Archief van
Jaar: 2011

Wie is er Bob ?

Wie is er Bob ?

We schrijven dag op dag 67 jaar na de bevrijding van Essen. Op 22 oktober 1944 namen Canadese troepen onze gemeente in. De Nazi-bezetting was voorbij. De oorlog nog niet, want de V-bommen hingen letterlijk en figuurlijk nog boven het hoofd van de Essenaren.

Yvan Janssens en Marc Van den Broek schreven een boek over de bevrijding van Kalmthout en Essen. Allebei zijn ze al jaren gepassioneerd met het oorlogsverleden in onze streek bezig, en ze zijn dan ook goed geplaatst om de nieuw beschikbare bronnen te verwerken tot een geheel. Het boek is het eerste uit wat een kleine reeks moet worden en werd in het gemeentehuis ingeleid door Frans Schrauwen en Bob Cools. Frans, die op het vlak van de Essene geschiedenis nauwelijks zijn gelijke kent, wist in zijn korte toelichting te verrassen met enkele onuitgegeven dagboekfragmenten uit de bevrijdingsdagen. Maar natuurlijk waren de talrijke aanwezigen vooral voor de Antwerpse ereburgemeester gekomen. Cools bleek nog steeds over de gave van het woord te beschikken, en kende het verhaal van de bevrijding van onze grensgemeenten bovendien erg goed. Hij kende de literatuur erover en sprak met een aantal hoofdpersonages. Bovenal was hij als kind getuige van de bevrijding, aangezien hij vlak bij Kalmthout woonde. Dat maakte er een bijzonder boeiende namiddag van.

Het Essense verhaal uit de Tweede Wereldoorlog is natuurlijk een stuk minder uniek dan het wedervaren van onze gemeente in 1914-1918. Maar zien hoe het kleine verhaal van de mensen van hier zo ingrijpend werd hertekend door de wereldbrand van toen doet nog altijd beseffen dat welvaart en democratie niet zomaar een vanzelfsprekend gegeven zijn. Daarom is het goed dat het verteld wordt, doorleefd maar met een objectieve blik. Ik ga het boek met veel interesse lezen.

Waaslandwolven

Waaslandwolven

De 23e Esakquiz, die ik opnieuw mee uitwerkte en ook mocht presenteren, bracht vandaag 33 ploegen naar het Parochiecentrum. Uit Essen, maar ook uit het Waasland (waar het goud naartoe ging), uit de Kempen, Limburg en zelfs Rotterdam. Ze keerden allen tevreden huiswaarts, voor zover we kunnen nagaan. Leuk om te zien dat ons werk gewaardeerd wordt buiten onze gemeentegrenzen, maar het blijft een hele uitdaging om de quiz boeiend te houden voor deze doorwinterde quizzers én voor de Essense gelegenheidsploegen. De evenwichtsoefening sloeg dit jaar misschien iets te veel naar de moeilijke kant uit. Al blijken er toch mensen te zijn die abiogenese en het Immelmanmanoeuvre kunnen situeren. Gelukkig mocht ik die vragen stellen, en moest ik er zelf niet op antwoorden ! Of ook iemand ooit al van Xuxu had gehoord, heb ik niet kunnen nagaan…

Ik stopte twee fouten in de tussenrondes. Bizar dat die er bij de proefquiz niet werden uitgehaald, en ik blijf het vervelend vinden ook al konden we ze nog min of meer rechtzetten. Anderzijds bleken we bij de “gewond” vragen niet onderuit te halen. Commentaren over Nieuw-Zeelandse papegaaien, Afrikaanse specerijen en zakelijke rechten konden we moeiteloos weerleggen. Al moet het wellicht redelijk uniek zijn in het quizmilieu dat we daarvoor in het (virtuele) wetboek moesten duiken !

Jammer eigenlijk dat we niet meer ploegen konden plaatsen, en vooral dat niet iedereen het scherm even goed kan zien in het Parochiecentrum. Eigenlijk is het “godgeklaagd” dat Essen niet over een goede, grote quizzaal beschikt. I have a dream… (van wie dat citaat is, hebben we niet gevraagd – het hoeft ook weer niet te gemakkelijk te zijn !).

Honest Abe

Honest Abe

Op de website van de BBC suggereerde deze zomer een Noord-erse politica een boek. Hoe een mens daar terecht komt, en dan vervolgens ook het boek nog op zijn iPad downloadt, het blijft ook voor mij een vraag. Maar ik heb me de lectuur van “Team of Rivals : The Political Genius of Abraham Lincoln” geen seconde beklaagd. Integendeel, meer “belangrijke” lectuur bleef de voorbije weken af en toe in mijn boekentas zitten.

Ik kende de grote lijnen van het verhaal van de Amerikaanse burgeroorlog, me na mijn bezoek aan Washington in februari wellicht wat meer details dan voordien. Ik kende Lincoln en vond hem altijd al een inspirerend persoon. Maar het boek vertelt tegelijk het verhaal van wat leidde tot de “Civil War” en van die oorlog – die méér slachtoffers eiste dan het totale aantal soldaten dat de VS verloor in alle andere oorlogen die het land ooit vocht samen. Het boek is daarnaast opgebouwd rond het persoonlijke en politieke leven van Lincoln en zijn tegenstanders bij de Republikeinse voorverkiezingen van 1960. Tegenstanders die hij uiteindelijk alle drie in zijn regering benoemde.

Ik heb Lincoln in het boek leren kennen als een groot leider en een politiek genie. Iemand met een zeer goede neus voor het juiste moment om iets te realiseren, maar anderzijds met een heilig geloof in zijn eigen principes. Bovendien een warm, grootmoedig en onconventioneel mens. Ik ben blij dat ik tijd heb gemaakt om “zijn” monument in Washington rustig te bezoeken.

Het boek is ook boeiend omdat het inzicht geeft in het Amerikaanse politieke systeem zoals dat 150 jaar geleden werkte – en daarmee een licht werpt op dat van vandaag. Dat helpt altijd om de evidenties van het eigen systeem in vraag te stellen. Deze week, in een “blitz”-conferentie in Londen kregen we (na het avondmaal !) een sessie voorgeschoteld over zin en onzin van coalitieregeringen, met een Britse en een Belgische politicoloog. Eén van de nadelen van een coalitie volgens de Britten is dat de kiezer niet vooraf weet waar zij of hij voor kiest. Zo stond in het LibDemprogramma dat het inschrijvingsgeld aan de universiteiten omlaag moest, maar de coalitie die ze met de Conservatieven aangingen verhoogde het. Een Brit vroeg of er in België ook voorbeelden waren van partijen die een belofte hadden gebroken om in een regering te stappen. Ik denk dat alle Belgen in de zaal hun glimlach nauwelijks konden onderdrukken…

Niet dat ik daarmee voor het Britse systeem pleit, overigens. Maar het is altijd goed om eens met wat afstand te kijken. En om te beseffen dat in elk systeem uiteindelijk mensen het verschil moeten maken. Misschien dat we ook bij ons, van formateur tot gemeenteraadslid, af en toe de vraag moeten stellen hoe dit in een ander systeem zou worden aangepakt en wat daarvan de voor- en nadelen zouden zijn. Ik noteer voor mezelf alvast de vraag : What would Lincoln do ?

Plant eens een plan

Plant eens een plan

Essen werkt aan een nieuw milieubeleidsplan voor de periode 2012-2017 – een wat vreemde planningsperiode natuurlijk, met verkiezingen vandaag dag op dag over één jaar plaatsvinden. Het ontwerp voor het plan werd vandaag besproken op een “open milieuraad”. Een goed initiatief en er bleek bovendien toch wel wat belangstelling te bestaan voor het gemeentelijke milieubeleid. Zelf heb ik niet veel gezegd, toen bleek dat we als raadsleden nog een afzonderlijke commissie hierover krijgen. Gelukkig maar, want ik had nogal wat opmerkingen en het was beter om voor één keer niet de mandatarissen aan het woord te laten.

Het plan bouwt sterk verder op het vorige. Dat is niet slecht, maar in het milieubeleidsplan en de opeenvolgende milieujaarprogramma’s heeft de nadruk altijd sterk gelegen op het werk van de gemeentelijke milieudienst. Dat is één van de best werkende diensten in het gemeentehuis, dus staat er ook veel in het plan. Maar het is onvoldoende ingebed in een sterke visie die erop gericht zou moeten zijn om Essen groen en landelijk te houden. Daarvoor zijn de acties te weinig doortastend, wat wordt aangetoond door de talloze keren dat er iets zal worden “onderzocht” of “overwogen”. Bovendien wordt onvoldoende een link gelegd met essentiële andere beleidsdomeinen zoals ruimtelijke ordening en woonbeleid. Bovendien wordt zo sterk vertrokken van het bestaande dat er geen ruimte wordt gegeven aan nieuwe initiatieven.

Een gemiste kans, want de goede “milieupraktijk” in onze gemeente, waarvoor de milieudienst samen met de Werkgroep Leefmilieu, Natuurpunt en anderen tekent, zou zoveel krachtiger zijn als die ook werd ingebed in een echt “milieubeleid”. Misschien moeten we toch maar een kans proberen te creëren om het geheel in 2013 nog bij te sturen…

Aan de Wijsel

Aan de Wijsel

Deze maand staan er wat te veel buitenlandse werktrips op het programma. Zodat ik een beetje opzag tegen drie dagen Warschau. Nochtans heb ik goede herinneringen aan Polen, waar ik een jaar of zeven geleden op vakantie ben geweest. Het Poolse landschap ziet eruit zoals onze Kempen vijftig jaar geleden moeten zijn geweest. En sommige dorpen en wegen zagen er toen alleszins ook nog uit alsof ze uit die periode stamden. Ik heb vooral goede herinneringen aan Krakau : heel mooie stad, en vlak bij Auschwitz-Birkenau dat iedereen ooit zou moeten bezoeken. Maar ook bij de zoutmijnen van Wieliczka, meer dan de moeite waard. Na een bezoekje proef je trouwens nog een hele tijd het zout op je lippen…

In Warschau is vooral de oude stad, gelukkig mooi heropgebouwd na de allesverwoestende Tweede Wereldoorlog, de moeite waard. De rest van de stad zit vast in het stratenschema dat na de oorlog door de communisten werd uitgewerkt, met brede autowegen en veel woonblokken. Al wordt er nu veel plaats geruimd voor mooie hedendaagse architectuur, de mix is voorlopig nog niet echt aantrekkelijk. Maar volgens de Poolse collega die het kan weten hebben we nogal wat mooie plekjes gemist, hoewel het vergaderschema nu niet echt overladen was. Ze zal me daar dus nog eens moeten rondleiden…

We bezochten ook het voormalige koninklijk paleis. Dat werd niet opgebouwd na de oorlog, want de communisten vonden het hele concept van een “koninklijk paleis” niet meteen erg aantrekkelijk. In de jaren 1970 besloten ze toch de toelating te geven voor de wederopbouw. De Poolse burgers, Polen in het buitenland, royalisten en al wie het regime minder goed gezind was brachten geld, schilderijen en meubelstukken bijeen. Waarna toch weer de regering kon uitpakken met het mooie heropgebouwde paleis. Het moet zowat de ultieme politieke truc zijn : je tegenstanders zover krijgen om je eigen prestigeprojecten te financieren…

Bank achteruit

Bank achteruit

Gefeliciteerd Essenaar ! Waarmee ? Met uw aandelen ! Welke ? Weet u het niet meer ? In 2009 hebt u toch aandelen gekocht ? Van Dexia. Eigenlijk van de “Gemeentelijke Holding”, maar die bestaat zo goed als uitsluitend om aandelen van Dexia te beheren, dus dat is hetzelfde. U hebt bovendien niet zomaar aandelen gekocht : deze leveren 13% dividend op. Slim van u, want waar vindt een mens nog een risicoloze belegging met zo’n opbrengst ? Het lijkt wel te mooi om waar te zijn…

Hoezo, u weet nog altijd van niets ? U hebt niets belegd ? Toch wel, maar het mooie is dat u er zelf helemaal niets voor heb moeten doen. De 13 gemeenteraadsleden van CD&V en sp.a hebben in uw plaats de aandelen gekocht. Voor 142.000 EUR, een slordige 10.000 EUR per raadslid dus. Gelukkig dat ze toen niet hebben geluisterd naar allerlei doemdenkers (volgens het verslag van de gemeenteraad was er ene Bevers bij). Die zeiden dat 13% niet realistisch leek, en dat een gemeente niet in banken moet beleggen. Je weet nooit, misschien komt er ooit een bankencrisis. Zeiden ze. Dat de Holding een perfide spelletje aan het spelen was om via een kapitaalverhoging de andere aandelen (die de gemeente al sinds de tijd van Methusalem heeft) minder waard te maken. Dat vonden ze ook. Maar gelukkig is er daar niet naar geluisterd. Anders had u ze nu niet, uw mooie blinkende extra Dexia-aandelen. Met 13% opbrengst !

Gelukkig dat ze in uw plaats denken, dus. De 13 raadsleden. Gelukkig dat zij weten hoe dat moet, Essen financieel gezond houden. Niet zoals de roekelozen van N-VA/PLE die zomaar belastinggeld zouden investeren in veilige wegen (want dat brengt geen 13% op) of het teruggeven aan u (u weet zelf toch niet waar u een veilige belegging van 13% kan vinden). Neen, zij doen dat veel beter.

Nogmaals gefeliciteerd dus, Essenaren, met de Dexia-aandelen die u twee jaar geleden hebt gekocht. Vergeet u niet om een dankbriefje te sturen naar de raadsleden van CD&V en sp.a ? Of een kaartje, met een mooie foto van het vernieuwde gemeentehuis, dat misschien wel wat duur is uitgevallen maar dat uiteraard afbetaald zal worden met Dexia-dividenden !

London calling

London calling

Londen. Ik was daar voor een “Peer Review” die donderdag en vrijdag de manier waarop de Britten de evaluatie van het werkgelegenheidsbeleid organiseren onder de loep nam. Bijzonder interessant, en niet onverwacht kunnen we van de evaluatiecultuur over het Kanaal nog heel wat leren. Niet alleen op het gebied van werk, en niet alleen op federaal of regionaal niveau, maakte ik me overigens de bedenking. In het volgende Essense college hoort een schepen van beleidsevaluatie te zitten…

Ik heb besloten om het Londense verblijf nog een beetje te verlengen, op een moment dat ik nog niet wist dat me dat dan een trip Londen-Brussel-Luxemburg zou opleveren. Vertrek in Saint Pancras om 12u, aankomst in Kirschberg om 21u15… Dat leverde wel wat tijd op om mijn iPad tot tekstverwerker te bombarderen, zoals u nu kan vaststellen. En als u de Nieuwflits van deze maand zal lezen, weet dan dat die gedeeltelijk onder zee tot stand is gekomen.

Maar ik ging het over Londen hebben. Waar het prachtige weer natuurlijk uitnodigde om door de parken te wandelen en even op te gaan in de massa in Oxford of Regent Street. Ik hou van de bijna clichématige smeltkroes van culturen die toch uitdrukkelijk één samenleving vormen, ondanks de recente rellen. Ik vind het prachtig dat enkele personeelsleden in het hotel waar ik verbleef (véééél te duur voor wat het was) Engels sprak dat duidelijk erg onvolmaakt was. Ze had wel een baan; in Parijs kom je met evenwaardig Frans volgens mij nooit aan de bak, in Brussel moet je wellicht minstens drie talen spreken om een baan in de horeca te vinden (niet in de gemeentelijke administratie, natuurlijk…). Ik verstond haar wel. Verder zal ze het wel leren, on the job.

Ik bewonder de dynamiek van de Engelse samenleving, die in tegenstelling tot de VS wel een sociaal vangnet heeft en waar de raciale segregatie bestaat maar een stuk minder zichtbaar én veel diverser is dan in (met name) Washington. Maar ook een samenleving die de eigen geschiedenis en tradities koestert, met een politiek systeem dat ik soms beter begrijp dan het onze. En toch voldoende zelfkritisch – ik las onlangs Ghosts of Empire, een verhelderend boek over het Britse kolonialisme van de hand van Kwasi Kwarteng, conservatief parlementslid van niet-Engelse origine, zoals zijn naam suggereert (een equivalent zou een kritisch boek van een FDF-er over de verfransing van Vlaanderen vóór 1963 zijn). Dat boek droeg ook bij tot het voeden van een zekere fascinatie voor (Brits-)Indië – en dus ben ik voor het eerst door Brick Lane gewandeld, het Mekka (neen, dat is niet de geschikte metafoor) van de Indische keuken in Londen. Aangezien die keuken boven op mijn favorietenlijstje staat, heb ik er uiteraard ook van geproefd.

Ietwat absurder was dat de Britse collega’s ons uitnodigden in een restaurant waar de Palm van het vat was. En de “Brugse Zot” (nog nooit van gedronken). Al verbieden de regels van de Britse overheid om op staatskosten alcohol te schenken. Rare jongens, die Britten… Of toch niet, dus. Als ik al in een wereldstad zou kunnen wonen, dan wellicht deze.

Moe nie blijf probeer nie…

Moe nie blijf probeer nie…

De gemeenteraad van september was er opnieuw één met een beperkte agenda, al hebben we die deze keer wel aangevuld. Met enkele voorstellen, en met een reeks vragen. Maar dat is binnenkort misschien niet meer nodig, nu mensen uit andere fracties het college aan ónze voorstellen herinneren…

Zelf heb ik het voorstel verdedigd om de gedenkplaat voor het maandblad Broer terug een plaatsje in het Essense straatbeeld te geven. Jokke wilde erop antwoorden, maar Frans was haar voor. Zodat het een antwoord werd waaruit ik min of meer moest begrijpen dat het onze eigen schuld was dat de plaat er nog niet terug hing. Maar ik kreeg desondanks de toezegging dat ze terugkomt. Gelukkig maar, ik vind het een belangrijke blijk van waardering voor degenen die jaar na jaar hard aan het blad hebben gewerkt.

Daarnaast onthoud ik de discussie over de samenwerking met Witzenberg. Zoals Dirk terecht stelde loopt de samenwerking tussen de scholen goed, en dat moeten we blijven ondersteunen. Maar tussen de gemeentebesturen blijft het te veel bij mooie intenties en goede voornemens. Dat ondermijnt het draagvlak voor de samenwerking, waar uiteindelijk veel overheidsmiddelen naartoe gaan – zelfs als ze niet uit de gemeentekas komen. Ik vrees een beetje dat het project een nieuwe “doorstart” niet gaat overleven. Het programma is opnieuw goedgekeurd, maar deze kans mag niet gemist worden – dat zou jammer zijn van de energie die heel wat mensen hier ’s in Zuid-Afrika erin gestoken hebben en nog steken.

Beeldbuis

Beeldbuis

Zoals wij, Essense politici, is ook ATV te vroeg beginnen denken aan de gemeenteraadsverkiezingen van volgend jaar. Dat leidde tot dit stukje tv. Veel te kort natuurlijk, vooral voor wie weet wat er nog opgenomen is. Maar zoals Louis Tobback ooit stelde willen politici liefst uitzendingen waarin ze zelf en alleen enkele uren achter elkaar aan het woord zijn, en beseffen ze niet altijd dat daar geen hond naar zou kijken…

Met Dirk en Gaston stonden in elk geval de twee vermoedelijke protagonisten van oktober 2012 voor het eerst tegenover elkaar. Ze hebben me allebei een goede indruk gegeven – laat ik het daar ook maar bij houden, want ik ben natuurlijk niet helemaal neutraal. Al vraag ik me wel af hoe Gaston zijn “sociale kavels”-verhaal geloofwaardig gaat maken : hij zit 12 jaar in de gemeenteraad, eerst als fractieleider van de grootste meerderheidspartij en nu als burgemeester. En hoeveel sociale kavels zijn er in die tijd gerealiseerd ? Of zelfs maar gepland ?

Frankly

Frankly

Nadat deze week ’s werelds beste muziekgroep het voor bekeken hield, meldt nu ook Vlaanderens sterkste politicus dat hij ermee stopt. Frank Vandenbroucke verlaat de Senaat en de gemeenteraad, en zo verliest de sp.a definitief de man die de partij op het spoor moest zetten van een moderne sociaal-democratie. Maar eigenlijk hadden ze hem al eerder zelf buitengezet. Omdat hij te veel vooruitkeek en vooruitdacht, te veel wilde hervormen om zo veilig te stellen wat het meest waardevol is, te Vlaams reageerde in een partij die zich als het erop aankomt toch liever door de PS laat meeslepen. Het Vlaamse politieke landschap had er anders uit kunnen zien als hij intellectueel nog een stap verder zou hebben gedacht, maar vooral als hij zich ook daadwerkelijk partijpolitiek in het sociaal-liberalisme zou hebben ingeschreven. Dat hij die keuze nooit heeft gemaakt, pleit wellicht voor zijn loyauteit aan de sp.a. Enigszins tegen beter weten in, dus…

De erfenis die hij nalaat is kleiner dan ze had moeten zijn, want eigenlijk had het hele arbeidsmarkt- en sociaal zekerheidsbeleid in dit land door hem hervormd moeten worden. Toch blijft ze indrukwekkend, op het terrein dat ik ken vooral op basis van de herinvoering van de controle op de werkbereidheid bij werklozen en de dienstencheques. Ook de Open Coördinatiemethode voor Sociale Inclusie en Sociale Bescherming dankt zijn bestaan grotendeels aan hem, en al lijkt dat voer voor EU-specialisten (dat is het ook), het is belangrijker dan het lijkt. Wat hij binnen onderwijs heeft gerealiseerd, kan ik moeilijker beoordelen, maar zijn opvolger Pascal Smet (ook sp.a) stelde in een interview onlangs in elk geval dat het niet zo evident is om “God” op te volgen…

De verantwoordelijken voor het personeelsbeleid bij de OESO hebben zich duidelijk vergist de voorbije weken : in plaats van Yves Leterme hadden ze beter Frank Vandenbroucke aangeworven. Al komt er het komende jaar bij de organisatie nog een plaats vrij die hem beter zou liggen, hoewel ze net onder die van Leterme is gesitueerd. Maar vooralsnog is vooral de academische wereld, en met name de studie van de welvaartsstaat in de context van de EU er goed mee. Ik veronderstel dat ik professioneel nog meer vragen voor het uitwisselen van gegevens en stukken analyse ga krijgen, en kan me daar alleen maar op verheugen !