Archief van
Jaar: 2009

Het bos en de bomen

Het bos en de bomen

“Lokaal” is het blad dat de VVSG uitgeeft voor mandatarissen en personeelsleden van de Vlaamse gemeentes en OCMWs. Goed gemaakt en meestal zeer lezenswaardig. In het blad staat een column, ondertekend door “Pieter Bos”. Duidelijk iemand die de lokale politiek erg goed kent, en gezegend is met een scherpe pen. Onlangs schreef hij onder de titel “Commissaris Bos” een pittig stukje over raadsleden (en schepenen) die hun gemeente vertegenwoordigen in de structuren van een intercommunale.

Ik ben de tekst kwijtgeraakt – het exemplaar van Lokaal is ongewild eigendom geworden van Brussels Airlines, nadat ik het bij mijn terugkeer uit Madrid in het handige opbrengzakje van de zetel vóór mij heb laten zitten. Samen met Natuur.Blad en nog een tijdschrift dat ik me niet eens meer herinner (ongetwijfeld zeer boeiend). Maar Bos beschrijft erin hoe hij ooit als gemotiveerd raadslid aan een opdracht in een bovengemeentelijke structuur begon, en al zeer snel ontmoedigd werd om vragen te stellen of opmerkingen te maken. Veelal afgekocht met een verzorgde maaltijd.

De column bevat ongetwijfeld een stukje karikatuur : de cultuur van de ene organisatie hoeft ook niet die van de andere te zijn. Bovendien is ook de materie van de ene opdrachthouder voor een raadslid of schepen veel inzichtelijker dan de andere. Ik kan me voorstellen dat discussiëren over riolen, afvalophaling of sociaal beleid ook in het kader van Infrax, IGEAN of KINA voor een Essens politicus wel een haalbare kaart is. Waar ik veel meer twijfels heb, is de hele energiesector. In de eerste plaats omdat die sector een heel ingewikkeld kluwen is, met structuren die in elkaar gevlochten zijn via allerlei financiële participaties. Waarbij uiteindelijk alle wegen op één of andere manier leiden naar Suez/Electrabel – en de enige concurrent (SPE) heeft uiteindelijk dezelfde aandeelhouders.

Die constructie heeft via de energieprijzen uiteindelijk een grote invloed op de consument. En op de gemeenten, want (zeer schematisch samengevat), hoe duurder de energie, hoe meer inkomsten voor de gemeenten. Dus : hoe lager de belastingen. De burger foetert op de energiemaatschappij, de gemeente blijft buiten schot. In ruil keuren de gemeentes het beleid van de energiesector goed, zonder er in de praktijk veel invloed op uit te oefenen. Want welke raadsleden en schepenen kennen iets van de zéér ingewikkelde energiesector in dit land ? Laat staan dat ze de hefbomen zouden kennen om het beleid om te buigen (in het belang van de burger, maar niet van zichzelf) ! En welke gemeente zou die kritische raadsleden dan nog afvaardigen én een al even kritisch mandaat meegeven ? Met het risico om financieel in eigen vel te snijden en boze blikken te krijgen van politiek bevriende buren ?

De federale en Vlaamse overheid moeten de gemeenten volledig uit de energiesector halen, en die vervolgens rationaliseren (één netbeheerder in heel Vlaanderen) en echt vrijmaken (alle banden tussen Electrabel en de leveranciers doorknippen en wellicht Electrabel ook opsplitsen). Zodat er geen commissarissen Bos (of voor mijn part Bevers) meer nodig zijn in de energiesector. De financiële compensatie daarvoor (die is noodzakelijk) kan via het Gemeentefonds komen.

In het rood

In het rood

Onze laatste Nieuwsflits openden we met een stukje over de toewijzing van sociale koopwoningen. Het reglement daarover heeft wat voeten in de aarde gehad : kon er voor 100% van de woningen voorrang worden gegeven aan Essenaren, of kon dat maar voor 50% daarvan ? Wat voor 100% vaststaat, is dat het zonder N-VA/PLE in elk geval maar “50% voorrang” zou zijn geweest. Onze fractie bracht dit in de raad van december aan. Het schepencollege, de schepen van woonbeleid op kop, bleek het dossier wel te hebben voorgelegd maar de bijhorende reglementering niet te kennen. Dus werd toen in de raad beslist dat het “100%, tenzij juridisch niet mogelijk” werd.

Daarna zijn wij het geweest die herhaaldelijk gevraagd hebben hoe het nu in elkaar zat, het college zelf vond het blijkbaar niet belangrijk. Uiteindelijk kregen we in de raad van januari van sp.a-schepen Veraart te horen dat het maar 50% kon zijn. Toen we daarmee nog niet tevreden waren (want ook wij informeerden ons, en hadden redenen om nog niet zo zeker te zijn), en vroegen om dat zwart op wit op papier te krijgen, reageerde de sp.a zéér gepikeerd. We werden zelfs beschuldigd van populisme, en daarbij werd zowaar de leugen niet geschuwd. In sp.a-blad De Voorbode stond te lezen dat we het bewijs op papier hadden gekregen. Niet dus.

Dat zou ook moeilijk gekund hebben, want op het ogenblik dat De Voorbode dat schreef was de reglementering zo dat er wel 100% voorrang kon zijn (en dat was al zo toen Veraart in de raad van januari manifest het tegendeel had beweerd). Dat leerden we allemaal tegelijk met een mail van de Vlaamse overheid één week voor de gemeenteraad van maart. Wij dienden dus een voorstel in om die 100% vast te leggen, en Veraart stelde hetzelfde voor in het schepencollege. Daarenboven vond hij het nodig via mail al zijn duivels te ontbinden tegen ons voorstel (zijn broek zakte er naar verluidt van af).

Nu, ere wie ere toekomt : als hij tegelijk met ons een initiatief neemt, verdient hij even goed de pluimen daarvoor. In de gemeenteraad hielden we het dus bij een zeer consensusgerichte tussenkomst. En in onze Nieuwsflits berichtten we evenwichtig, met vermelding van de inbreng van Veraart. Je zou denken dat de sp.a dat zou waarderen, en blij zou zijn dat ze een graantje mogen meepikken van wat voor minstens drie vierde onze verdienste is. Maar neen, in hun communicatie eisen ze de eer volledig voor zichzelf op. Ook al moet de ene “Voorbode” er de andere vierkant voor tegenspreken. Het is zelfs niet nodig om ons te vernoemen.

Zéér fair. 1-0 voor de sp.a. Ik hoop dat ze van hun voorsprong genieten, zolang die op het bord staat.

Het verleden in beeld

Het verleden in beeld

Nadat we deze week met de werkgroep “Essen in Beeld” hebben vergaderd, heb ik de site een opknapbeurt gegeven. Achter de schermen moest er één en ander worden aangepast. Daarnaast hadden we van enkele mensen de opmerking gekregen dat het zoeken van foto’s niet zo eenvoudig is. Dus hebben we nu een “Fotozoeker” die dat een stuk gemakkelijker zou moeten maken. Met een knipoog naar Google…

Verder hebben we beslist om ook oude foto’s die zijn gemaakt tussen 1960 en 1999 aan te nemen. Op die manier zorgen we ervoor dat die ook bewaard blijven. En de oude foto’s trekken heel wat bezoekers naar onze site. Er komen ook veel reacties op, veelal van mensen die iemand herkennen. Er is zelfs iemand die ons meldde nooit te hebben geweten dat er überhaupt oude foto’s van haar eigen vader bestonden. Dat maakt het natuurlijk op zich al de moeite waard.

Ik hoop dat het verleggen van de grens naar 1999 niet als gevolg zal hebben dat er minder foto’s van vóór 1960 zullen verschijnen. Ik vind het namelijk erg fascinerend om te zien hoe sterk onze gemeente, en eigenlijk daarmee onze wereld, veranderd is in de 50 tot 100 jaar die ons scheiden van de foto’s op de site. Vooral de prachtige foto’s van de Eerste Wereldoorlog uit de collectie van Bernaards zijn op dat vlak voor mij telkens weer een beetje een “cultuurschok”. De portretten van Pruisische militairen en hun Essense “gastheren” tegen wil en dank komen zichtbaar uit een wel heel verschillend tijdperk. In plaats van een vreselijke oorlog zoals we die kennen uit de beelden en verhalen van het IJzerfront ziet het er hier allemaal heel clean en netjes uit. Het lijken soms wel familiekiekjes of vakantiebeelden : mensen die door het lot zijn samengebracht, en er het beste van proberen te maken. Zoals deze foto bijvoorbeeld. Ik weet natuurlijk dat dat een zeer vertekend beeld is, en dat ondermeer “Den Draad” ook hier in Essen de oorlogsjaren van 1914 tot 1918 tot zwarte jaren heeft gemaakt. Maar de foto’s lijken een beetje op de “frischer und frölicher Krieg” die de Duitse propaganda er destijds van wou maken. Een waarschuwing om zich nooit zomaar iets te laten aanpraten door wie het voor het zeggen heeft.

Het lijkt een eeuwigheid geleden, maar dat is het niet. Het Essen zoals het op de oude foto’s staat kleurt onze gemeente van vandaag, zoals de Eerste Wereldoorlog het tegenwoordige Europa tekent. Met scha en schande hebben we geleerd dat er geen frisse en vrolijke oorlogen zijn.

Er zitten ongetwijfeld nog meer wijze lessen verborgen in de foto’s van vroeger. En ook veel kleine anekdotes uit het leven van elke dag. Die bovenspitten is één van de leuke kanten van Essen in Beeld, en ik ben blij dat ik daaraan mag meewerken.

Boontje

Boontje

Laat ik eens even tegendraads zijn. Laat ik me bovendien wagen op een terrein waar ik niets vanken : sport, met name wielrennen. Morgen zullen de Vlaamse kranten hun grootste koppen bovenhalen om Tom B. op te hemelen. Terecht, zelfs al is het weer die ándere Tom B. : zijn prestatie in Parijs-Roubaix was indrukwekkend. Zoals vorige week die van Stijn Devolder in de Ronde Van Vlaanderen. Toch bekruipt mij, vooral bij Parijs-Roubaix, een klein beetje hetzelfde gevoel als bij het W.K. veldrijden : zeer mooie wedstrijd, maar al bij al een onderonsje van de Vlamingen en enkele anderen. Ik besef dat ik hiermee oneer aandoe aan ondermeer Pozzato en Hushovd, en nog enkele andere tientallen wielrenners. En toch…

Stijn Devolder verklaarde in Humo dat hij liever eerste wordt in de Ronde van Vlaanderen dan tweede in de Tour de France. Ik vrees een beetje dat het die inschatting is, die verklaart waarom de Vlamingen er in de grote rondes niet meer aan te pas komen. Wellicht zijn de supporters van Devolder het met hem eens. En de ploegleiding. En, eerlijk, ik denk dat Devolder ook een maatje te klein is om in de Tour echt tweede te worden. Maar voor het Vlaamse wielrennen zou het volgens mij gezonder zijn als enkele ambitieuze jonge renners nét het omgekeerde zouden zeggen, en zich als doel zouden stellen om ooit een top-5 te rijden in de Tour. Desnoods zonder zich ooit tijdens het voorjaar te laten zien, zelfs al zouden ze dat in principe wel aankunnen. En door zich eerst enkele jaren helemaal weg te cijferen in dienst van een (onvermijdelijk buitenlandse) kopman. Misschien kunnen de Vlaamse kranten hun allergrootste titels ooit nog eens bovenhalen in juli, in plaats van in april. Maar zijn de Vlaamse supporters, en de sportjournalisten, bereid daarvoor de prijs te betalen ? Waar zien we een eventuele “nieuwe Merckx” het liefst de handen opsteken : in Roubaix, of in Parijs ?

In afwachting wens ik Tom Boonen volgend jaar een vierde overwinning in Roubaix toe, en Stijn Devolder een derde in Merelbeke. Dat spreekt voor zich !

Durven

Durven

Inge Hermans trekt de Vlaamse lijst van SLP in de provincie Antwerpen. Er zijn gemakkelijker opgaves denkbaar dan te proberen de Sociaal-Liberalen over de kiesdrempel te tillen in een rechtstreekse confrontatie met Kris Peeters, Bart De Wever, Mieke Vogels, Filip Dewinter en soortgelijke krokodillen. Inge heeft er natuurlijk zelf voor gekozen, maar ik moet eerlijk bekennen dat ik er en beetje moeite mee heb dat we haar in heel diep en stormachtig water hebben gegooid met de weinig evidente opdracht : “zwem” !

Gelukkig is Inge wel één en ander gewoon. Wie zich keihard inzet voor de strijd van de Tibetanen tegen het Chinese regime wéét wat het is om tegen de stroom op te roeien. Maar wat me vooral geruststelt is het feit dat ze het politieke vak leerde (en nog altijd uitoefent) in de OCMW-raad. Ik vind het een heel mooi signaal dat de SLP een OCMW-raadslid vooraan op de lijst zet. Wie uit het OCMW komt weet immers waar politiek, zeker in crisistijden, écht over gaat. Over werk hebben, een dak boven het hoofd vinden, kunnen verwarmen en verlichten zonder te worden opgelicht, mee kunnen draaien in de samenleving, een zetje krijgen wanneer dat nodig is om dan weer op eigen vleugels te kunnen vliegen – hoger dan voorheen.

Het Vlaams Parlement heeft Sociaal-Liberalen nodig, daar ben ik van overtuigd. Maar het Vlaams Parlement heeft ook een OCMW-raadslid nodig. Gemakkelijke keuzes maken kan iedereen, maar we moeten mensen hebben die ook harde knopen kunnen doorhakken. Go Inge !

Over de brug

Over de brug

De Oosterweelverbinding, met de eventuele bouw van de Lange Wapperbrug, is een typisch verhaal over hoe het niet moet. Na een onzuivere en weinig transparante procedure die al jaren verderhobbelt besliste de Vlaamse regering om géén duidelijke beslissing te nemen. Zodat de ene partij het als een ja kan uitleggen, en de andere als een neen. Politiek zoals het absoluut niet moet. Natuurlijk is het belangrijk om goed doordachte beslissingen te nemen, maar al te vaak wordt besluiteloosheid verkocht als een grondig overwegingsproces. Een “groeimodel”, noemde onze burgemeester het eens. Het is typisch voor de CD&V-stijl van besturen (lees : “van niet-besturen”), maar ook sp.a en Open Vld doen er graag aan mee wanneer het hen zo uitkomt.

Inhoudelijk weet ik overigens niet zo goed wat ik van het verhaal moet denken. Ik geef toe, daar ken ik het niet goed genoeg voor. Toen ik onlangs in Lissabon was, aan de bekende grote brug over de Taag, maakte ik me de bedenking dat ik daar helemaal niet graag dichtbij zou wonen : de brug zorgt voortdurend voor een storend monotoon zoemend geluid. Maar wellicht is de techniek ondertussen verder gevorderd. Dan blijft er wel nog het probleem van het fijn stof over, heb ik begrepen. Voor de SLP is dat onoverkomelijk, en ik heb eigenlijk geen reden om dat standpunt in vraag te stellen. Toch vind ik de brug zoals ze werd voorgesteld wel mooi en gedurfd. Ik hou wel van architectuur die de platgetreden paden verlaat, en Antwerpen verdient een “landmark” van de omvang van Lange Wapper. Maar niet ten koste van de gezondheid van de inwoners natuurlijk. Een dilemma, en ik weet het niet zo goed.

Maar ík hoef het ook helemaal niet te weten. Daar hebben we een Vlaamse regering voor. Die beslist niet, en dus moet er maar op een hoger niveau beslist worden. Door de bevolking. Ik zou het ook verstandig vinden om op 7 juni heel Vlaanderen te laten kiezen tussen enkele mogelijke tracés, op basis van objectieve informatie over de voor- en nadelen. Een referendum dat meer is dan “ja” of “neen”, want dan spelen er allerlei andere sentimenten meer. Maar geen ons de gegevens in handen om echt te kiezen (mij ook, ik heb het nodig). En spreek op voorhand af dat de mening van wie dicht bij de brug woont natuurlijk zwaarder weegt dan die van mij.

Zo zal het niet lopen. Niemand zal echt helder weten welk project er na de verkiezingen komt. Het zal niet duidelijk zijn waarvoor een nieuwe coalitie van CD&V, Open Vld en sp.a zou kiezen. Maar ook niet wat de keuze zou zijn van CD&V/Open Vld/LDD. Of voor mijn part Open Vld/sp.a/SLP. De kiezer koopt een kat in de zak. Arme kiezer. En arme kandidaten die zich desondanks aan hen moeten verkopen. Kwelgeest Lange Wapper hale de Vlaamse ministers !

Schild en Vriend

Schild en Vriend

Yves Leterme heeft drie vrienden in de politiek. In de kranten wordt gegokt op Jo Vandeurzen en Inge Vervotte, allebei ook CD&V.

Als de derde ook in zijn eigen partij zit, denk ik dat hij echt beter definitief afscheid neemt van de Wetstraat. Het zou voor mij het finale bewijs zijn dat hij zijn eigen gelijk op geen enkele manier kan relativeren. En dat lijkt me een erg ongezonde houding voor iemand die zich (nog steeds) tot zeer hoge ambten geroepen voelt.

We hebben het geweten

We hebben het geweten

Ik quiz regelmatig, meestal in het team van ESAK. Vooral in Essen, maar we zoeken het ook al eens wat verder. In de buurgemeenten, soms zelfs een heel eind hier vandaan. Dat vind ik leuk, omdat je dan met verschillende stijlen van vraagstelling en presentatie te maken krijgt. En ook wel met verschillende moeilijkheidsniveaus. Zodat we af en toe al eens achteraan het peloton eindigen, terwijl we in Essen meestal op een podiumplaats terechtkomen. Alles is relatief, en gelukkig maar. En het plezier dat je aan een quiz beleeft, heeft zelden verband met de plaats in de rangschikking.

Er zijn in Essen sinds lang veel quizzen, al valt er af en toe wel eens eentje af. Maar er komen er ook bij, en de kwis voor Kom Op Tegen Kanker is zondermeer het paradepaardje van de recente nieuwkomers – ook al bestaat hij ondertussen al langer dan de telling van de organisatoren zou laten vermoeden. Eerst droeg de quiz een andere naam. Maar de formule bleef min of meer hetzelfde : een inhoudelijk goed uitgewerkte en gezellige verenigingsquiz, op maat van Essen. Maar dan met nét dat ietsje meer : een professionele presentator (Jan Bosman van 4FM) en enkele BV’s die in het geheel worden ingepast zonder storend te werken. Gisteren verzamelden 60 ploegen in de sporthal van het College, en de organisatie had er nog 23 meer kunnen hebben. Toch werd er al gesproken van “de grootste kwis in Vlaanderen”, en dat zou best kunnen met een kleine 600 aanwezigen. Geen eenvoudige organisatie dus, maar zo goed alles liep op wieltjes – hier en daar moet het werkvolume nog wat beter ingeschat worden, maar dat is niet meer dan normaal. Heel knap werk, dat aantoont dat je mensen ook in 2009 nog kan engageren om een avondje te komen tappen, ronddragen, tombolaprijzen verdelen of jureren. Of om te kwissen natuurlijk. Voor het goede doel, maar ook om er gewoon bij te horen, bij Essen. Het soort avond dat je er trots op maakt een Essenaar te zijn.

Het minst belangrijke is dan uiteraard de uitslag. De overwinning ging naar de Waaslandse ploeg “Vicaris”. Sympathieke mensen, die we ook wel eens elders te lande tegenkomen. Ze wonnen ook de “gouden bak” als de grootste consumenten… Wij werden derde, en zoals dat hoort hebben we achteraf nog even gediscussieerd over de vragen die we eigenlijk goed hadden moeten hebben. Uiteraard leidt die Chinese rekenkunde dan tot een virtuele overwinning. Quiz en en politiek liggen niet zo ver van elkaar…

We mogen de trein niet missen

We mogen de trein niet missen

De treinbelevenis die ik op 15/3 hier heb beschreven bleek één van de druppels die voor ons Actiecomité Lijn 12 de emmer deed overlopen, naast een tussenstop van een half uur op het perron van Kapellen vorige week. We bundelden de klachten die we de voorbije weken ontvingen in een persbericht, en Bruni kreeg de kans om dat voor een aantal journalisten toe te lichten. Voordat het comité bestond zou ik een brief naar de NMBS hebben gestuurd, en als reactie op het nietszeggend antwoord nog één, en daarna misschien nog één. Maar reageren via het comité lucht even hard op, en het is veel efficiënter : de NMBS kan er heel wat moeilijker naast kijken. Vandaag in De Standaard krijgen we dan ook al een reactie, die zowaar over oplossingen spreekt.

Hopelijk herkennen de andere reizigers zich in wat we ook namens hen ondernemen. Enkele positieve reacties én het feit dat er voor het eerst sinds lang ook weer mensen zich bij ons eisenpakket aansluiten zijn op dat vlak alvast positieve signalen.

Ik hoop dat het openbaar vervoer voldoende aandacht krijgt in de verkiezingscampagne. Het lijkt wel of het een minder “hot item” is dan enkele jaren geleden. Het “gratis”-verhaal is blijkbaar niet meer echt in de mode. Daar ben ik op zich niet zo rouwig om : liever goed dan gratis. Maar trein, tram en bus blijven wel heel belangrijk voor de leefbaarheid van ons land – en via het klimaat ook voor de leefbaarheid van de hele wereld. De verschillende overheden zouden de crisisinvesteringen best sterker kunnen richten op nieuwe, milieuvriendelijke en comfortabele bussen en treinstellen. Wellicht zouden daarmee ook heel wat werknemers die spijtig genoeg moeten afvloeien in de auto-industrie aan een andere baan kunnen worden geholpen.

This land was made for you and me

This land was made for you and me

Gisteren vergaderde de gemeenteraad. Op de agenda stonden vooral een aantal lopende zaken en de politieke vlam sloeg op geen enkel moment in de pan. Ik vroeg me achteraf af of ik hier of daar niet wat extra olie op het vuur had moeten gooien, maar dat heeft alleen zin als je er ook iets mee kan bereiken, iets voor de gemeente of de Essenaren kan verbeteren. Dat zat er wellicht niet in.

Ook mijn poging om het optreden van Yevgueni op de 11 julivering gratis te maken, is niet geslaagd. Philip voegde de ene groene stem toe aan de 12 die de meerderheid had verzameld, zodat de 11 stemmen van de rest van de oppositie niet volstonden om het tarief van 5 EUR te blokkeren. 5 EUR is natuurlijk niet veel. Het blijft een laag bedrag om een sterke Nederlandstalige groep aan het werk te zien, dus wil ik mijn kritiek niet overdrijven. Maar het gaat me meer om het principe. 11 juli is voor mij, meer dan andere gelegenheden, een dag van gemeenschapsopbouw. Een dag waarop we met al wie in Vlaanderen woont onderlijnen dat we allemaal in hetzelfde schuitje zitten. Dat overigens soms vaart als een machtige oceaanreus maar vaak ook kraakt als een oude sloep. De Vlaamse boot is zeker niet het beste, mooiste, sterkste of grootste schip dat meedrijft in de vaart der volkeren. Dat soort ophemeling zal je uit mijn mond niet snel horen. Maar soms is het goed om er even bij stil te staan dat we samen vooruit kunnen gaan als iedereen roeit met de riemen die zij of hij heeft. Als iedereen, vanuit de eigen achtergrond die alsmaar meer diverser en dus ook rijker wordt, met zijn of haar inzet en ideeën kan bijdragen tot een welvarende, open en aangename samenleving.

Dat besef verdient af en toe een feestje, waarop uiteraard iedereen dan ook welkom moet zijn. Op 11 juli, ondermeer. En daar een prijs voor vragen, vind ik toch een beetje vreemd. 11 juli moet een feest zijn van ons allemaal, zonder politieke, culturele, sociale en dus ook financiële drempels. Een feest dat staat voor een “Open Vlaanderen”. Ondermeer dankzij onze cultuurschepen zijn we op dat vlak op de goede weg. Ik wilde nog een stapje verder gaan. Ik zag het gratis optreden als een progressief idee, de kans om een cultureel waardevol programma echt aan iedereen aan te bieden, om ook aan deze kant van de oceaan eens “this land is my land, this land is your land” te zeggen. Overigens zonder daarmee de gemeentekas ook maar een klein beetje pijn te doen. Een breed en divers draagvlak voor 11 juli kan ook alleen maar ertoe bijdragen om de wind uit de zeilen te nemen van al wie voor ommuurd een Vlaanderen met oogkleppen pleit. Het doet dan toch een beetje vreemd aan te zien dat mijn vraag omarmd werd door het VB en afgewezen door sp.a en Groen! Het had andersom moeten zijn.