Weer prijs
We hebben in de gemeenteraad unaniem beslist om de culturele prijs uit te reiken aan Ivan Janssens. Voor al het werk dat hij in het verzamelen en verspreiden van kennis over de twee wereldoorlogen in onze gemeente heeft gestoken. Een zeer terechte erkenning voor het voormalige sp.a-gemeenteraadslid. Het is dan ook bijzonder jammer dat zelfs dit soort eenvoudige, feestelijke en onomstreden beslissing door het schepencollege in het honderd wordt gedraaid. Hoe kende Essen tot nog toe culturele prijzen toe ? De procedure is eenvoudig : er komt een voorstel, de Cultuurraad wordt geraadpleegd, de gemeenteraad beslist en de prijs wordt uitgereikt. Volgens de schepen van cultuur werd er al enkele jaren gewacht op het geschikte moment om de prijs aan Ivan uit te reiken. Geen probleem dus om het draaiboek netjes te volgen, meer dan tijd genoeg. Hoe komt het dan dat er toch nog een onmogelijke improvisatie nodig was, waarbij het college zelf de beslissing al maar nam, de uitnodigingen liet drukken, de toekenning „ter kennisname” op de gemeenteraad agendeerde, die dan vaststelde dat hij zelf bevoegd is en dus de prijs -die ondertussen al bekend was gemaakt, uiteraard- alsnog zelf toekende ?
Is dat zo erg ? Hetzelfde college is verantwoordelijk voor miljoenenprojecten, stuurt tientallen personeelsleden aan, kent belangrijke vergunningen toe en beslist hoe onze gemeente er binnen één, vijf, tien jaar uitziet. En het acht -dixit de burgemeester in het infoblad- de waarden van de democratie zeer hoog. Een democratie, die nu eenmaal procedures vereist om willekeurige machtsuitoefening tegen te gaan – een aspect dat wel eens vergeten wordt ná dat andere belangrijke aspect van democratie : verkiezingen winnen en meerderheden vormen. Een democratie, overigens, die op dit continent alleen kon overleven dankzij de heel zware offers die net werden gebracht in de oorlogen die Ivan in de herinnering levend houdt. Dus ja, ik vind dat erg. Heel erg eigenlijk. Maar dat zal wel aan mij liggen. Alweer.