Mae hen wlad fy nhadau yn annwyl i mi
Om de Six Nations nog te winnen moest Frankrijk Wales met meer dan 19 punten verschil verslaan. Maar Wales was overduidelijk niet van plan om het feest te laten verpesten door Les Bleus. De eerste helft bleef vrij gelijkopgaand, en de gele kaart waarmee Gavin Henson tien minuten naar de strafbank moest, maakte het even spannend. Een try van Shane Williams kort na de rust zette Wales op het juiste spoor, waarna het rustig domineerde. Kort voor tijd volgden dan nog enkele minuten briljant rugby, bekroond met een try van de onvermoeibare Martyn Williams.
Wales won tegen de vijf andere teams, een “Grand Slam” die het uiteraard de titel opleverde. Daarmee deed Wales even goed als in 2005. Het rugbygekke Wales vierde zo de tiende Grand Slam uit hun geschiedenis (100 jaar na de eerste). De manier waarop de sport er leeft, kan je volgens mij nog het best vergelijken met de sfeer die hier rond de Ronde van Vlaanderen hangt, de Grand Slam met het soort overwinningsroes wanneer een Vlaming er op de Muur iedereen afrijdt om met ruime voorsprong aan te komen. Na een mislukt W.K. staan het Welshe team er opnieuw, met een betonnen verdediging en creatief spel. Er wordt al hardop van gedroomd om deze zomer wereldkampioen Zuid-Afrika een lesje te leren.
Engeland maakte nog iets van zijn toernooi goed door een zwak Ierland te verslaan. Opgemerkt debutant als Engels fly-half was Danny Cipriani, die als vervanger van Jonny Wilkinson een perfecte wedstrijd speelde en een stevige wissel op de toekomst lijkt te worden. Italiƫ versloeg tenslotte Schotland en redde zo de eer, maar de Azzuri bezetten toch (opnieuw) de laatste plaats.