Frans 40
Tijdens de rondvraag in de gemeenteraad vroeg Frans Schrauwen het woord, maar met de uitdrukkelijke vraag om als laatste te spreken. Dat had het voordeel dat ik als eerste het woord kreeg (van degenen die hun vraag niet vooraf hadden aangekondigd). Maar het leverde nog een ander veel leuker effect op : bij de meerderheidspartijen wist men niet wat hij ging zeggen. Ik wist het voor één keer wel. Lichte paniek maakte zich meester van de meerderheidsrangen…
Amusant, maar wellicht ook met reden. Frans zegt zelden iets zonder een reactie op te wekken. Eerder tijdens de raad weigerde hij om op een vraag van mij te antwoorden, en haalde hij zijn opvolger als schepen van openbare werken onderuit door de verwachting uit te spreken dat het nieuwe fietspad langs Over d’Aa geen vlak biljartlaken zou worden. Soms reageert hij binnensmonds, of alleen met lichaamstaal. En ook dat is vaak leerzaam. Ik zit toevallig net tegenover hem en ben dus goed geplaatst om de signalen op te vangen. En waar ik me de ene keer te pletter erger, leer ik de andere keer iets bij – of stel ik vast dat hij als enige van de meerderheid (of soms zelfs als enige van de raad) echt gelijk heeft.
Hij vroeg het woord om te melden dat hij veertig jaar geleden voor het eerst als raadslid werd verkozen, en bood ons een glaasje wijn aan. Opluchting bij de meerderheid, die overeind bleef toen hij in zijn korte tussenkomst iedereen schoffeerde die de voorbije veertig jaar in de oppositie zat, en vervolgens al wie in de meerderheid zat. Ik maakte me de bedenking dat hij in die veertig jaar wellicht elk ander raadslid minstens één keer tegen de schenen heeft gestampt. Maar al wie in die veertig jaar haar of zijn mandaat ernstig nam heeft wellicht ook minstens één keer met hem samengewerkt om iets te realiseren, of zich tegen de eigen verwachting in door hem van zijn gelijk laten overtuigen.
Hij vertelde me na de raad over zijn ontmoeting met Boris Johnson in Londen. Met de oud-burgemeester van die stad heeft hij wel wat gemeen. Klinkt het niet, dan botst het wel. Een onbehouwen stijl – Johnson ligt als minister van buitenlandse zaken van zijn land voorlopig nog vóór op Trump in het beledigen van bevriende naties, al doet hij het toch nog net subtieler (desnoods in het Latijn). Bekend onder hun voornaam. Omstreden en wispelturig, maar met een onmiskenbaar groot hart voor het stukje wereld dat ze bestuurden. En al zal ik Boris nooit de Brexitleugens vergeven die zoveel schade hebben aangericht, ik blijf een zekere sympathie voor de man koesteren.
Frans dus. Volgende maand treitert hij me mogelijk weer het bloed onder de nagels vandaan. Ondertussen houd ik het bij mijn dank en waardering voor veertig jaar raad -en daad- in Essen.