Oh dear
Het Britse Brexitdrama bereikte deze week een nieuw hoogtepunt. Na het aftreden van Theresa May kozen de leden van de Britse Conservatieve Partij voor Boris Johnson als hun nieuwe leider. Ik heb hier ooit al over Johnson gesproken. Ik kon hem namelijk wel smaken als burgemeester van Londen. Zijn chaotische stijl, zijn liberale instincten en de drang om geliefd te zijn en zijn capaciteit om knopen door te hakken pasten wel bij de stad. Maar voor het opportunisme en het gebrek aan principes waarmee hij zich nadien op het Brexitverhaal heeft gestort, met als voor iedereen zichtbare doel om premier te worden, kan ik alleen maar afkeer opbrengen. Bovendien was zijn doortocht als minister van buitenlandse zaken al een bewijs dat hij zijn “olifant in de porseleinkast”-stijl niet kan afschudden, ook niet als dat nodig is. Hij heeft zowat iedereen beledigd en daarbij de (terecht) vaak geroemde Britse diplomatie enorme schade berokkend. Zijn weigering onlangs om de Britse ambassadeur in de VS tegen Donald Trump te verdedigen spreekt op dat vlak boekdelen.
Daarmee is die andere olifant, de “elephant in the room”, meteen ook genoemd : hoewel hij veel intelligenter is dan de Oranje Man in het Witte Huis schurkt Johnson overduidelijk tegen Trump aan en spiegelt hij zich aan zijn stijl – en vooral het gebrek daaraan. Zijn leermeester duwt in de VS het constitutionele systeem tegen de limieten aan, en het lijkt erop dat Johson bereid is om hetzelfde te doen en desnoods tegen de wil van het Parlement in (en tegen die van de bevolking) zonder een overeenkomst uit de EU te stappen. Wat de Unie pijn zou doen, en voor het Verenigd Koninkrijk een regelrechte ramp zou zijn.
Al kan het feit dat de man geen principes heeft ook andersom werken : het is duidelijk dat het hem er in de eerste plaats om te doen is om in Downing Street 10 te blijven. Als dat kan met een niet-catastrofale Brexit, of zelfs zonder Brexit, dan zal hij ook dat niet laten. Maar gezien de druk van de extremistische vleugel van zijn partij lijkt dat soort uitkomst ook niet meteen waarschijnlijk.
Ik hoop dat zijn regering snel struikelt, wat niet onmogelijk is : het volstaat dat enkele “redelijk” mensen zijn partij verlaten om zijn meerderheid onderuit te halen. En dat in de daaropvolgende verkiezingen de Liberal Democrats, de SNP en enkele kleinere partijen elkaar vinden om samen een alternatief te vormen voor Johnson én voor Labourleider Corbyn, die er maar niet toe komt om vast te stellen dat Brexit ook vanuit een sociaal-democratisch perspectief enkel nadelige gevolgen zal hebben voor zijn land. De nieuwe LibDem-aanvoerster, Jo Swinson, zou alvast een uitstekende premier zijn.
En de EU ? Voor ons geldt toch vooral het “Keep calm and carry on”-adagium. Het staat de Britten vrij om in de EU te blijven, om de Unie te verlaten met de overeenkomst die door Michel Barnier met de regering-May werd onderhandeld of om zonder deal uit de Unie te crashen. Als Johnson met een alternatief komt dat beter is voor ons, dan is dat uiteraard welkom. Maar we mogen ons in elk geval niet door laten intimideren of uit elkaar laten spelen door de “buffoon” die hopelijk ooit toch zal doorhebben dat een land regeren iets anders in dan elke week in een krantencolumn uitroepen hoe dwaas de EU is en hoe die pijnloos kan worden verlaten. Al vrees ik sterk de schade die hij tijdens dat bewustwordingsproces kan aanrichten.