حجاب
Op 11 juli brengen we elk jaar iets naar de Essenaren die een Leeuwenvlag uithangen. Die vlag komt in veel soorten en maten voor. Daar maken we geen onderscheid tussen, natuurlijk. Toch valt de allergrootste van de vlaggen vanzelfsprekend wel op. Waar vinden we die ? Wel, aan een gebouw waar alleen vrouwen met een hoofddoek wonen. Die dragen ze om religieuze redenen.
Wie het politieke debat in dit land volgt, ziet wellicht een levensgrote paradox opduiken. Die mogelijk van aanschijn verandert als ik erbij vertel dat ik het over het klooster van Mariaberg heb. Of toch ook weer niet helemaal. Een hoofddoek blijft tenslotte een hoofddoek, en de ene godsdienst kan vanuit het perspectief van een 21e eeuwse overheid niet fundamenteel meer- of minderwaardig zijn aan de andere, toch ?
De discussie over het dragen van een hoofddoek in de gemeenteraad van Boom, of achter het loket van Antwerpen, raakt de zenuwen van een moeilijk debat, waarin de zuivere redeneringen redelijk zeldzaam zijn (Boom was natuurlijk een “no-brainer” : politici horen een mening te hebben, en daarvoor uit te komen). Het debat vertoont raakvlakken met de discussie die we vorige week in de gemeenteraadscommissie “bestuur” hielden over de symbolen in het gemeentehuis. Maar gebouwen zijn geen personen. Voor een gebouw is “neutraliteit” gemakkelijker te bereiken dan voor een persoon.
In neutrale personen geloof ik namelijk niet. Hoe je ook je best doet om het te verbergen, je bent altijd “iemand”. Wie op mij beroep doet als federaal ambtenaar, gaat zelfs aan de telefoon beseffen dat er een Nederlandstalige man aan de andere kant van de lijn zit. En aan een loket kan je nog minder van jezelf “verbergen”. Mensen zijn niet “neutraal”, je kan er geen robots van maken (en zelfs de robot die de treinen aankondigt in sommige stations, is duidelijk een “vrouw”). Ambtenaren, maar eigenlijk al wie ten dienste staat van het publiek, moeten er wel voor zorgen dat wat ze doen zo neutraal mogelijk is. Ik moet iedereen even goed helpen, in welke taal ze me ook aanspreken. Aan het loket in het gemeentehuis moet iedereen zo goed mogelijk geholpen worden. Het zou mij niet storen dat en beambte daar een kruisje draagt, een pin van FC Antwerp of de regenboog van de homobeweging. Of gisteren een oranje lintje. Zolang islamieten en hetero’s maar gelijk behandeld worden. En Beerschotsupporters – al moeten we voor hen misschien tijdelijk positieve discriminatie invoeren…
Ik zou het veel erger vinden dat volstrekt neutraal uitziende ambtenaren bijvoorbeeld bouwvergunningen gemakkelijker zouden toekennen aan bevriende projectontwikkelaars, dan dat ze met een hoofddoek op alle aanvragen gelijk zouden behandelen.
Op de commissie besloot sp.a-collega Arno Aerden dat de symbolen in het gebouw hem niet zoveel konden schelen, zolang een overheid zich maar neutraal gedraagt. Dat vind ik een verstandige uitspraak, al geldt ze voor mij nog meer voor personen dan voor een gebouw.
We hebben gisteren in de gemeenteraad unaniem de titel van ereburger toegekend aan zuster Juliana. Zelden voelde een beslissing zo terecht aan. De burgemeester had de titel eigenlijk zelfs al beloofd, maar ik vind het lastig om hem dat “uit democratisch oogpunt” kwalijk te nemen. Als iemand het ooit verdiende om ereburger te zijn van onze gemeente, dan is zij dat wel. Ze werd door haar “orde” onlangs naar Heist-Op-Den-Berg verhuisd. Als volgend jaar de Leeuwenvlag niet meer aan Mariaberg hangt, moeten we misschien maar een bos bloemen naar daar sturen. Met hartelijke groeten aan onze ereburger-met-hoofddoek. Of hoe Essen soms onverwacht dwars kan zijn…