Plan B
Ik heb de Universiteit Antwerpen een beetje in fasen verlaten. In 1994 legde ik een succesvol eindexamen af over alle vakken, maar mijn eerste poging tot eindverhandeling liep vast. Dus heb ik die in 1995 ingediend. Ik heb dat jaar ook gebruikt om mijn aggregatiediploma te halen. Eens afgestudeerd heeft de Universiteit mij een tijd lang in dienst genomen, totdat ik in 1997 bij de FOD Werkgelegenheid belandde. Maar sindsdien ben ik er wel degelijk weg. Al ben ik er natuurlijk nog teruggekomen, voor seminaries en studiedagen. Als deelnemer en als spreker.
Toch had ik vandaag en twee weken geleden meer dan ooit het gevoel van even “terug” te zijn. Ik heb de “Stoomcursus Ruimtelijke Ordening” van de UA en de Artesishogeschool gevolg. En al heb ik één van de drie lesdagen gemist -wegens verblijf in Ierland- ik heb veel bijgeleerd. In het lokaal C003, dat nog niet van naam bleek te zijn veranderd. Al onderging het wel een modernisering, waar het in mijn herinnering al in 1990 dringend aan toe was…
Het domein van de ruimtelijke ordening is zeker niet mijn eerste liefde in de politiek. Feeling voor kaarten en plannen is me niet aangeboren. Bovendien had ik lang het gevoel dat er politiek heel moeilijk “greep” op te krijgen was. Ik heb het wel altijd een belangrijk domein gevonden, met een cruciale impact op onze gemeente. Dus toen in de vorige legislatuur een fractiegenoot de bevoegde commissie wilde verlaten omdat ze te technisch was, leek me dat net een uitdaging om er wel mijn tanden in te zetten. Want “technisch” is zeker in de lokale politiek vaak een heel goed excuus om cruciale beslissingen te verbergen achter een waas van wetteksten, procedures en studiebureaus. Mede omdat Philip Peeters het technische inzicht wel aan de politieke vertaling kon koppelen, had ik het gevoel dat ik er wel vat op kreeg. Met een succesvolle gezamenlijke amendering van het RUP Nieuwstraat-Oost als gevolg. En de blokkering van het RUP bedrijventerrein Over d’Aa (Sany) durf ik zonder schroom op mijn naam schrijven.
Daar wil ik graag op verder bouwen, ook al blijft het een domein waar de techniciteit het politieke proces soms vertroebelt. Onder meer omdat de individuele belangen vaak groot zijn, en het collectieve belang er teveel door “huurlingen” wordt gediend en vaak te weinig door de vertegenwoordigers van het volk zelf. Reden te meer om er in te investeren. Wat me dus terug naar mijn “alma mater” bracht. En een stukje cirkel rond maakte : de prof die destijds mijn afgebroken eindverhandeling begeleidde, opende nu de lessenreeks. Dat ze het van docent tot departementshoofd had gebracht, bleek meteen meer dan terecht. Goed voor mijn hernieuwd vertrouwen in de UA, dus !