Archief van
Categorie: Campagne 2009

Essen – Essen : 15 EUR

Essen – Essen : 15 EUR

Even over en weer naar Brussel. Voor een tweede poging om SLP-campagnefoto’s van mezelf te laten maken. Met de trein, maar dat is in het weekend niet zo evident. Bovendien -zo weet ik van mijn treinervaringen in de vorige weekends- rijdt er na de middag maar elke twee uur een trein tussen Antwerpen en Essen. Net voor ik vertrek raadpleeg ik de dienstregeling online : ik kan om 11u15 de trein in Brussel nemen, en dan ben ik om 13u28 in Essen. Niet echt een kort ritje, maar zo is niet mijn hele namiddag “verloren”. De volgende verbinding komt in Essen aan om 14u36, toch alweer een heel stuk minder interessant. Uitgeprint, en vertrokken.

De fotosessie verloopt snel (wat wellicht geen rechtstreeks verband houdt met mijn fotogeniekheidsgehalte). Ik teken nog wat papieren – wat mijn kandidatuur betreft, kan ik dus niet meer terug. Op treingebied gelukkig wel : ik snel naar het station en neem de trein van 11u15. In die trein raadpleeg ik mijn reisschema. Wat tot een lichte vloek leidt : de NMBS-site heeft me een reisweg over Roosendaal gesuggereerd. Ik maak de afweging tussen bijna anderhalf uur Antwerpen of drie kwartier Roosendaal én een uur eerder in Essen en kies voor het laatste.

Maar nu moet ik nog betalen om eerst dóór Essen te rijden en, daarna terug náár Essen. Op de trein blijkt mijn ticket van Essen naar Roosendaal 10 EUR te kosten. In Roosendaal aangekomen koop ik voor 5 EUR een ticket om dezelfde weg terug te reizen. Een snellere omweg met de trein zou toch gewoon gratis moeten zijn. De economist in mij stelt vast dat mijn rit een marginale kost had voor NMBS/NS van zo ongeveer 0 EUR : zonder mij hadden ze ook moeten rijden. En de reden voor mijn ritje Essen-Essen ligt bij de spoorwegmaatschappij zelf, met name de werken aan het spoor. Het kan nog zoveel klantvriendelijker en efficiënter.

Of was het probleem dat ik even over de grens ben gereisd ? Ik had misschien snel nog van lijst moeten verwisselen en me kandidaat stellen voor Europa. Ik zou wel weten welk dossier ik in het Europees Parlement éérst zou agenderen !

Malinois

Malinois

De eerste verkiezingsaffiches in onze streek zijn die van Open Vld-minister Dirk Van Mechelen, al zal de rest ongetwijfeld zéér snel volgen. De minister uit Kapellen is het boegbeeld van Open Vld in de Vlaamse regering, en heeft natuurlijk ook in deze streek een ruime uitstraling. Van Mechelen verzorgt zijn banden met de streek ook. De acties rond Lijn 12 volgde hij op de voet, en hij trok er ook voor aan de mouw van de Brusselse verantwoordelijkheden. Bovendien komt hij bij mij over als een politicus die zichzelf geen god waant en het ook niet moet hebben van het verkopen van kunstig verpakte wind.

Van Mechelen wordt veelal ook geprezen voor zijn beleid. Laat ik de perceptie maar omschrijven als “saai en degelijk”. Toch heb ik op dat vlak meer bedenkingen. Zowel op het gebied van financiën als van ruimtelijke ordening heeft hij onvoldoende toekomstgericht gewerkt.

De ruimtebalans beheren in het kleine en overbevolkte Vlaanderen is natuurlijk een moeilijke evenwichtsoefening, maar Van Mechelen was me toch teveel de man van én/én. In het algemeen hou ik daar wel van in de politiek, maar in de ruimtelijke ordening klopt het natuurlijk niet : op één vierkante meter kan je niet zowel een boom, een stuk huis, een deel van een bedrijf en een koe herbergen. Dat leidde ertoe dat er vaak geen keuzes werden gemaakt. Dat de Vlaamse regering zowel de eigen doelstelling op het vlak van natuur en bos, als op het punt van bijkomende bedrijfsterreinen niet haalt, spreekt boekdelen. Bovendien werkte Van Mechelen soms tergend traag, zoals in het weekendzonedossier gebleken is.

En het financiële beleid dan ? De Vlaamse begroting heeft een structureel overschot. En dan ? Ik heb hier al eens geschreven dat dat een politieke “piece of cake” is, te gemakkelijk om mee uit te pakken. Een verstandig Vlaams begrotingsminister zou de voorbije jaren veel geld opzij hebben gezet om in de toekomst de federale begroting mee te ondersteunen – of om nieuwe Vlaamse bevoegdheden te financieren, maar dat komt uiteindelijk natuurlijk op precies hetzelfde neer. Het Vlaamse overschot(je) kan niet verbergen dat deze staat financieel ongezond is, wat niet louter aan de Franstaligen kan worden toegeschreven. Ik vind het imago van Van Mechelen als de verstandige huisvader nogal overtrokken.

Als hij terugkomt in de Vlaamse regering (en daar ziet het wel naar uit) stel ik voor hem andere bevoegdheden te geven.

Durven veranderen. Nu zeker.

Durven veranderen. Nu zeker.

In Antwerpen hield de SLP vandaag haar verkiezingscongres. De inhoudelijke debatten in de voormiddag bleven beperkt en eerder symbolisch – een groot ideologisch congres kan je uiteraard niet houden op een voormiddag. Toch was de discussie vaak boeiend en pittig, en haalde een gezonde sociaal-liberale lijn het op het einde van de korte thematische debatten. Soms wat aarzelend, wat begrijpelijk is voor een partij die tegelijk diepe wortels heeft maar toch ook nieuw is.

Ook de namiddag bracht wat ervan verwacht kon worden : “peptalk” in het vooruitzicht van 7 juni. Met een Geert Lambert die er staat, die alles heeft om het sociaal-liberalisme in Vlaanderen krachtig te leiden. Toegegeven, wel als aanvoerder van een structuur die het de voorbije maanden niet onder de markt had en die heel veel talent zag vertrekken naar (sp.)andere of groenere oorden. Maar Lambert weet erg goed waar hij naartoe wil, en spreekt de juiste politieke taal. Zijn SLP verdient een vertegenwoordiging in het Vlaams Parlement. Een pragmatische, progressieve, rechtlijnige maar realistische visie op basis van een gedachtengoed voor de 21e eeuw. Het wordt niet eenvoudig, maar moeilijk gaat ook. We gaan ervoor.

Ik ga ervoor. Ik sta op plaats 16 op de lijst voor het Vlaams Parlement. Een klein beetje tegen wil en dank, eerlijk is eerlijk. Maar 7 juni is al te belangrijk om aan de kant te blijven staan.

De(ont)decker

De(ont)decker

Jean-Marie Dedecker schakelde een privé-detective in om na te gaan of Karel De Gucht geen fraude heeft gepleegd bij de verkoop van overheidsgebouwen. Het controleren van de regering is één van de belangrijkste taken van parlementsleden. Moet ik dit dan toejuichen ? Ik heb zo mijn twijfels. Kamerlid Dedecker moet natuurlijk in de eerste plaats toezien op het beleid van minister De Gucht. Die is bevoegd voor buitenlandse zaken, dus lijkt het mij niet onlogisch dat Dedecker in de eerste plaats op zijn buitenlands beleid zou toezien. Maar daar hoor ik hem niet vaak over. Ooit heeft hij De Gucht zelfs een goed minister van buitenlandse zaken genoemd. Al was hij op dat moment nog lid van de VLD.

Moet hij de minister ook privé en zakelijk controleren ? Daarvoor gebruik makend van overheidsgeld, want zijn partij leeft zoals alle partijen van subsidies ? De vraag is of hij dat niet beter aan het gerecht zou overlaten. Tenzij er natuurlijk aanwijzingen zouden zijn dat daar de klachten niet ernstig worden genomen. In uitzonderlijke omstandigheden moet het dus toch kunnen, privé-detective inbegrepen. Een parlementslid moet proberen aan informatie te raken, soms een beetje “eender hoe”. Het wordt echter gevaarlijk zodra daar een politiek discours aan wordt gekoppeld dat harde feiten mixt met verdachtmakingen en halve waarheden. Dedecker is daar niet altijd vies van, en durft ook insinueren zonder te kunnen bewijzen. Dan gaat hij over de schreef.

Tenslotte toont het feit dat iemand de waarheid durft bovenspitten en blootleggen, gecombineerd met een grote mond, nog lang niet aan dat de betrokkene ook geschikt zou zijn om zelf te besturen. Het parlement kan een (één) Dedecker wellicht gebruiken. Maar na hem stelt zijn “Lijst” niet veel voor (misschien op kandidaat-europarlementslid Eppink na) en regeringsverantwoordelijkheid zou ik de man in geen geval willen geven. Ook al omdat zijn programma niet veel oplossingen biedt, en uiteindelijk draait het daar wel om. Radicaal veranderen moet ook op een verstandige manier mogelijk zijn.

Durven

Durven

Inge Hermans trekt de Vlaamse lijst van SLP in de provincie Antwerpen. Er zijn gemakkelijker opgaves denkbaar dan te proberen de Sociaal-Liberalen over de kiesdrempel te tillen in een rechtstreekse confrontatie met Kris Peeters, Bart De Wever, Mieke Vogels, Filip Dewinter en soortgelijke krokodillen. Inge heeft er natuurlijk zelf voor gekozen, maar ik moet eerlijk bekennen dat ik er en beetje moeite mee heb dat we haar in heel diep en stormachtig water hebben gegooid met de weinig evidente opdracht : “zwem” !

Gelukkig is Inge wel één en ander gewoon. Wie zich keihard inzet voor de strijd van de Tibetanen tegen het Chinese regime wéét wat het is om tegen de stroom op te roeien. Maar wat me vooral geruststelt is het feit dat ze het politieke vak leerde (en nog altijd uitoefent) in de OCMW-raad. Ik vind het een heel mooi signaal dat de SLP een OCMW-raadslid vooraan op de lijst zet. Wie uit het OCMW komt weet immers waar politiek, zeker in crisistijden, écht over gaat. Over werk hebben, een dak boven het hoofd vinden, kunnen verwarmen en verlichten zonder te worden opgelicht, mee kunnen draaien in de samenleving, een zetje krijgen wanneer dat nodig is om dan weer op eigen vleugels te kunnen vliegen – hoger dan voorheen.

Het Vlaams Parlement heeft Sociaal-Liberalen nodig, daar ben ik van overtuigd. Maar het Vlaams Parlement heeft ook een OCMW-raadslid nodig. Gemakkelijke keuzes maken kan iedereen, maar we moeten mensen hebben die ook harde knopen kunnen doorhakken. Go Inge !

Over de brug

Over de brug

De Oosterweelverbinding, met de eventuele bouw van de Lange Wapperbrug, is een typisch verhaal over hoe het niet moet. Na een onzuivere en weinig transparante procedure die al jaren verderhobbelt besliste de Vlaamse regering om géén duidelijke beslissing te nemen. Zodat de ene partij het als een ja kan uitleggen, en de andere als een neen. Politiek zoals het absoluut niet moet. Natuurlijk is het belangrijk om goed doordachte beslissingen te nemen, maar al te vaak wordt besluiteloosheid verkocht als een grondig overwegingsproces. Een “groeimodel”, noemde onze burgemeester het eens. Het is typisch voor de CD&V-stijl van besturen (lees : “van niet-besturen”), maar ook sp.a en Open Vld doen er graag aan mee wanneer het hen zo uitkomt.

Inhoudelijk weet ik overigens niet zo goed wat ik van het verhaal moet denken. Ik geef toe, daar ken ik het niet goed genoeg voor. Toen ik onlangs in Lissabon was, aan de bekende grote brug over de Taag, maakte ik me de bedenking dat ik daar helemaal niet graag dichtbij zou wonen : de brug zorgt voortdurend voor een storend monotoon zoemend geluid. Maar wellicht is de techniek ondertussen verder gevorderd. Dan blijft er wel nog het probleem van het fijn stof over, heb ik begrepen. Voor de SLP is dat onoverkomelijk, en ik heb eigenlijk geen reden om dat standpunt in vraag te stellen. Toch vind ik de brug zoals ze werd voorgesteld wel mooi en gedurfd. Ik hou wel van architectuur die de platgetreden paden verlaat, en Antwerpen verdient een “landmark” van de omvang van Lange Wapper. Maar niet ten koste van de gezondheid van de inwoners natuurlijk. Een dilemma, en ik weet het niet zo goed.

Maar ík hoef het ook helemaal niet te weten. Daar hebben we een Vlaamse regering voor. Die beslist niet, en dus moet er maar op een hoger niveau beslist worden. Door de bevolking. Ik zou het ook verstandig vinden om op 7 juni heel Vlaanderen te laten kiezen tussen enkele mogelijke tracés, op basis van objectieve informatie over de voor- en nadelen. Een referendum dat meer is dan “ja” of “neen”, want dan spelen er allerlei andere sentimenten meer. Maar geen ons de gegevens in handen om echt te kiezen (mij ook, ik heb het nodig). En spreek op voorhand af dat de mening van wie dicht bij de brug woont natuurlijk zwaarder weegt dan die van mij.

Zo zal het niet lopen. Niemand zal echt helder weten welk project er na de verkiezingen komt. Het zal niet duidelijk zijn waarvoor een nieuwe coalitie van CD&V, Open Vld en sp.a zou kiezen. Maar ook niet wat de keuze zou zijn van CD&V/Open Vld/LDD. Of voor mijn part Open Vld/sp.a/SLP. De kiezer koopt een kat in de zak. Arme kiezer. En arme kandidaten die zich desondanks aan hen moeten verkopen. Kwelgeest Lange Wapper hale de Vlaamse ministers !

We mogen de trein niet missen

We mogen de trein niet missen

De treinbelevenis die ik op 15/3 hier heb beschreven bleek één van de druppels die voor ons Actiecomité Lijn 12 de emmer deed overlopen, naast een tussenstop van een half uur op het perron van Kapellen vorige week. We bundelden de klachten die we de voorbije weken ontvingen in een persbericht, en Bruni kreeg de kans om dat voor een aantal journalisten toe te lichten. Voordat het comité bestond zou ik een brief naar de NMBS hebben gestuurd, en als reactie op het nietszeggend antwoord nog één, en daarna misschien nog één. Maar reageren via het comité lucht even hard op, en het is veel efficiënter : de NMBS kan er heel wat moeilijker naast kijken. Vandaag in De Standaard krijgen we dan ook al een reactie, die zowaar over oplossingen spreekt.

Hopelijk herkennen de andere reizigers zich in wat we ook namens hen ondernemen. Enkele positieve reacties én het feit dat er voor het eerst sinds lang ook weer mensen zich bij ons eisenpakket aansluiten zijn op dat vlak alvast positieve signalen.

Ik hoop dat het openbaar vervoer voldoende aandacht krijgt in de verkiezingscampagne. Het lijkt wel of het een minder “hot item” is dan enkele jaren geleden. Het “gratis”-verhaal is blijkbaar niet meer echt in de mode. Daar ben ik op zich niet zo rouwig om : liever goed dan gratis. Maar trein, tram en bus blijven wel heel belangrijk voor de leefbaarheid van ons land – en via het klimaat ook voor de leefbaarheid van de hele wereld. De verschillende overheden zouden de crisisinvesteringen best sterker kunnen richten op nieuwe, milieuvriendelijke en comfortabele bussen en treinstellen. Wellicht zouden daarmee ook heel wat werknemers die spijtig genoeg moeten afvloeien in de auto-industrie aan een andere baan kunnen worden geholpen.

This land was made for you and me

This land was made for you and me

Gisteren vergaderde de gemeenteraad. Op de agenda stonden vooral een aantal lopende zaken en de politieke vlam sloeg op geen enkel moment in de pan. Ik vroeg me achteraf af of ik hier of daar niet wat extra olie op het vuur had moeten gooien, maar dat heeft alleen zin als je er ook iets mee kan bereiken, iets voor de gemeente of de Essenaren kan verbeteren. Dat zat er wellicht niet in.

Ook mijn poging om het optreden van Yevgueni op de 11 julivering gratis te maken, is niet geslaagd. Philip voegde de ene groene stem toe aan de 12 die de meerderheid had verzameld, zodat de 11 stemmen van de rest van de oppositie niet volstonden om het tarief van 5 EUR te blokkeren. 5 EUR is natuurlijk niet veel. Het blijft een laag bedrag om een sterke Nederlandstalige groep aan het werk te zien, dus wil ik mijn kritiek niet overdrijven. Maar het gaat me meer om het principe. 11 juli is voor mij, meer dan andere gelegenheden, een dag van gemeenschapsopbouw. Een dag waarop we met al wie in Vlaanderen woont onderlijnen dat we allemaal in hetzelfde schuitje zitten. Dat overigens soms vaart als een machtige oceaanreus maar vaak ook kraakt als een oude sloep. De Vlaamse boot is zeker niet het beste, mooiste, sterkste of grootste schip dat meedrijft in de vaart der volkeren. Dat soort ophemeling zal je uit mijn mond niet snel horen. Maar soms is het goed om er even bij stil te staan dat we samen vooruit kunnen gaan als iedereen roeit met de riemen die zij of hij heeft. Als iedereen, vanuit de eigen achtergrond die alsmaar meer diverser en dus ook rijker wordt, met zijn of haar inzet en ideeën kan bijdragen tot een welvarende, open en aangename samenleving.

Dat besef verdient af en toe een feestje, waarop uiteraard iedereen dan ook welkom moet zijn. Op 11 juli, ondermeer. En daar een prijs voor vragen, vind ik toch een beetje vreemd. 11 juli moet een feest zijn van ons allemaal, zonder politieke, culturele, sociale en dus ook financiële drempels. Een feest dat staat voor een “Open Vlaanderen”. Ondermeer dankzij onze cultuurschepen zijn we op dat vlak op de goede weg. Ik wilde nog een stapje verder gaan. Ik zag het gratis optreden als een progressief idee, de kans om een cultureel waardevol programma echt aan iedereen aan te bieden, om ook aan deze kant van de oceaan eens “this land is my land, this land is your land” te zeggen. Overigens zonder daarmee de gemeentekas ook maar een klein beetje pijn te doen. Een breed en divers draagvlak voor 11 juli kan ook alleen maar ertoe bijdragen om de wind uit de zeilen te nemen van al wie voor ommuurd een Vlaanderen met oogkleppen pleit. Het doet dan toch een beetje vreemd aan te zien dat mijn vraag omarmd werd door het VB en afgewezen door sp.a en Groen! Het had andersom moeten zijn.

Broodje hesp

Broodje hesp

De jaarlijkse brunch van N-VA/PLE was wat hij moet zijn : de kans om gezellig bij te babbelen over politiek en andere koetjes en kalveren. Dit jaar zetten we de mensen in de bloemetjes die (samen met onze bestuursleden) de folders rondbrengen die we uitgeven. We zijn redelijk productief op dat vlak, dus vragen we hen regelmatig om de handen uit de mouwen te steken. Dat verdient uiteraard wel eens een bedankje, dat ik hierbij ook graag nog eens “virtueel” herhaal. Gelukkig hoeven ze overigens mijn schrijfsels op deze site niet rond te dragen…

N-VA-kamerlid Jan Jambon was er ook, en hield in een korte speech het beleid van de federale regering tegen het licht. De oppositie gaat hem duidelijk beter af dan de meerderheid, en aangezien een democratie staat of valt met een goede oppositie is het een groot geluk dat er zulke politici zijn. Hij hekelde vooral het begrotingsbeleid. Paars deed het volgens hem niet goed : het had een groter overschot moeten opbouwen om de sociale zekerheid op termijn betaalbaar te houden. Maar de regering-Van Rompuy is zo mogelijk nog erger : dat er een tekort is, is onvermijelijk omwille van de economische crisis. Maar een groot deel van het tekort is structureel en wordt dus niet door de crisis veroorzaakt. Met andere woorden : de regering maakt “misbruik” van de crisis om de begroting fundamenteel te laten ontsporen.

Er valt inderdaad veel te zeggen voor die analyse. Het slechtst denkbare scenario is dat we na de crisis de economische heropleving in dit land noodgedwongen gaan afremmen doordat we nog jaren zullen moeten besparen om de begroting terug op orde te krijgen. Ook de Vlaamse regering lijkt me overigens niet immuun voor korte termijndenken, maar ze moet weten dat haar gunstige financiële situatie eigenlijk veel meer het gevolg is van een wat scheefgegroeide financieringsstructuur dan van een echt zuinig beleid. Om het wat hard te zeggen : Van Mechelen (Open Vld) heeft het goed gedaan, maar zo moeilijk is dat nu ook niet. En nu het erop aankomt, horen we hem niet echt.

Ik zie uiteindelijk liever een iets scherpere crisis nu (waarbij we de schaarse middelen concentreren op de mensen die het echt het meest nodig hebben en investeren in de sectoren van de toekomst – groene energie en groene productie voorop), en in ruil daarvoor een veel sterkere economie binnen enkele jaren. Maar als we niet snel het roer omkeren, gaan we die boot al missen voor hij vertrekt.

Of hoe je je bij een zondags pistoleetje toch zorgen kan maken…

Czech mate

Czech mate

Dat Tsjechië de voorzittershamer van de Europese Unie heeft overgenomen, is voor wie het van minder nabij volgt wellicht vooral zichtbaar omwille van de wat kleiner geworden alomtegenwoordigheid van de Franse president Sarkozy. Tsjechië is nu eenmaal een kleiner land, en bovendien moet hun president, Václav Klaus ook maar weinig hebben van de Unie. Dat hij dat ook in het Europees Parlement kon en mocht verkondigen, toont aan dat de Europese democratie werkt. Maar het vermindert natuurlijk de invloed van de Tsjechen op de besluitvorming : wie zich buiten de club plaatst heeft minder impact op de spelregels.

De Unie beleeft bovendien moeilijke tijden : een economische crisis weegt uiteraard extra zwaar op wat toch vooral een economisch samenwerkingsverband is. En de recente uitbreiding tot Oost-Europa, die nog niet helemaal verteerd is, wordt op de proef gesteld : de crisis dreigt enkele van de “nieuwe” Lidstaten zeer zwaar te treffen, zodat een beroep wordt gedaan op de solidariteit van de rest van de EU. Op een ogenblik dat niemand het gemakkelijk heeft. De roep om “minder Europa” klinkt dan ook vaak hard, en degenen die wel “meer Europa” roepen, zijn niet altijd bereid om de prijs daarvoor te betalen. De prijs van het eigen gelijk, de prijs dat de eigen auto-industrie of de eigen banken best niet zomaar afzonderlijk worden bekeken en “gered”. Uiteindelijk heeft iedereen meer baat bij zeg maar 100.000 banen in de hele Unie dan 20.000 banen in één land – en niets elders. Dat klinkt voor iedereen redelijk, totdat die 20.000 net in die ene fabriek in Antwerpen of Gent worden gesitueerd…

Nu meer dan ooit is een sterkere Europese Unie het enige antwoord om te vermijden dat ons continent zich opnieuw op zichzelf terugplooit en tegenstellingen aanwakkert in plaats van ze te overbruggen en om te smeden tot ploegen waarmee kan worden gewerkt aan het gezamenlijk belang. Daarvoor zullen ook in Vlaanderen heilige huisjes moeten sneuvelen, maar het alternatief is er geen.

Ik was de voorbije dagen in Praag, en daar zal het Tsjechische voorzitterschap me later op de maand nog opnieuw naar terugvoeren. Een mooie stad, letterlijk in het midden van Europa, dus heb ik daar ook geen bezwaar tegen. Maar tot in de organisatie van hun voorzitterschap (hoewel op praktisch vlak perfect) voel je dat Tsjechië twijfelt over de Unie, ook na er bijna vijf jaar lid van te zijn. Het vraagt inderdaad politieke moed om de EU te verdedigen, want het is zó eenvoudig alleen de kost van samenwerking in de verf te zetten en de baat voor te stellen als het gevolg van het eigen beleid.

Een hoge Europese ambtenaar hoorde ik onlangs het EU-beleid (op zijn domein) vergelijken met een worst : zeer lekker, maar je weet beter niet hoe ze tot stand komt. Ik hou niet zo ontzettend veel van worst, en het lijkt me veel verstandiger om keer op keer uit te leggen hoe de Unie wél werkt en waarom ze, ondanks haar manifeste gebreken, de beste optie is voor Europa (wellicht soms, herinnerend aan Churchill, eerder “de slechtste keuze met uitzondering van alle andere”).

Hopelijk blijken deze crisismaanden later een Praagse Lente voor de Unie te hebben gebracht, en komt Tsjechië thuis waar het thuishoort : in het midden van de EU.