I stood by your Atlantic sea and sang a song for Ireland
Nee, gezongen heb ik niet. Maar de Cliffs of Moher deden me wel aan dit lied denken. Het was de eerste keer dat ik in Ierland verder raakte dan Dublin. Al bleef mijn uitstap beperkt tot een (lange) dagtrip, met de bus vanuit de hoofdstad naar Galway en zo verder naar de Cliffs of Moher. Die zijn op zich de moeite van het bezoeken waard, maar ik heb nog het meest genoten van het prachtige Ierse landschap onderweg. Van de groene weiden, netjes ommuurd, met schapen en koeien. Van de rotsformaties die de laatste IJstijd over het eiland uitstrooide. En van de pittoreske dorpjes met meer pubs dan huizen. Van de clichés dus.
Het bevestigde me in wat ik hieronder over het Essense structuurplan schreef : zelfs wie veel open ruimte heeft, moet daar zorgvuldig en zuinig mee omgaan. Zoals de Ieren. En dat geldt dus zeker voor wie er minder heeft.
Ik was in Ierland voor een conferentie. Die ging over werkgelegenheid (dat is nu eenmaal mijn vakgebied) maar de twee Ierse sprekers (een minister en een voormalige premier) hadden het in hun speeches vooral over Brexit. En dan in de eerste plaats over de impact op het Goede Vrijdagakkoord dat de vrede in Noord-Ierland heeft gebracht. Ze wezen erop dat het Britse plan om uit de Europese Eenheidsmarkt te stappen én de belofte om geen grenscontroles in te voeren op het Ierse eiland niet met elkaar te verzoenen lijken. Ze gaven aan dat het probleem door de Britten is gecreëerd. En dat die dat dan maar moeten oplossen. Een positie die duidelijk door de hele EU werd ondersteund.
De voorbije dagen gaven de Ieren aan dat ze daar ook hun veto voor willen gebruiken. Terecht. Maar het zal niet nodig zijn. De EU-grens ligt aan de Cliffs of Moher, en de hoop van sommige Britten dat de Ieren mee zouden stappen in hun dwaasheid is een illusie. Gelukkig maar. Als dat op termijn tot een herenigd Iers eiland leidt, dan is dat de prijs die Londen maar moet betalen.
Zoals steeds in Ierland smaakten de Guinness en de Bushmills me uitstekend – de ene uit het zuiden, de andere uit het noorden. Niemand op het eiland zou begrijpen dat het vrij transport van die producten plots “smokkel” zou worden…