Wie hier af en toe een kijkje neemt, weet dat ik het wel leuk vind dat mijn baan me regelmatig in het buitenland doet belanden. Maar deze keer zag ik er wat tegenop : op zondag vertrekken naar Turkije om op dinsdag terug te komen. Twee keer zowat een hele dag onderweg, want bestemming Ankara is alleen bereikbaar mits een overstap in Istanbul. Bovendien was het niet eenvoudig om een “Belgische delegatie” bij elkaar te sprokkelen. Om een al evenmin eenvoudige taak te vervullen : een seminarie van een volledige dag over het Rosettaplan “animeren”.
En toch ben ik blij dat ik de kelk niet aan mij heb laten voorbijgaan. Het seminarie viel best mee, en mijn eerste kennismaking met Turkije was weliswaar erg kort, maar heeft toch indruk gemaakt. Ankara is wellicht niet de mooiste stad van het land, maar het is een bezige, moderne en ook gewoon gezellige stad. Waar het weer de voorbije dagen overigens een stuk draaglijker was dan hier. Ook al vertelde een Turkse prof dat ze een buitenverblijf heeft in… Oostende. Om in de zomer wat af te koelen.
Er wordt hard gewerkt en veel gebouwd in en rond Ankara. De nieuwe autoweg naar de luchthaven is desondanks nog niet helemaal klaar. Zodat we een stukje van de weg afmoesten. Dat laatste moet in dit geval erg letterlijk worden geïnterpreteerd. De chauffeur van ons minibusje reed via de sloot doorheen de velden naar een zandweg, die vervolgens af en toe overging in erg brede stroken asfalt waar de keuze tussen links of rechts rijden niet werd bepaald door het verkeersreglement maar door de staat van het wegdek. Dankzij de werkzaamheden hebben we niet alleen de stad maar ook enkele plattelandsdorpen kunnen zien.
Ik weet plots zeker dat ik absoluut nog eens terug naar Turkije wil, en dan wat langer – en niet voor een “all-in” ergens aan de kust, uiteraard. Omwille van het fascinerende land, dat echt een kruispunt is tussen Europa en het Midden-Oosten, dat met stad en platteland twee verschillende landen in één verenigt en waarbij zelfs een blik vanuit een vliegtuig leert dat de natuur er prachtig moet zijn. Of omwille van de gastvrije mensen. Omwille van de clichés dus, wat me vooraf niet zo aansprak. Al zoek ik dan misschien wel een andere bestemming dan Ankara, want een echte stad moet aan het water liggen. Nochtans heeft de naam van de stad blijkbaar wel een maritieme oorsprong. Eén die bovendien behoorlijk voor de hand ligt : de stad is gesticht door de Kelten en de naam is afgeleid van hun woord voor “anker”.
De trip leverde een interessante gedachtenwisseling op over de integratie van de mensen met een Turkse herkomst in ons land. Met als cliché-conclusie dat het langs twee kanten zou moeten komen. En met de al even versleten vaststelling dat de Turkse samenleving bij ons veel minder snel evolueert dan die in Turkije (of minstens in de Turkse steden). En toch helpt het om met je eigen ogen te zien dat een Turks café in Brussel veel “allochtoner” aandoet dan één in Ankara.
En natuurlijk moet ik nu antwoorden op de vraag of Turkije bij de E.U. moet komen. Mijn antwoord is nog meer dan voordien een uitdrukkelijk ja. Er moet in de E.U. plaats zijn voor een seculier, modern en democratisch moslimland. Beide kanten kunnen daar alleen maar baat bij hebben, en naar de moslimwereld toe zou het een véél positiever signaal zijn dan de Amerikaanse pogingen om de democratie gewapenderhand te importeren. Bovendien hebben we het hen eigenlijk beloofd, en ik hecht nogal aan een gegeven woord. Turkije moet er dus bij. Maar dan wel na een harde onderhandeling, ondermeer over Koerdistan en de positie van het leger. Buiten het kader van de onderhandelingen met de E.U. zie ik die eerste kwestie immers nooit opgelost geraken, de tweede misschien wel – maar dat ligt ook in de (gewapende) handen van dat leger zelf…