Wien bleibt Wien
Op 1 juli nam Oostenrijk het EU-Voorzitterschap over van Bulgarije. Omdat ik onverwacht moest inspringen op de informele ministerraad voor arbeid en sociale zaken leidde dat ertoe dat ik de voorbije twee dagen in het prachtige Wenen doorbracht. Het is altijd een plezier om in die stad te komen, ook al was er geen tijd voor Wienerschnitzel, Sachertorte, de Hofburg of Schönbrunn. Nu, ik was er in 2016 nog als tourist, dus dat was niet zo erg. En de zon, de Apfelstrudel en een portie Mozart en Strauss maakten veel goed. En ook het thema van de raad, de digitalisering, de robotisering en de platformeconomie (Uber, Deliveroo en zo), bleek erg interessant en relevant.
Oostenrijk neemt het Voorzitterschap over op een cruciaal moment. Voor wie vertrouwd is met de interne keuken van de Unie is dat vooral zo omdat de dossiers waarin onder Oostenrijkse sturing geen vooruitgang wordt gemaakt niet meer vóór de Europese verkiezingen kunnen worden afgerond. Maar ook wie die procedureslag, onder meer over het meerjarenbudget voor de EU, niet volgt ziet wellicht dat het vluchtelingendossier en Brexit twee niet geringe uitdagingen vormen voor het Alpenland. Waar net een regering aan de macht kwam met een uitgesproken mening op een aantal domeinen.
Oostenrijk is op zijn best een sterke brug tussen Oost en West. Met enkele Kroaten en Hongaren stelde ik vast dat we ons samen in de architectuur en de geschiedenis van de stad erkennen. Het standbeeld van keizerin Maria-Theresia maakte snel duidelijk waarom. Op zijn slechts is het samen met Boedapest een barrière, een rem op de geschiedenis. Ik hoop van harte op het eerste. En op een spoedig Auf Wiedersehen met de stad.