Ik ben net terug uit Riga, Letland. Op eigen initiatief deze keer. Ik heb me de keuze niet beklaagd : de stad is prachtig, en vlakbij ligt een kust zoals de Vlaamse had moeten zijn : gezellige, niet overdrukke zandstranden, aan een kustlijn die niet volgebouwd is. Al helpt het overigens dat de Baltische Zee een stuk rustiger is dan de Noordzee en dat eb en vloed een heel beperkte impact hebben : geen dijk of golfbreker in de buurt.
Letland ligt op de grens tussen Rusland en Duitsland. Wie denkt dat die landen niet grenzen, moet de geschiedenis van Oost-Europa bestuderen. Riga is een Hanzestad, in de kerken zijn de oude opschriften Duits. Behalve dan in de orthodoxe kathedraal, daar zijn ze uiteraard Russisch.
Taalpolitiek is gevoelig in Letland. 40% van de bevolking van Riga is Russischtalig. Ik heb bovendien de indruk dat je in dure winkels meer Lets hoort, en op de markt meer Russisch. En die lijn kan je wel enigszins doortrekken.
Het Lets had gemakkelijk geplet kunnen zijn tussen het Duits en het Russisch, dus moesten de Letten er wel heel bewust werk van maken. Zoals overigens Letland ook in de 20e eeuw herhaaldelijk bijna of helemaal geplet werd tussen de twee grootmachten achter die talen. Voor wie vindt dat de collaboratie bij ons een ingewikkeld verhaal is : kan je fout zijn (als je met de Russen meevocht) als de anderen (die met de Duitsers meededen) dat ook waren ? En omgekeerd… Niet vechten ? Klinkt goed, maar dan is er vandaag wellicht geen Letland.
Terug naar de taal : Letland had vanuit de geschiedenis zowel een historische Duitse als een Russische minderheid. De Duitsers zijn weg (Stalin en Von Ribbentrop hebben dat netjes geregeld) maar in de Sovjettijd zijn er bewust honderdduizenden Russen naar Letland verhuisd. Dat is een probleem : ze zijn er door de “bezetter” ingevoerd, maar ze wonen er ondertussen natuurlijk al een hele tijd. Rusland wil ze niet terug, maar speelt er wel perfide spelletjes mee. Een aantal onder hen wil niet echt Lets leren, want in hun kringen is dat niet nodig. Maar zo raken ze ook niet uit dat kringetje…
Letland voert een heel strenge taalpolitiek. Voormalige USSR-burgers moeten Lets kennen om Let te worden. De officiële taal is enkel Lets. Ook affiches bijvoorbeeld kondigen in grote Letse letters optredens aan van artiesten die duidelijk op een Russisch publiek mikken, met hun naam in kleinere Cyrillische letters eronder (dit weekend treedt Verka Serduchka op – quizzers weten dat ik ooit de nationaliteit van deze zanger van het onvergetelijke én zeer meertalige “Essen” heb gevraagd, maar ooit vraag ik voor 3 punten nog eens zijn naam !). Lager onderwijs kan tweetalig, vanaf het middelbaar krijgt Lets voorrang – al waren er al in de 18e eeuw Russische scholen.
Wat hiervan te denken, ook in het licht van het vorige stukje ? Ergens las ik dat er in verhouding méér Russischtaligen zijn in Letland dan Franstaligen in België. Een vergelijking die niet helemaal opgaat (er is geen sprake van duidelijke territoria), maar toch veelzeggend (n’est-ce pas, monsieur Maingain ?).
Ik vind het absoluut terecht dat Letland de eigen taal verdedigt. Ik vind het ook terecht dat de overheid van iedereen een duidelijke loyauteit aan de Letse staat eist, en vraagt om finaal te verzaken aan een eventueel heimwee naar Moedertje Rusland. Maar ik denk dat Letland er toch goed aan zou doen om vroeg of laat een meer officiële plaats te geven aan het Russisch. Vanuit een ondubbelzinnige verankering in Europa – als daar permanent beschikbare NAVO-vliegtuigen voor nodig zijn, dan is dat maar zo. Maar ook vanuit het besef dat het land nu eenmaal goed geplaatst is om de brug te slaan tussen Europa en het onmetelijke rijk dat van aan de Letse oostgrens tot tegen Japan en Alaska reikt.
Al neem ik het hen niet kwalijk dat ze voorlopig nog even moeten “ontrussen”, ook al kan de Rus met pet in de straten van Riga weinig kwalijk worden genomen (in elke winkel zal zijn geld overigens toch altijd “spasiba” worden aanvaard, denk ik – wat niet even vanzelfsprekend is voor “dankuwel” in Brussel…).