechtere kaarten vertrokken. Het is wel een beetje bevreemdend dat na jarenlange klachten over de dominante invloed van de PS op de Vlaamse politiek nu de facto de MR over de samenstelling van de Vlaamse regering heeft beslist : het “ja” van Michel voor de federale “Zweedse coalitie” bleek doorslaggevend om Open Vld aan boord te halen.

PS en cdH bereikten aan de overkant van de taalgrens ook hun doelstellingen, “zo links mogelijk besturen” en “relevant blijven”, met als asterisk voor cdH waarvoor het imago van “aanhangsel van de PS” nu toch echt wel zwaar begint te wegen. Maar met het lot van de alweer uitgesloten CSP in de Duitstalige Gemeenschap in gedachten was eieren voor het geld kiezen wellicht toch de beste optie. Wel wetende dat die een federaal avontuur in een centrum-rechtse regering eigenlijk uitsloot, maar daarvoor was het enthousiasme in cdH wellicht op zich nooit erg groot. En de “christen-democratische familie” ? Die is in 2001 door Verhofstadt uit elkaar gespeeld en bestaat alleen nog op (EVP-)papier. Waar Rutten nu zowaar de vruchten van plukt.

Zoals het er nu naar uitziet wordt mijn federale werkgever dus een onuitgegeven N-VA/CD&V/MR/Open Vld-coalitie. Die met ontzettend weinig excuses vertrekt om niet te doen wat er moet gebeuren. En net daarom zou ik het vel van de Zweedse beer nog niet verkopen vooraleer het beest tot köttbullar is verwerkt…

Cultura Italiana

Cultura Italiana

Italië heeft het Voorzitterschap van de Europese Unie overgenomen van Griekenland. Daarmee wordt de geschiedenis van de Europese oudheid nog eens dunnetjes overgedaan. De ambitieuze Italianen volgen de veelgeplaagde en wellicht net daardoor bescheiden en efficiënte Grieken op, met grote ambities. Dat belooft zes boeiende maanden, en zoals de recente traditie het wil vond de informele vergadering van de EPSCO-ministerraad meteen tijdens de eerste weken plaats. Niemand die er wat op tegen had om in juli naar Milaan te komen, uiteraard.

Voor mij was het ook het eerste bezoek aan de stad sinds de Retoricareis die het Klein Seminarie traditiegetrouw in 1990 naar Italië leidde. Ik herinner me van toen nauwelijks nog de Duomo, laat staan iets anders dat we er zouden hebben bezocht. Zodat een opfrisweekend na de vergadering wel mocht. Ik greep de kans om Da Vinci’s Laatste Avondmaal (ook bekend van Dan Brown) in de kerk van Santa Maria delle Grazie te bezoeken. Een indrukwekkend kunstwerk met een interessante geschiedenis. Bovendien vond ik de weg naar Como en het bijhorende meer. Het deed me, wellicht niet helemaal verrassend, een beetje aan Genève denken.

Om het geheel cultureel helemaal verantwoord te maken, had ik mezelf op een ticket voor een opera in de Scala getrakteerd. Met een beetje geluk heb ik redelijk betaalbaar van “Le Comte Ory” van Rossini kunnen genieten. Absoluut de moeite waard, al is het een vrij zware opera, opgebouwd rond een verhaal dat de scenarist van FC De Kampioenen er wellicht een beetje over zou vinden : de klassieke aflevering “Het misverstand” werd hier uitgesponnen tot “Het dubbele misverstand”. Met een briljant als nonnen verkleed mannenkoor, dat dan weer wel. In een prachtige zaal met een zeer rijke geschiedenis, dat natuurlijk ook.

Overigens waren er in dé modestad ook solden, maar dat ging blijkbaar aan alle vijf de Pradavestigingen voorbij. En aan enkele van hun collega’s ook. Ik heb er dus geen koopjes kunnen doen. Al knoopt het Italiaans Voorzitterschap wel weer aan met de traditie om een das cadeau te geven aan de bezoekers van de vergaderingen. Een mooie das, noblesse oblige. Al ga ik hem niet meenemen wanneer ik binnenkort terug naar “de laars” trek voor wat vakantie !

Geen gefoefel… Roefel !

Geen gefoefel… Roefel !

Zaterdag stond de 21e Roefel op het programma. De foto’s die de zes jonge Roefelfotografen en ikzelf hebben gemaakt vind je hier – en ik hoop later ook die van Rudi nog toe te voegen. Roefel hield het droog, en gezien de voorspellingen was dat alleszins een meevaller. Zodat alles gewoon kon doorgaan. De kinderen die ik ben tegengekomen leken er alvast van te genieten.

Ik kwam ook Jokke tegen. Die twintig jaar getrouwd was (proficiat, nog eens). Gemakkelijk te onthouden, want ze trouwde tijdens de eerste Roefel, met Roefelburgemeester en al. Over politiek hebben we het niet gehad. Want Roefel en politiek ? Natuurlijk is er geen verband. Of stiekem toch wel. Destijds gebruikten we het feit dat Essen géén Roefel had als breekijzer om het gemeentebestuur te overtuigen dat Essen een jeugddienst nodig had. Ik herinner me een cartoon in “Broer” die het gebrek aan Roefel aanklaagde. Waarbij onze gemeente in schril contrast stond met de Kalmthoutse buren, waar Roefel een groot succes was.

Veel minder abstract natuurlijk dan de nood om een “Jeugdwerkbeleidsplan” op te stellen, al wilden we die jeugddienst toch vooral dáárvoor. Maar concrete zaken verkopen zoveel gemakkelijker dan abstracte. Dat is niet altijd gemakkelijk te aanvaarden : vaak zijn die abstracte zaken objectief belangrijker. Ik blijf dus af en toe proberen om het belang van budgetten en reglementen te benadrukken. Maar soms is er geen ontkomen aan. In het ideale geval kan je het ene aan het andere koppelen. Bij Roefel lukte het perfect. Of hoe politieke krachtmeting van 20 jaar geleden al heel veel kinderen een leuke dag heeft bezorgd.

En Kalmthout… daar vond de laatste Roefel ondertussen erg lang geleden plaats. ’t Kan verkeren !

De vlag gestreken

De vlag gestreken

Het OCMW sluit de deuren van het strijkatelier „Essen Rimpelvrij”. Dat is jammer. Ik heb destijds in de OCMW-raad de oprichting van dat atelier sterk gesteund. Omdat het in een win-win-win-situatie opleverde : het atelier zorgde voor werk, maakte het tweeverdieners of alleenstaanden gemakkelijker om een baan met het huishouden -de strijk, in casu- te combineren, en het zorgde ervoor dat er ook een minder klassiek cliënteel de weg naar het OCMW vond, daarmee de drempel van het Kerkeneind verlagend.

Ik betreur dat het verdwijnt. Al zijn er ondertussen anderen strijkateliers in Essen, wat het minder noodzakelijk maakt om dit vanuit de overheid te organiseren. Maar ondertussen bleek vooral dat de dienstenchequeregels niet erg compatibel zijn met de regels die voor overheidstewerkstelling gelden. Al zou daar misschien met wat creativiteit een mouw aan te passen zijn geweest. Maar in budgettair krappe tijden werd het exploitatieverlies te zwaar om te dragen, ook al ben ik ervan overtuigd dat de maatschappelijke meerwaarde per saldo positief bleef.

Ik blijf er blij mee dat het OCMW tien jaar geleden een voortrekkersrol opnam. En neem bovendien als een erg tevreden klant afscheid. Ik laat het aan degenen die mijn hemden bekijken over om te beoordelen hoe groot het verlies op dat vlak zal zijn…

Worden we wereldkampioen ?

Worden we wereldkampioen ?

De FC zwartgeelrood heeft zich gekwalificeerd voor de tweede ronde van het Wereldkampioenschap. De Rode Duivels hebben niet echt goed gespeeld, maar in deze fase telde alleen de kwalificatie. In de volgende fases overigens ook. Mooi voetbal is meegenomen.

Ik ben niet meteen een groot voetbalfan. De enige wedstrijden die ik gezien heb zijn die van de Belgische ploeg, tegen Algerije (de eerste helft met een half oog), Rusland (vijf minuten voor het einde van de eerste helft beginnen kijken) en Zuid-Korea (de eerste helft zat ik nog in de trein). Het zou wel kunnen dat ik het nu wat meer ga volgen.

Minstens even interessant dan het voetbal vind ik de randfenomenen. Zo verbaast het me dat de supporters van zwartgeelrood zich veel euforischer gedragen dan het spelniveau van hun idolen in de eerste ronde verantwoordt. Is het de lange afwezigheid op een groot toernooi, of de belofte die ontegensprekelijk van dit team uitgaat ? Alleszins doen zich taferelen voor die men eerder na een halve finale of zo zou verwachten.

Ook de discussie over de politieke relevantie vind ik wel boeiend. De belgicisten die zich verward afvragen hoe iemand die een „VL”-sticker op de wagen heeft, of nauwelijks een maand geleden N-VA stemde, of (godbetert) verkozen is voor die partij, nu de driekleur kan voeren. En de flaminganten die zich al even verward dezelfde vraag stellen, om zelf voor oranje of voor „eender wie behalve België” te supporteren – ook al spelen er beduidend méér Vlamingen bij de Rode Duivels dan bij de andere WK-deelnemers.

Voor mij is het raadsel eenvoudig : meer dan ooit is FC zwartgeelrood een voetbalploeg, met een duidelijke binding aan deze streek. De vlaggen die uithangen, al dan niet met Jupilerlogo, hangen daar heus niet ter ere van koning Filip en de zijnen. Daarom werken pogingen om het (voorlopige) voetbalsucces politiek te recupereren helemaal niet.

Niemand vindt het raar wanneer de (vorige) Antwerps burgemeester een rood-witte A draagt en tóch overduidelijk tegen dezelfde kleuren supportert door een paars-wit team te steunen.

Natuurlijk is er een band tussen politiek en voetbal – tenminste, als men die band wíl. Alleen is de band hier ten lande vakkundig doorgeknipt door de marketing rond de “Red Devils” zelf – en door de kiezer/supporter. Als een marketinggenie morgen beslist dat er teveel in het rood spelende ploegen zijn (al valt dat op dit WK dankzij de Zuid-Amerikanen goed mee) en de Duivels beter in het op WK’s unieke paars zouden spelen, dan hangt binnen vier jaar het hele land (hoe dat er dan ook uitziet) vol paarse vlaggen. Wat erg jammer zou zijn voor de politieke analisten met voetbalambities, of voetbalgoeroes die zich op de politiek willen storten.

Ik hoop dat zwartgeelrood het WK wint. Al vind ik eigenlijk Team USA ook sympathiek. Jammer dat ze het tegen elkaar moeten opnemen. Misschien hang ik nog wel een Star Spangled Banner buiten, na 1 juli dan wel. Of de Γαλανόλευκη, want Griekenland zou wel een opkikker kunnen gebruiken. Als supportersvlaggen, natuurlijk.