Archief van
Maand: juni 2009

De Kampioenen

De Kampioenen

De jaarlijkse huldiging van de Essense sportkampioenen leidde me gisteren naar zaal Rex. In functie van “Essen in Beeld”, maar ook omdat ik die huldiging een goed initiatief vind van de Essense Sportraad. Die plaatst daarbij alle kampioenen op gelijke voet, en dat lijkt me ook het verstandigst. Maar niemand houdt mij natuurlijk tegen om uit het lijstje met kampioenen toch degenen uit te kiezen die er voor mij een beetje bovenuit steken. Ik baseer me daarbij op de uitleg die op de huldiging werd gegeven.

Zoals elk jaar vielen de mooie resultaten van atletiekvereniging ESAK mij op (en niet alleen bij het quizzen…) maar voor mij staken dit jaar triatleet Frederik Sleutel en het “kata-team” van de karatevereniging Shotokan er bovenuit. Sleutel omdat hij in een “onmogelijke” sport hele knappen resultaten neerzette, en de karatemeisjes omdat ze zonder veel ervaring en op heel jonge leeftijd provinciaal kampioen werden in de -16-reeks. Dat kan je ongetwijfeld heel sterk relativeren, maar dat kan je met alles. Ik vond het in elk geval een mooi resultaat voor een Essense club in een bescheiden sport !

De regels van het spel

De regels van het spel

Ik weet niet wat ik de leukste “discipline” vind in de lokale politiek : begrotingen en rekeningen analyseren of reglementen (her)schrijven. Deze week heb ik me alleszins kunnen uitleven, want naast een commissie financiën stond er ook een commissie cultuur op het programma, met het nieuwe reglement voor de uitleendienst (van feestmaterialen zoals nadarhekken, maar ook van sportmateriaal, audio-visueel materiaal…). De commissie is in theorie zoals alle andere evenredig samengesteld, maar in de praktijk was de verhouding gisteren 3 N-VA/PLE, 1 CD&V, 1 sp.a en 1 Groen! – een goed uitgangspunt voor een constructieve dialoog…

Het reglement heeft al een hele lijdensweg ondergaan, en achteraf gezien kan je je de vraag stellen of het wel de moeite was om eraan te beginnen. Maar eens het begin gemaakt, moest het proces natuurlijk worden afgerond. De adviesraden hebben zich allemaal heel grondig van hun taak gekweten, en het oorspronkelijke voorstel ingrijpend doen wijzigen;

In de vorige gemeenteraad werd het punt gelukkig uitgesteld, want dat heeft de diensten de kans gegeven een degelijke nieuwe versie te maken – en mij om daarvoor een uitgebreide input te leveren. Waarbij we het proces uiteindelijk in de commissie op een degelijke manier hebben afgerond. Ik houd er het gevoel aan over dat ik nuttig werk heb verricht als raadslid, al zou ik de tekst nog wat meer gestroomlijnd hebben als ik van bij het begin de pen (mee) zou hebben vastgehad. Maar ik herken me wel in deze tekst (zou dat voor degenen die aan de oorsprong liggen van de wijziging ook gelden ?). Hopelijk werkt het reglement nu ook in de praktijk en houden de verenigingen er bij de toepassing ook een goed gevoel aan over. Als er problemen zouden opduiken die aan het reglement zelf liggen, dan sturen ze het maar terug naar de afzender.

Gekelderd

Gekelderd

Ik hou wel van stand-up comedy. Ik ben sowieso nogal een liefhebber van mensen die verbaal sterk zijn, en stand-uppers moeten bij uitstek veel realiseren met weinig middelen. Mensen aan het lachen maken met alleen wat je zegt is bovendien niet gemakkelijk. Het lijkt mij in elk geval “een uitdaging” om het met een vreselijk cliché te zeggen, om zo alleen op het podium grappig te staan wezen.

De mannen van het Keldertrapken gingen die uitdaging aan. Hun “Keldertrapken Komedy Kup” bracht henzelf op de planken met korte stand-up-acts, aan elkaar gepraat en afgesloten door een meer ervaren comedian. Ik weet niet zeker of ik er naartoe zou zijn gegaan als Keldertrapken die avond ook niet de Culturele Prijs van de gemeente zou hebben gekregen. Dat zou jammer zijn geweest, en dat had ik kunnen weten : als Keldertrapken iets doet, dan is het altijd goed gedaan. Ik vind het heel knap wat zij realiseren : vanuit een oud-leidingsgroep (zonder anderen uit te sluiten) een structuur opbouwen die erin slaagt om zéér knappe dingen te realiseren.

Ze hadden niet zoveel inschrijvingen voor hun “comedycursus”, dus trokken ze zelf de stoute schoenen aan, zoals ik al vermeldde. En dat deden ze met verve. Natuurlijk niet met het “métier” van een professional, maar de Uilenaars kwamen soms aardig uit de hoek. Naast Yvan “De Verschrikkelijke” Andriessen kijken -met gepaste sterretjes op het gelaat- is natuurlijk niet mogelijk, maar mij viel vooral Tim Pockelé op. Zou die zich nog herinneren ooit samen met mij als zes- à zevenjarige op een podium te hebben gestaan, in zijn (korte) loopbaan bij KSA/KSJ ? Als hij ooit een BV wordt, kom ik met dat verhaal misschien nog wel in de “boekskes”…

Afsluiter Jeroen Leenders kende ik niet, maar was een openbaring. Met een absurde act die vooral over walvisgeluiden ging, voor zover ik mij herinner, een volle zaal doen vergeten dat het veel te warm is en dat de kleine helft van de aanwezigen moet rechtstaan : het is niet iedereen gegeven.

De uitreiking van de Culturele Prijs ging tenslotte een klein beetje de mist in, maar dat maakt hem vanzelfsprekend niet minder verdiend. Keldertrapken legt de lat hoog voor wie die prijs in onze gemeente in de toekomst in de wacht wil slepen !

Sweet Lost Paradise

Sweet Lost Paradise

Van de voormalige groep VlaamsProgressieven in het Vlaams en het Brussels Parlement schiet niet veel meer over. In het Vlaams Parlement raakte alleen Bart Caron verkozen, voor Groen! (-5), en in Brussel Fouad Ahidar voor de sp.a (-1). Dat de sp.a niet geeft om bekwame parlementsleden die geen electorale hoogvliegers zijn óf niet zijn gepokt en gemazeld in het generatiesocialisme, had geen verrassing mogen zijn voor kleppers als Jan Roegiers of Joris Vandenbroucke, natuurlijk. Bovendien was het ook van meet af aan de bedoeling van sp.a om Vl.Pro zoveel mogelijk op te slokken aan een zo laag mogelijke prijs. Ahidar is zijn eigen zetel waard, dat is dus geen probleem. En Anciaux bracht stemmen aan zonder met een mandaat te gaan lopen (of kost hij hen toch nog een ministerpost ?). Inhoudelijk zie ik ook al geen enkel verschil tussen de sp.a mét en de sp.a zónder de ex-VlaamsProgressieven. De novembercrisis van Vl.Pro na het ontslag van Bettina Geysen blijkt dus vooral een operatie-zelfdestructie te zijn geweest.

En de SLP heeft het dus ook niet gered. Ook wij hebben geen VlaamsProgressieven/sociaal-liberalen in het Vlaams Parlement gebracht. Had dat gekund ? Misschien. Als alles zou hebben meegezeten. In elk geval gaat het niet op de schuldigen helemaal buiten de parij te gaan zoeken. De media hebben ons al bij al nog een redelijke kans gegeven. De peiling die de vrijdag voor de verkiezingen verscheen heeft ons een pak stemmen gekost van kiezers die ons opeens geen zinvolle keuze meer vonden, maar de foutenmarge van die peiling is wellicht nu ook weer niet zo groot dat we zonder dat effect toch de kiesdrempel zouden hebben gehaald. Heeft de partij dan zelf fouten gemaakt ? Nauwelijks eigenlijk. De SLP-campagne zat gewoon goed. Uiteindelijk is het de kiezer geweest die geoordeeld heeft dat het politieke landschap van vandaag geen sociaal-liberale partij nodig heeft. Of toch geen die de kiesdrempel haalt (in Nederland zou het SLP-resultaat wellicht drie zetels hebben opgeleverd). Ik ben ervan overtuigd dat er in het Vlaanderen van morgen wel nood zal zijn aan een afzonderlijke sociaal-liberale partij, maar wanneer die dag komt is moeilijk te voorzien. Het communautaire gegeven maakt dat Vlaanderen nu al relatief veel partijen heeft, omdat er tussen wat tegenwoordig de V- en de B-partijen heeft een extra breuklijn ligt. Dat speelde de SLP overigens ook parten, want niet elke sociaal-liberaal is ook een progressieve Vlaamsgezinde, en omgekeerd.

De SLP heeft beslist om pas in het najaar de knopen door te hakken. Een verstandig besluit, maar dat we ons dat kunnen permitteren “danken” we aan het slechte resultaat, waardoor we uit beeld kunnen blijven en niet onmiddellijk over vanalles en nog wat positie moeten innemen. Ik ga me nu niet uitspreken voor één of ander scenario, al heb ik in mijn bijdrage op de verkiezingsdag hier al aangegeven dat een herhaling van het kamikazescenario niet meteen een optie is voor mij. Ik hoop wel dat de keuze die gemaakt wordt er één zal zijn met respect voor de mening en keuze van iedereen die op 7 juni op onze lijst heeft gestaan of die lijst mee heeft gesteund. We hebben allemaal onze energie én onze reputatie ingezet om van het SLP-verhaal een succes te maken, en dat verdient respect. Hoe de “tweede keuze” van iedereen er ook zal uitzien.

Errera humanum est

Errera humanum est

De Vlaamse regering wordt een tripartite, maar niet degene die voor de verkiezingen door iedereen –Kris Peeters incluis- was voorzien. De onverwacht sterke uitslag van N-VA en het verlies van de sp.a en (vooral) Open Vld maakten het voor CD&V moeilijk om de oude coalitie ongewijzigd verder te zetten. Daarnaast was het aan de kant laten staan van de voormalige kartelpartner voor de christen-democraten geen evidente optie.

Binnen CD&V werd daarom in eerste instantie voor een vierpartijenregering gekozen. Groot voordeel : onderweg kan één van de drie partners gedumpt worden. Als de eisen, op sociaal of communautair vlak te hoog worden, bijvoorbeeld. Een weinig aantrekkelijk vooruitzicht voor de “junior partners”, en het aanvoelen van N-VA en sp.a dat het wiel van de Open Vld er het eenvoudigst zou afrollen bracht een tandem Gennez-De Wever tot stand. Zodat Verhofstadt moest toezien dat de regeringsvorming zonder hem werd verdergezet. Volgens mij overigens voor een deel ook omwille van hem : een Open Vld-onderhandelingsteam met bijvoorbeeld Keulen of Van Mechelen aan het hoofd had misschien aan tafel mogen blijven. Maar voor Kris Peeters was het vooruitzicht om met de voormalige premier te onderhandelen wellicht niet zo aantrekkelijk, en bij N-VA zit een soort anti-Verhofstadtgevoel enigszins ingebakken. Al moet het communautaire “palmares” van Leterme toch ook bij hen de “standstill” van Verhofstadt doen relativeren.

Ook inhoudelijk manoeuvreerde Open Vld zich voor de verkiezingen in een moeilijke positie. Over ondermeer de jobkorting en de Lange Wapper werden al te duidelijke standpunten ingenomen, die nu eenmaal ongepast zijn voor een door CD&V geleide regering. Dus komt er een Vlaamse regering zonder liberalen. Wel met sp.a en N-VA, maar hun partijprogramma’s voor het Vlaamse beleid zijn niet echt incompatibel. Op communautair vlak zijn er natuurlijk wel meningsverschillen, wellicht vooral over de te volgen strategie. Maar als Peeters het verstandig speelt, hoeft dat niet heel zwaar te wegen op de werking van de Vlaamse regering zelf.

Federaal premier Van Rompuy moet zich wellicht iets meer zorgen maken. Al is het maar de vraag of het verschil tussen een totale puinhoop (nu) en een nog grotere puinhoop (nu + opnieuw communautaire crisis) zoveel verschil maakt. De arme man blijft er relatief koelbloedig bij, en meer moeten we er wellicht ook niet van verwachten. Net nu de economische en budgettaire situatie een krachtig beleid nochtans zou kunnen gebruiken.

Id est

Id est

Het is een wat vreemde traditie geworden, geholpen door het toeval : als ik kandidaat ben bij de verkiezingen, dan trek ik dezelfde week nog naar het noorden. Met name om een bezoekje te brengen aan Helsinki. Kwestie van wat afstand te kunnen nemen, wellicht.

Al moest ik daar deze keer wel een kort zeereisje voor maken. Mijn werkgever had me namelijk niet naar Finland, maar naar Estland gestuurd. Naar Tallinn. Maar ik heb aan het werkbezoek enkele dagen als toerist gekoppeld (uiteraard op eigen kosten, voor wie daaraan zou twijfelen) en zaterdag heb ik dan even de overstap gemaakt naar Helsinki. Met een snelle boot is dat anderhalf uur varen. En ik hou nogal van de Finse hoofdstad, met zijn moderne en gezellige uitstraling en zijn prachtige ligging aan de Baltische zee.

Maar ook Tallinn was zeker de moeite. De stad heeft heel veel van zijn Middeleeuwse gebouwen bewaard en ziet er eigenlijk zowat uit als de kastelen uit de boekjes. Het ziet er op dat vlak (Noord-)Duitser uit dan de Duitse steden. Het hele centrum is zo goed als autovrij (daar zorgen de kasseien wel voor), staat vol gezellige terrassen zonder overdreven “commercieel” aan te doen en doet ook ’s avonds erg “veilig” aan, wellicht ook omdat het er in deze tijd van het jaar erg lang licht blijft. De Esten zijn bovendien nuchter maar gastvrij.

En het Ests heeft iets heel bijzonders : het lijkt erg op het Fins, zeker grammaticaal, en het is daardoor op zich dus onbegrijpelijk. Het Fins is namelijk geen Indo-Europese taal, en staat dus verder van ons af dan pakweg het Russisch, het Farsi of het Sanskriet. Maar de Esten bijzonder veel woorden overgenomen van de verschillende bevolkingsgroepen die er in de loop der eeuwen woonden. Vooral van de taal die al die groepen onderling gebruikten : het Nedersaksisch of Nederduits, de variant van het Duits die in de Duitse gebieden in het Noorden werd (en soms nog wordt) gebruikt. En die taal is veel minder verwant met het “officiële” Duits (het Hoogduits) dan met… het Nederlands. Zodat heel veel Estse woorden dus zeer herkenbaar zijn voor Nederlandstaligen. Al ging er soms wel wat aanpassing overheen : school werd “kool”, maar wel degelijk uitgesproken met een o-klank en niet met de oe die in het Hoogduits of het Engels wordt gebruikt. Eén van de bekendste torens in Tallinn heet “Kiek in de Kök” (waarbij de ö op zijn Duits wordt uitgesproken). Die toren heet zo omdat je van daaruit recht in de keukens van de omwonenden kon binnenkijken. Dat spreekt vanzelf. Voor de Esten. En voor ons…

Tallinn doet erg Scandinavisch aan, en de Esten voelen zich ook het best thuis in de groep van de Noord-Europese landen. Het is dan ook vanzelfsprekend dat hun land bij de EU aansloot. Tegelijk is Rusland heel dichtbij : als je in Tallinn van de luchthaven komt, kom je een richtingaanwijzer naar Sint-Petersburg tegen. Ongeveer een derde van de bevoling van Tallinn is van Russische afkomst, maar voor de Esten zijn de Russen de “ex-bezetter”.

Ik heb ondermeer de grasvlakte bezocht waar de Esten zich in 1991 naar de vrijheid hebben gezongen (!), en ook het nationaal museum aangedaan. Ik begrijp heel goed dat de Esten niet zo tuk zijn op hun oosterburen. Russen worden min of meer als tweederangsburgers behandeld, en wie de Estse nationaliteit wil moet een taalexamen afleggen. Erg begrijpelijk, en voor een deel ook verantwoord. Maar Estland (samen met de andere Baltische staten Letland en Litouwen) zou er volgens mij veel baat kunnen hebben om zich te positioneren als een brug tussen het Westen en Rusland, en hun medeburgers niet in de eerste plaats te zien als “agenten van Moskou”. De scheepswerf die we bezochten tijdens het werkdeel van de reis gebruikt het Russisch als omgangstaal, omdat op die manier ook de Oekraïense gastarbeiders kunnen meepraten. En ook om de enorme markt in het Oosten te kunnen blijven bespelen.

Ik heb alleszins genoten van Estland (dat bovendien relatief goedkoop is) en zou zeker nog eens terug willen gaan. Niet alleen naar Tallinn, want wat ik van het platteland gezien heb sprak me ook wel aan. Plaats voor de natuur is er in elk geval maar dan hier : op dezelfde oppervlakte als Nederland wonen er iets meer dan één miljoen mensen. En de afstand bleek effectief voldoende om inderdaad even enkele zaken op een rijtje te zetten. Ook meegenomen, natuurlijk.

Dag Jos

Dag Jos

Ik ben gisteren nog eens naar de OCMW-raad gaan kijken. Dat was ik al een tijdje van plan, om foto’s te maken voor “Essen in Beeld”. Maar ik had nog een tweede reden : dit was de laatste raad die werd voorgezeten door Jos Van Loon, en dat afscheid verdient wel een beetje aandacht, ook van de mensen van “het Heuvelplein”.

Bij zijn aantreden in 2005 stond ik kritisch tegenover Jos. Ik vond het jammer dat het OCMW een voorzitter van buiten de raad kreeg opgedrongen, terwijl er binnen de raad in dezelfde partij ook een valabele kandidaat was, met name de betreurde Jan Goosen. Bovendien had Jos in de gemeenteraad niet echt potten gebroken. Het politieke debat bleek ook in de OCMW-raad inderdaad niet Jos’ sterkste kant. Maar Jos maakte wel meteen werk van een aantal projecten waar het OCMW dringend aan toe was. En hij deed er nog een schepje bovenop, door nieuwe plannen te lanceren en handig in te spelen op de kansen die zich aandienden.

In de politiek is een beslissing nooit de uitsluitende verdienste van één man of vrouw, maar ik betwijfel het woonproject in Hemelrijk of Huize Calmeyn zonder Jos er zouden zijn gekomen. Met dat laatste heeft hij ook een zekere skepsis bij mij moeten overwinnen – nog niet helemaal gelukt, maar toch al veel meer dan bij de opstart van het project. Jos heeft ook het vertrouwen van het gemeentebestuur in het OCMW herwonnen, en bovendien intern een aantal lijnen uitgetekend, ondermeer op basis van het personeelsbehoeftenplan waaraan ik mocht meewerken. Ik kan mijn opsomming nog wel een tijdje verderzetten : hij laat bovendien heel wat werk na dat zijn opvolger(s) moet(en) afronden, met als voornaamste taak de omvorming van de oude gebouwen van De Bijster tot een dienstencentrum annex sociaal-medisch huis.

Neen, ik ga Jos niet heilig verklaren. Zijn visie op wat wel en niet “sociaal” is, kwam zeker niet altijd overeen met die van mij. En ook in het OCMW kregen de werkpaarden niet altijd de haver die ze verdienden, waar (onvermijdelijk) de voorzitter al eens mee wegliep.

En toch… Ik heb tijdens de OCMW-raad gisteren af en toe op mijn tanden moeten bijten -gelukkig kon ik me dan op mijn foto’s concentreren- maar over de afscheidnemende voorzitter hoefde ik alleen maar te knikken toen Jeroen Clous (sp.a) en Annemie Verstraete (Open Vld) het woord namen. Als die twee het met elkaar eens zijn, dan kan je er overigens vanuit gaan dat ze de waarheid spreken : Jos was wel zondermeer een goede OCMW-voorzitter. Van mij had hij deze legislatuur best mogen uitdoen. Al wens ik natuurlijk zijn opvolger Jan Suykerbuyk veel succes.

Jos blijft overigens in de OCMW-Raad en in het Vast Bureau, en als hij aan de verleiding kan weerstaan om te veel de schoonmoeder van de nieuwe voorzitter te zijn, dan is dat voor het OCMW wellicht een goede zaak.

Banzai

Banzai

Eerst en vooral : een welgemeend dankuwel aan al wie op de SLP en op mij in het bijzonder heeft gestemd. En ik bedank natuurlijk óók degenen die mijn goede raad om niet op mij te stemmen hebben opgevolgd – ze waren met heel veel…

It’s better to try and fail than to have never tried at all. We moesten met SLP proberen om ons eigen sociaal-liberale verhaal aan Vlaanderen te verkopen. We wisten dat het een heel moeilijke opdracht zou zijn. Het partij-apparaat kreeg zware klappen in de laatste maanden van 2008. Een half jaar later klaarstaan om de kiesdrempel te overwinnen was geen evidente opgave. We maakten goede lijsten, maar ze waren niet sterk genoeg om het verschil te maken. De campagne zat bijzonder goed in elkaar, maar ook dat volstond blijkbaar niet. In elk geval heeft het geen zin om de klok te willen terugdraaien, het verleden te willen veranderen. Er hebben heel veel mensen keihard aan gewerkt de voorbije weken, en die verdienen alleen maar waardering, zowel degenen die voor de schermen stonden als zij die in de coulissen het beste van zichzelf hebben gegeven.

De uitslagen zijn er nog niet helemaal. Het zal wel degelijk zijn belang hebben waar we stranden. Maar goed zal het niet worden. Maar ik had mezelf voorgenomen dat ik maar één keer als kamikazepiloot wilde dienen, en er dan ook voor zou gaan. Soms moet je in de politiek namelijk zeer helder voor je eigen idee gaan, maar keer op keer te pletter slaan is ook geen optie. Wat dit voornemen naar mijn toekomstige engagement in de nationale politiek toe betekent, is niet zo duidelijk. Het is altijd gezond om wat afstand te nemen, en dat ga ik dan ook doen – zelfs letterlijk, de komende dagen. Daarnaast zal de discussie in de partij over de toekomst ongetwijfeld (nog maar eens) gevoerd worden, en die zal ik alleszins geboeid volgen. Het sociaal-liberalisme in Vlaanderen is niet dood, maar de manier waarop het verder zal leven zal nog moeten blijken.

Het doet me ondertussen veel plezier dat de collega’s van N-VA héél goed scoren vandaag, en daar feliciteer ik hen heel graag mee. Het is de historische verdienste van Bart De Wever, nu al, om de Leeuwenvlag terug uit de handen van Dewinter en consoorten te hebben gerukt (en hen te hebben achtergelaten met het rafelige extreem-rechtse franje). Knap werk !

Daarnaast heeft de Vlaming vooral gekozen voor de zekerheid van CD&V. Niet mijn keuze, uiteraard, maar wel een eerbare optie die we moeten respecteren. Kris Peeters heeft Yves Leterme gewoon doen vergeten, en dat is geen geringe prestatie.

Niet alleen de SLP, ook Open Vld, sp.a en Groen! blijven ondertussen achter met zeer veel vragen. Alle drie hebben ze nood aan een modernisering. Met een herrijzenis van Steve Stevaert ? En wat is de rol van Guy Verhofstadt in de Vlaamse politiek ?

En ik nu ? Ik had en heb geen grote politieke ambities op bovengemeentelijk niveau – en vandaag zal daar uiteraard niet onmiddelijk veel aan veranderen. Ik ben de voorbije weken vooral gemeenteraadslid voor N-VA/PLE gebleven, en dat was ook altijd de bedoeling. Het is heel duidelijk dat ik dat morgen meer dan ooit voluit zal zijn. Hoe de uitslag vandaag ook zou geweest zijn, er zou daaraan niets zijn veranderd. Ik heb gisteren ondermeer collegestukken ingekeken en een voorstel uitgewerkt, en dat is het soort werk dat mij het meest blijft boeien. Ik blijf de Essense kiezers namelijk bijzonder dankbaar dat ik in 2006 het voorrecht gekregen heb hen te dienen, en dat vertrouwen wil ik in geen geval beschamen.

D van Durven Veranderen

D van Durven Veranderen

D-Day gisteren ? Voor Vlaanderen is D-Day vandaag. Kiezen we voor meer van hetzelfde, of durven we veranderen. Mijn keuze is al lang gemaakt : de problemen van vandaag kan je niet aanpakken met de oplossingen van gisteren. Dus ga ik voor SLP stemmen. En echt niet alleen omdat ik toevallig zelf op die lijst sta…

Time to go

Time to go

De Britse premier Gordon Brown ligt onder vuur. Dat is niet nieuw, maar dezer dagen bereikt de druk een nieuw hoogtepunt. De verkiezingen (Europees en lokaal) zouden sowieso slechte resultaten hebben opgeleverd voor Labour, maar het recente schandaal omtrent de onkosten van de Britse parlementsleden straalt extra zwaar af op Brown. Niet dat de “MPs” van de andere partijen geen stommiteiten hebben begaan, maar hun partijleiders hebben verstandiger gereageerd en bovendien straalt de affaire sterker af op de partij die aan de macht is. Verschillende ministers zijn de voorbije weken moeten aftreden, omdat ook zij kosten hadden ingebracht die bezwaarlijk als nuttig voor hun mandaat kunnen worden beschouwd. De voorbije dagen hebben nog enkele andere leden van de regering besloten er de brui aan te geven, om persoonlijke redenen of als uitdrukkelijk signaal aan Brown dat hij beter kan opstappen.

Het lijkt zo goed als zeker dat Labour de parlementsverkiezingen (ten laatste in juni 2010) gaat verliezen, de vraag lijkt alleen hoe zwaar de nederlaag zal zijn. Ik ben ervan overtuigd dat met een nieuwe leider de schade beperkt kan worden. In het beste geval leidt dat tot een “hung parliament”, waarin de Liberal Democrats een coalitie mee kunnen vormen. Met Labour, of eventueel met de Conservatieven. Die Conservatieven zie ik liever niet alleen aan de macht komen. Niet dat ik vrees dat de huidige leider van de Tories, David Cameron, de tijd van Thatcher terug zou brengen (daarvoor is hij veel te verstandig), wel omdat de anti-Europese lijn van zijn partij een zeer grote invloed zou hebben op het functioneren van de EU.

Gordon Brown is nooit een groot premier geweest, al was hij voordien gedurende jaren een excellente minister van financiën. Hij heeft jaren aan de poten van Tony Blair gezaagd, en dat vind ik sowieso onvergeeflijk. Maar hij kan zijn partij behoeden voor een “meltdown” door nu plaats te maken voor een opvolger die met een eigentijds progressief project een helder alternatief kan bieden voor het verleidelijke centrum-rechtse discours van Cameron. Ik zou kiezen voor David Miliband, maar er zijn ongetwijfeld nog mogelijkheden.

Het zou de komende dagen wel eens snel kunnen gaan voor Brown, en dat lijkt me ook het beste.