Een dorp met (pompoen)pit…
De pompoen. Lang heb ik echt niets gehad met die te groot uitgevallen groente. In mijn kindertijd, en lang nadien, werd hij dan ook alleen in soepvorm geserveerd, en die soep was steevast te dik, en vooral veel te zoet. En verder smaakloos. Ik heb het oranje vruchtvlees pas later leren waarderen. Dankzij de butternutvariant, waar meer smaak inzit – ik weet het, er zijn ook andere lekkere pompoenen. Dankzij de recepten van Ottolenghi ook, die de pompoen perfect met andere ingrediënten weet te combineren. En dankzij sinaasappel, gember en kardemom, waarmee een pompoen wel tot een lekkere soep kan worden omgetoverd. Ik heb enkele jaren geleden zelfs eens pompoenijs gemaakt, best lekker. Dat neemt niet weg dat de pompoen nog al te vaak in alle smaakloosheid wordt opgevoerd, net als zijn groene neef de courgette, die ik eigenlijk alleen en de mediterrane babyvorm, en dan in schijfjes gesneden en gegrild, weet te waarderen.
Waar wil ik met deze culinaire inleiding naartoe ? Naar Wildert, uiteraard. Onder impuls van een aantal enthousiastelingen in KWB (nu verzelfstandigd als „WOK”) groeide die wijk in de voorbije jaren uit tot het „pompoendorp” van Essen en omstreken. De jaarlijkse Pompoenfeesten brengen de Wildertnaren samen rond de Cucurbita pepo, met de stoet en de weging van de secuur gekweekte megagroente als hoogtepunt. Onnodig om te zeggen dat de reuzenexemplaren meer decoratieve dan nutritieve kwaliteiten hebben, wat in Wildert ruim wordt goedgemaakt door ándere pompoenen door de soep en de jenever te draaien.
Deze morgen stond dus de Pompoenstoet op mijn programma. Ik geef toe, dat het volgende week verkiezingen zijn zal ook wel meegespeeld hebben bij de beslissing om een kijkje te gaan nemen. Maar sowieso wilde ik Ioanna er eens mee naartoe nemen. Het leek me met name eenvoudiger om het fenomeen te laten zien dan uit te leggen hoe Wildert met κολοκύθες omgaat… En bovenal is gewoon gezellig, dat Pompoenfeestvieren.
Samen met de Oogstfeesten en voorheen de 24 Uren bepalen de Pompoenfeesten mee de eigenheid van Wildert – een dorp dat toch een aparte plaats inneemt in het Essense gemeenschapsleven. Meer deelgemeente dan wijk, eigenlijk. Die eigenheid zit niet alleen in dit soort initiatieven. Ook het bouw-, verkeers- en open ruimtebeleid van de komende jaren zullen in belangrijke mate het karakter van Wildert bepalen. De geplande heraanleg van de dorpskern kan een heel mooi resultaat opleveren, maar dat kan enkel als er stevige knopen worden doorgehakt (en wie iets van pompoen kent, weet dat “doorhakken” niet het eenvoudigste onderdeel is…). Niet alleen voor de nabije, ook voor de meer verre toekomst. Hopelijk kan de Pompoenstoet ook binnen 20 jaar nog door een mooi dorp trekken, niet door een halfstedelijke voorstad. Maar daaraan moeten we op één januari beginnen werken !