E=mc²

E=mc²

Het aantal mandaten dat de gemeenten invullen in de energie-intercommunales wordt verminderd, meldden de ministers Van Den Bossche en Bourgeois deze week trots. Een stap vooruit. Of toch niet, want het echte debat wordt uit de weg gegaan.

De energie-intercommunales zijn een erfenis uit het verleden, toen de gemeenten zich verenigden om samen de elektriciteits- en gasvoorziening, waarop ze een monopolie hadden, te verzekeren. Vandaag, in de 21e eeuw, maakt het de gemeenten tot spelers in een geliberaliseerde, cruciale, economische sector. Die netjes is opgesplitst tussen producenten en leveranciers van energie, en netbeheerders. De historische intercommunales zijn ook gesplitst. De gemeenten zitten nog rechtstreeks in de intercommunales die het netbeheer uitoefenen, want dat is een overheidsmonopolie : er is maar één elektriciteitsnet in elke straat, gelukkig maar.

Daarnaast hebben ze via allerlei ondoorzichtige constructies, de financieringsintercommunales, ook nog belangen in de producenten en de leveranciers van elektriciteit. Die op hun beurt verbonden zijn met de netbeheerders. Heel kort samengevat : de Electrabels van deze wereld en de gemeenten zitten met handen en voeten aan elkaar vast.

De Vlaamse regering pakt nu uit met een vermindering van het aantal mandaten bij de netbeheerders. Logisch : in de praktijk zijn er twee conglomeraten die de energienetten beheren : Infrax en Eandis. In Essen zijn beide actief : Infrax doet de elektriciteit, Eandis zorgt voor gas. Toch bestaan die twee groepen uit allerlei deelintercommunales, met raden van bestuur met leden die door de gemeenteraad worden aangeduid. Meestal gaat het om schepenen. Die verdienen daar een centje mee bij. Maar de meesten hebben niet de bagage om mee de strategie van een energiebedrijf te bepalen. Sommige wel, natuurlijk, maar ik vermoed dat het over een kleine minderheid gaat.

Bovendien zitten ze in een gelaagde structuur waar ze sowieso maar weinig vat op hebben. In de tweede fase loopt het nog sterker mis : de gemeenteraadsleden die zouden moeten controleren wat hun vertegenwoordigers namens hun kiezers uitsteken in die intercommunales hebben daar noch de tijd, noch de middelen voor.

Dat zorgt voor een gigantisch democratisch deficit. De hele constructie blijft draaien dankzij de vergoedingen voor de mandatarissen, maar ook en vooral dankzij de dividenden die de gemeenten ontvangen. Het wordt zelden hardop gezegd, maar die zijn er mee verantwoordelijk voor dat de elektriciteitsprijzen in dit land te hoog zijn. Eigenlijk gaat het om een gemeentelijke belasting op elektriciteitsverbruik. Maar dan één die voor de kiezer onzichtbaar is, en dus niet aan de bestuurders wordt aangerekend. Iedereen tevreden, ook al gaat het om een zeer asociale belasting : mensen met een laag inkomen verbruiken in verhouding meer energie, en betalen dus extra veel aan deze belasting.

Natuurlijk heeft de overheid een rol te spelen in de energievoorziening. Netbeheer is een monopolietaak. Maar uiteraard zou het veel logischer zijn dat de Vlaamse overheid dit op zich neemt. En de gemeenten er helemaal uit weghaalt – en zo mij alvast verlost van de fictie dat ik het beleid moet controleren van Infrax en Eandis, van Luminus en uiteindelijk van Electrabel, dat de Essense vertegenwoordigers in IVEG, IVEKA, FINEG, IKA, … namens mijn kiezers goedkeuren. Want nogmaals, ik kan dat nauwelijks of niet. En ik maak me sterk dat de meeste mede-raadsleden zich zelfs nog nooit de vraag hebben gesteld of ze dit kunnen.

De elektriciteitsprijzen kunnen dan omlaag, de belastingen moeten wellicht omhoog. Dat moet dan maar. En het inkomensverlies voor de mandatarissen wordt wat mij betreft best gecompenseerd door de wedden van burgemeesters en schepenenen realistisch te linken aan de tijd die nodig is om die mandaten op een degelijke manier in te vullen – uiteraard op voorwaarde dat ze dat ook doen.

Goed bezig, Freya en Geert. Waarvoor dank. Maar bijt alstublieft dóór en verlos ons van onze energiebelangen.

Reageren is niet mogelijk.