Jenseits von Gut und Böse
Niet gemakkelijk, terugblikken op de gemeenteraad van gisteren. Omdat ik voor één keer (veel) meer energie in de besloten zitting had gestoken dan in de openbare vergadering. Al was die ook wel boeiend. Vooral het gebrek aan reactie op mijn vaststelling dat er onvoldoende budget in het meerjarenplan is voorzien om het Autonoom Gemeentebedrijf (AGB) ook na 2015 nog te laten werken. Het werd niet eens ontkend. Nu begrijp ik beter waarom er met alle mogelijke wettige en onwettige middelen om uitstel voor de invoeren van het meerjarenplanstelsel (BBC) in het AGB moest worden gezorgd. Dan zou immers de put van 500.000 EUR meteen aan het licht zijn gekomen. Ik ben benieuwd naar het vervolg.
Maar de besloten zitting was belangrijker voor mij. Daarover veel vertellen ligt natuurlijk moeilijk, vanuit de aard van de zaak. Omdat de betrokkenen zelf één en ander op het net hebben gezet, kan ik wel een link meegeven : het ging over deze zaak.
Zonder dus op de grond van het verhaal in te gaan… In de bespreking probeerde de burgemeester op een bepaald moment een tegenstelling te creëren tussen zijn “rationele” en mijn “emotionele” aanpak. Hij probeerde dat zelfs te veralgemenen door te stellen dat het schepencollege van nature rationeler is dan de gemeenteraad. Gelukkig besefte hij al snel dat dit niet de meest rationele (…) uitspraak was. Maar ook naar mij persoonlijk voelde ik meteen aan dat hij ongelijk had en ik heb het dan ook meteen ontkend. Maar ik heb er wel even over moeten nadenken.
Met dit als besluit… Mijn enige emotionele betrokkenheid bij dit verhaal is mijn sterke overtuiging dat ik gelijk heb – en dat gelijk dan ook probeer te halen. En natuurlijk heb ik empathie voor wat de betrokkenen overkomt, maar die heeft de burgemeester naar eigen zeggen ook – ik geloof dat trouwens.
Wat maakt dan wel het verschil dan uit ? Bij het zoeken bleek dat ik het antwoord op mijn eigen vraag in mijn eigen tussenkomst had staan – maar dan in de ene zin ervan die ik niet had uitgesproken. Het gaat over het geweten. Naast de rede speelde het oordeel over wat goed en kwaad is, over wat juist is, een rol.
In mijn economie-opleiding zat een zware cursus moraalfilosofie, één van de “buisvakken” in het tweede jaar, weet ik nog. Ik deed dat nochtans wel graag. Het hoort ook bij een economiestudie.
Ik heb gisteren ook de vergelijking met het OCMW gemaakt, en begrepen dat die ook voor andere raadsleden relevant was. Omdat daar vaak dit soort oordelen moeten worden geveld. Waar de rationaliteit niet het enige antwoord geeft. Dat is de reden waarom ik het OCMW vaak “politieker” vond dan de gemeenteraad. Er is één beste oplossing om een riool te leggen, maar om de respectievelijke verantwoordelijkheid van het individu en de maatschappij vast te leggen is die er niet. Ik denk dat ik hier al eens heb verwezen naar toenmalig Agalev-OCMW-raadslid Lieve Wuyts die vertelde dat ze van een bepaalde beslissing had wakker gelegen. Omdat ze die bij nader inzien niet “juist” vond. Niet omdat ze niet efficiënt zou zijn, omdat de riool verkeerd werd aangesloten. Ook niet omdat ze op één of andere manier persoonlijk betrokken was bij het dossier. Maar omdat het morele oordeel niet klopte. Omdat ze het besluit in “eer en geweten” fout vond. Die vaststelling kan natuurlijk voor emoties zorgen, maar het oordeel zelf is daar niet op gebaseerd.
Ik heb deze morgen in de spiegel gekeken en besloten dat ik in mijn eigen ogen in dit verhaal juist heb geoordeeld en gehandeld. Ik wens iedereen die zich erbij betrokken voelt oprecht hetzelfde gevoel toe. Ik hoop ook dat het besluit gedragen wordt door een meerderheid van de verkozenen in de raad, niet door een meerderheid van de meerderheid binnen de meerderheid – die dan eigenlijk een beperkte minderheid is. En ik hoop tenslotte dat er iets van de discussie zal blijven hangen.